text
stringlengths
80
6.25k
text_len
int64
32
3.12k
src
stringclasses
7 values
half uur bewegen Dit kan door te sporten, maar ook door te wandelen, fietsen Een eenvoudige strategie om de dagelijkse hoeveelheid beweging te vergroten is het gebruik van trap in plaats van lift of roltrap aan te moedigen, evenals bordjes die personen naar de trappen verwijzen en voorlichtingsmateriaal waarin de positieve effecten van traplopen worden benadrukt (Kerr, ###) Meer suggesties zijn te vinden op de website van organisaties zoals de Hartstichting en het Nederlands Instituut voor Een verhoging van brandstofprijzen kan het autogebruik terugbrengen en actief forenzen verhogen voor degenen die op loop- of fietsafstand wonen, met uitzondering van gehandicapten en zieken (Mozaffarian, Lichamelijke opvoeding moet een verplicht onderdeel worden op peuter- en kleuteronderwijs, evenals op alle niveaus van primair en secundair onderwijs In het onderwijs moet een interventie met meerdere componenten gericht zijn op het stimuleren van levenslange lichaamsbeweging door getrainde docenten Tijdens schooluren moet ten minste # uur per week en bij voorkeur ## minuten per dag aan sport of lichaamsbeweging worden Colcombe, ###) Dit bewegen kan worden aangevuld met actief verplaatsen naar school en het zorgen voor looproutes met toezicht van en naar school, om zo de afhankelijkheid van bussen te verkleinen (Mendoza, Binnen het thema Werken aan Bewegen en Sport van de Gezonde school gaat het om stimuleren van een actieve leefstijl onder leerlingen, bijvoorbeeld door het geven van kwalitatief goede lessen Lichamelijke Opvoeding en extra aandacht voor inactieve leerlingen (Richtlijnen voor bewegingsonderwijs van basisschool tot mbo, ###) Om het themacertificaat Bewegen en sport van het vignet Gezonde School te kunnen aanvragen, dienen scholen de effectiviteit van de activiteiten op het thema bewegen en sport te vergroten en integraal aan de pijlers gezondheidseducatie, fysieke en sociale omgeving, signaleren en beleid te werken Vanaf ### moeten alle Nederlandse primair onderwijs-scholen minimaal twee uur, waar mogelijk drie uur, per week gymles geven door een bevoegde leraar Ook wordt het buitenschoolse aanbod van sportactiviteiten versterkt Een meerderheid van de Tweede <PERSOON> is voorstander van een onderwijssysteem dat wettelijk Om sport en beweging te stimuleren doet de Nederlandse overheid het volgende De ministeries van VWS en Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) ondersteunen de onderwijsraden (PO, VO en MBO) bij de uitvoering van de Onderwijsagenda Sport, Bewegen en een Gezonde Leefstijl Het doel van de Onderwijsagenda SBGL is om te komen tot een kwantitatieve en kwalitatieve toename De ambitie van het Nederlands kabinet en de PO-raad is dat vanaf ### iedere basisschoolleerling twee uur bewegingsonderwijs door een bevoegd docent krijgt Waar mogelijk wordt gestreefd naar drie uur Een uitdagend schoolplein nodigt kinderen uit om voor- en naschools en in pauzes spelenderwijs meer te Daarnaast worden buurtsportcoaches ingezet Deze worden gefinancierd vanuit de ministeries van VWS, OCW en de gemeenten Buurtsportcoaches leggen lokaal de verbinding tussen sport en andere sectoren, verbinding wordt gelegd tussen de sportsector en sectoren zoals onderwijs, welzijn, kinderopvang, sport als middel kan worden ingezet voor andere doelen zoals het bevorderen van leefstijl, De werkplek kan verschillende mogelijkheden bieden om lichaamsbeweging te stimuleren Sommige grotere.
574
fms
Gezonde School te kunnen aanvragen, dienen scholen de effectiviteit van de activiteiten op het thema bewegen en sport te vergroten en integraal aan de pijlers gezondheidseducatie, fysieke en sociale omgeving, signaleren en beleid te werken Vanaf ### moeten alle Nederlandse primair onderwijs-scholen minimaal twee uur, waar mogelijk drie uur, per week gymles geven door een bevoegde leraar Ook wordt het buitenschoolse aanbod van sportactiviteiten versterkt Een meerderheid van de Tweede <PERSOON> is voorstander van een onderwijssysteem dat wettelijk Om sport en beweging te stimuleren doet de Nederlandse overheid het volgende De ministeries van VWS en Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) ondersteunen de onderwijsraden (PO, VO en MBO) bij de uitvoering van de Onderwijsagenda Sport, Bewegen en een Gezonde Leefstijl Het doel van de Onderwijsagenda SBGL is om te komen tot een kwantitatieve en kwalitatieve toename De ambitie van het Nederlands kabinet en de PO-raad is dat vanaf ### iedere basisschoolleerling twee uur bewegingsonderwijs door een bevoegd docent krijgt Waar mogelijk wordt gestreefd naar drie uur Een uitdagend schoolplein nodigt kinderen uit om voor- en naschools en in pauzes spelenderwijs meer te Daarnaast worden buurtsportcoaches ingezet Deze worden gefinancierd vanuit de ministeries van VWS, OCW en de gemeenten Buurtsportcoaches leggen lokaal de verbinding tussen sport en andere sectoren, verbinding wordt gelegd tussen de sportsector en sectoren zoals onderwijs, welzijn, kinderopvang, sport als middel kan worden ingezet voor andere doelen zoals het bevorderen van leefstijl, De werkplek kan verschillende mogelijkheden bieden om lichaamsbeweging te stimuleren Sommige grotere Interventies vanuit de werkplek kunnen ervoor zorgen dat medewerkers vaker aan lichaamsbeweging doen, maar de resultaten laten zien dat een groot aantal werknemers niet deelneemt (Leyk, ###) Supervisors en managers moeten daarom interventies vanuit de werkplek steunen door werknemers aan te moedigen meer aan Verbeterde toegankelijkheid van recreatie- en trainingsfaciliteiten door langere openingstijden en het benutten van openbare faciliteiten zoals schoolpleinen kan ertoe leiden dat alle leeftijdsgroepen meer lichaamsbeweging Met het programma Sport en Bewegen in de Buurt wil het ministerie van VWS ervoor zorgen dat de gezonde keuze ook een gemakkelijke keuze wordt Wanneer personen gemakkelijker kunnen sporten en bewegen, bijvoorbeeld door aansluiting te zoeken bij werk, school of het veldje om de hoek, worden zij gestimuleerd in een actieve en gezonde leefstijl Hiervoor zet de minister van VWS de volgende middelen in meer dan ### buurtsportcoaches binnen gemeenten in <LOCATIE>, ### gezonde school vignetten in het primair onderwijs, het programma ‘special heroes’ voor personen met een verstandelijke beperking en inmiddels zijn ### JOGG Verder heeft het ministerie van VWS een subsidieregeling beschikbaar voor lokale initiatieven (de Sportimpuls) De Sportimpuls ondersteunt lokale sport- en beweegaanbieders bij het opstarten en uitvoeren van nieuwe activiteiten in de buurt, met name waar achterstanden worden geconstateerd De inzet is dat de projecten na een projectperiode van twee jaar zelfstandig kunnen worden voortgezet Er zijn drie verschillende Sportimpuls regelingen één gericht op alle doelgroepen, één gericht op kinderen (‘kinderen sportief op gewicht’) en één.
579
fms
vanuit de werkplek kunnen ervoor zorgen dat medewerkers vaker aan lichaamsbeweging doen, maar de resultaten laten zien dat een groot aantal werknemers niet deelneemt (Leyk, ###) Supervisors en managers moeten daarom interventies vanuit de werkplek steunen door werknemers aan te moedigen meer aan Verbeterde toegankelijkheid van recreatie- en trainingsfaciliteiten door langere openingstijden en het benutten van openbare faciliteiten zoals schoolpleinen kan ertoe leiden dat alle leeftijdsgroepen meer lichaamsbeweging Met het programma Sport en Bewegen in de Buurt wil het ministerie van VWS ervoor zorgen dat de gezonde keuze ook een gemakkelijke keuze wordt Wanneer personen gemakkelijker kunnen sporten en bewegen, bijvoorbeeld door aansluiting te zoeken bij werk, school of het veldje om de hoek, worden zij gestimuleerd in een actieve en gezonde leefstijl Hiervoor zet de minister van VWS de volgende middelen in meer dan ### buurtsportcoaches binnen gemeenten in <LOCATIE>, ### gezonde school vignetten in het primair onderwijs, het programma ‘special heroes’ voor personen met een verstandelijke beperking en inmiddels zijn ### JOGG Verder heeft het ministerie van VWS een subsidieregeling beschikbaar voor lokale initiatieven (de Sportimpuls) De Sportimpuls ondersteunt lokale sport- en beweegaanbieders bij het opstarten en uitvoeren van nieuwe activiteiten in de buurt, met name waar achterstanden worden geconstateerd De inzet is dat de projecten na een projectperiode van twee jaar zelfstandig kunnen worden voortgezet Er zijn drie verschillende Sportimpuls regelingen één gericht op alle doelgroepen, één gericht op kinderen (‘kinderen sportief op gewicht’) en één personen worden beschermd tegen tabaksrook en roken in openbare ruimtes wordt verboden De WHO vindt dat er moet worden gewaarschuwd voor de gevaren van roken, de accijns op tabak moet worden verhoogd en reclameverboden moeten worden nageleefd (WHO, ###) Kinderen en lage sociaal-economische groepen zijn gevoelig voor tabaksinterventie op populatieniveau Passief roken verhoogt het risico op hart- en vaatziekten, waarbij het risico iets hoger is voor vrouwen dan voor mannen (Jorgensen, ###; Mozaffarian, ###; Iversen, ###) Alle vormen van (passief) roken zijn schadelijk, ook het roken van een waterpijp Rookloze tabak (in Europa meestal in de vorm van snuif, een vochtig tabakspoeder dat onder de bovenlip wordt geplaatst) verhoogt het risico op fatale hart- en vaatzieken en het gebruik van snuif tijdens zwangerschap verhoogt het snuif de kans op stoppen met roken meer vergroot dan nicotine vervangende producten of medicatie Veel rokers gebruiken e-sigaretten om te stoppen Er zijn nog veel onbeantwoorde vragen over hun veiligheid, werkzaamheid bij stoppen met roken en impact op de volksgezondheid De internationale wetgeving moet worden geharmoniseerd om een nieuwe tabaksepidemie relateerd aan e-sigaretten te voorkomen (Jorgensen, Op <DATUM> is de <PERSOON> en rookwarenwet ingegaan, met bestaande en nieuwe regels Een selectie Werknemers mogen op het werk alleen roken in speciaal daarvoor ingerichte ruimtes Winkeliers mogen geen tabak of tabaksartikelen verkopen aan jongeren onder de <LEEFTIJD> jaar Dit geldt ook voor de verkoop van de e-sigaret (ook zonder nicotine) en kruidenproducten Legitimatie is verplicht als Elke vorm van tabaksreclame is verboden, behalve in de tabaksspeciaalzaak.
606
fms
ruimtes wordt verboden De WHO vindt dat er moet worden gewaarschuwd voor de gevaren van roken, de accijns op tabak moet worden verhoogd en reclameverboden moeten worden nageleefd (WHO, ###) Kinderen en lage sociaal-economische groepen zijn gevoelig voor tabaksinterventie op populatieniveau Passief roken verhoogt het risico op hart- en vaatziekten, waarbij het risico iets hoger is voor vrouwen dan voor mannen (Jorgensen, ###; Mozaffarian, ###; Iversen, ###) Alle vormen van (passief) roken zijn schadelijk, ook het roken van een waterpijp Rookloze tabak (in Europa meestal in de vorm van snuif, een vochtig tabakspoeder dat onder de bovenlip wordt geplaatst) verhoogt het risico op fatale hart- en vaatzieken en het gebruik van snuif tijdens zwangerschap verhoogt het snuif de kans op stoppen met roken meer vergroot dan nicotine vervangende producten of medicatie Veel rokers gebruiken e-sigaretten om te stoppen Er zijn nog veel onbeantwoorde vragen over hun veiligheid, werkzaamheid bij stoppen met roken en impact op de volksgezondheid De internationale wetgeving moet worden geharmoniseerd om een nieuwe tabaksepidemie relateerd aan e-sigaretten te voorkomen (Jorgensen, Op <DATUM> is de <PERSOON> en rookwarenwet ingegaan, met bestaande en nieuwe regels Een selectie Werknemers mogen op het werk alleen roken in speciaal daarvoor ingerichte ruimtes Winkeliers mogen geen tabak of tabaksartikelen verkopen aan jongeren onder de <LEEFTIJD> jaar Dit geldt ook voor de verkoop van de e-sigaret (ook zonder nicotine) en kruidenproducten Legitimatie is verplicht als Elke vorm van tabaksreclame is verboden, behalve in de tabaksspeciaalzaak Vanaf ### mogen rookwaren niet meer in het zicht liggen bij alle verkooppunten die een breder assortiment naast rookwaren verkopen zoals in supermarkten Vanaf ### geldt dat ook voor andere Sigaretten en shag met smaken zoals vanille mogen per <DATUM> niet meer verkocht worden Vanaf Een combinatie van verschillende strategieën werkt het beste Verbod op reclame vermindert het tabaksgebruik en grootschalige mediacampagnes leiden ertoe dat minder tieners beginnen te roken en meer volwassenen bevorderen het stoppen met roken Redacties zouden in de media meer aandacht moeten besteden aan tabak en gezondheid (Lochen, ###) Online hulpprogramma’s of telefonische hulplijnen om te stoppen met roken samenwerkingsverband van publieke en private organisaties die als doel hebben om er samen voor te zorgen dat niemand meer (over)lijdt aan de gevolgen van roken De Alliantie <LOCATIE> Rookvrij wordt gevormd door meer dan ## organisaties die samen een Rookvrije Generatie willen realiseren (Rookvrijegeneratie, ###) De ambitie van de rookvrije generatie is dat alle kinderen geboren vanaf ### in elke fase van het opgroeien beschermd wordt tegen tabaksrook en de verleidingen om te gaan roken Najaar ### wordt voor de vierde maal de campagne Stoptober gehouden onder auspiciën van de Alliantie Rookvrij Stoptober is een campagne die rokers uitdaagt om gedurende de maand oktober niet te roken De kracht van Stoptober is de positieve aanpak en de onderlinge samenwerking en steun Bekende en onbekende Nederlanders helpen elkaar In ### deden circa ## ### personen hieraan mee.
601
fms
Vanaf ### mogen rookwaren niet meer in het zicht liggen bij alle verkooppunten die een breder assortiment naast rookwaren verkopen zoals in supermarkten Vanaf ### geldt dat ook voor andere Sigaretten en shag met smaken zoals vanille mogen per <DATUM> niet meer verkocht worden Vanaf Een combinatie van verschillende strategieën werkt het beste Verbod op reclame vermindert het tabaksgebruik en grootschalige mediacampagnes leiden ertoe dat minder tieners beginnen te roken en meer volwassenen bevorderen het stoppen met roken Redacties zouden in de media meer aandacht moeten besteden aan tabak en gezondheid (Lochen, ###) Online hulpprogramma’s of telefonische hulplijnen om te stoppen met roken samenwerkingsverband van publieke en private organisaties die als doel hebben om er samen voor te zorgen dat niemand meer (over)lijdt aan de gevolgen van roken De Alliantie <LOCATIE> Rookvrij wordt gevormd door meer dan ## organisaties die samen een Rookvrije Generatie willen realiseren (Rookvrijegeneratie, ###) De ambitie van de rookvrije generatie is dat alle kinderen geboren vanaf ### in elke fase van het opgroeien beschermd wordt tegen tabaksrook en de verleidingen om te gaan roken Najaar ### wordt voor de vierde maal de campagne Stoptober gehouden onder auspiciën van de Alliantie Rookvrij Stoptober is een campagne die rokers uitdaagt om gedurende de maand oktober niet te roken De kracht van Stoptober is de positieve aanpak en de onderlinge samenwerking en steun Bekende en onbekende Nederlanders helpen elkaar In ### deden circa ## ### personen hieraan mee het ## dagen volgehouden om te stoppen Ongeveer ## procent van hen was na drie maanden nog steeds Verpakkingen met afbeeldingen en tekst die de koper waarschuwen vergroten het bewustzijn over de gevaren van tabak (Jorgensen, ###) Sobere, gestandaardiseerde verpakkingen zonder merknamen verhogen de Hogere accijnzen verminderen het tabaksgebruik en zetten aan tot stoppen, vooral onder jongeren en lagere Een stapsgewijze verhoging van de prijs van tabaksproducten wordt beschouwd als de meest effectieve beleidsmaatregel om het aantal rokers en het aantal gerookte sigaretten (bij rokers die doorgaan met roken) te In januari ### was de gemiddelde gewogen kleinhandelsprijs van een pakje van ## sigaretten € #,## euro, tabak producten bedroeg in ### € #,### miljard euro De laatste accijnsverhoging was op <DATUM> Accijns op een pakje sigaretten werd met €#,## euro en een pakje shag met €#,## verhoogd Een van de pijlers van de Gezonde School betreft het thema Roken en alcohol Scholen die voldoen aan een integrale benadering van gezondheidsbevordering kunnen in aanmerking komen voor het themacertificaat Een totaal rookverbod op werkplekken vermindert de blootstelling aan passief roken en leidt tot minder rokers en meer personen die stoppen met roken (Jorgensen, ###) In <LOCATIE> mogen werknemers op het werk Het aantal verkooppunten van tabaksproducten in de buurt van woningen, ziekenhuizen en scholen zou moeten worden verminderd Het is belangrijk dat zwangere vrouwen tabak vermijden en ouders geen rookwaren gebruiken in de aanwezigheid van kinderen Zorgpersoneel, verzorgers en docenten moeten een voorbeeld.
608
fms
dagen volgehouden om te stoppen Ongeveer ## procent van hen was na drie maanden nog steeds Verpakkingen met afbeeldingen en tekst die de koper waarschuwen vergroten het bewustzijn over de gevaren van tabak (Jorgensen, ###) Sobere, gestandaardiseerde verpakkingen zonder merknamen verhogen de Hogere accijnzen verminderen het tabaksgebruik en zetten aan tot stoppen, vooral onder jongeren en lagere Een stapsgewijze verhoging van de prijs van tabaksproducten wordt beschouwd als de meest effectieve beleidsmaatregel om het aantal rokers en het aantal gerookte sigaretten (bij rokers die doorgaan met roken) te In januari ### was de gemiddelde gewogen kleinhandelsprijs van een pakje van ## sigaretten € #,## euro, tabak producten bedroeg in ### € #,### miljard euro De laatste accijnsverhoging was op <DATUM> Accijns op een pakje sigaretten werd met €#,## euro en een pakje shag met €#,## verhoogd Een van de pijlers van de Gezonde School betreft het thema Roken en alcohol Scholen die voldoen aan een integrale benadering van gezondheidsbevordering kunnen in aanmerking komen voor het themacertificaat Een totaal rookverbod op werkplekken vermindert de blootstelling aan passief roken en leidt tot minder rokers en meer personen die stoppen met roken (Jorgensen, ###) In <LOCATIE> mogen werknemers op het werk Het aantal verkooppunten van tabaksproducten in de buurt van woningen, ziekenhuizen en scholen zou moeten worden verminderd Het is belangrijk dat zwangere vrouwen tabak vermijden en ouders geen rookwaren gebruiken in de aanwezigheid van kinderen Zorgpersoneel, verzorgers en docenten moeten een voorbeeld # glas per dag, en ##% van de mannen en ##% van de vrouwen drinkt meer dan # glas alcohol per dag #,#% van de vrouwen Overmatig drinken betekent meer dan ## glazen alcohol per week drinken (mannen), of meer dan ## glazen per week (vrouwen) Overmatig drinken komt het meest voor bij jong-volwassenen onder Op populatieniveau wordt alcoholgebruik geassocieerd met meerdere gezondheidsrisico's die duidelijk zwaarder wegen dan enig eventueel voordeel In ### waren #,# miljoen sterfgevallen (#,#% van de totale ##,#% van de aan alcohol toegeschreven mortaliteit (WHO, ###) De coronaire mortaliteit ligt bij mannelijke zware drinkers ##% hoger dan bij vrouwelijke zware drinkers (Brien, ###) De relatie tussen alcoholgebruik en ischemische hartaandoeningen en cerebrovasculaire aandoeningen is complex Zowel de mate van alcoholgebruik als het consumptiepatroon spelen een rol Laag alcoholgebruik, variërend van een tot drie eenheden alcohol per dag (een eenheid staat gelijk aan ongeveer ## milliliter wijn, ### milliliter normaal krachtig bier of ## tot ## ml sterke drank) wordt in sommige delen van de populatie geassocieerd met de laagste totale mortaliteit, voornamelijk veroorzaakt door de lage coronaire mortaliteit (Mukamal, ###) De Gezondheidsraad concludeert dat het aannemelijk is dat een matig gebruik (tot ## gram per dag) samenhangt met een lager risico op hart- en vaatziekten en diabetes mellitus (Gezondheidsraad, De systolische bloeddruk neemt toe wanneer het alcoholgebruik stijgt naar )# eenheden/dag, evenals het risico alcohol heeft gevolgen voor het risico op hart- en vaatziekten; overmatig drinken wordt geassocieerd met een.
650
fms
##% van de mannen en ##% van de vrouwen drinkt meer dan # glas alcohol per dag #,#% van de vrouwen Overmatig drinken betekent meer dan ## glazen alcohol per week drinken (mannen), of meer dan ## glazen per week (vrouwen) Overmatig drinken komt het meest voor bij jong-volwassenen onder Op populatieniveau wordt alcoholgebruik geassocieerd met meerdere gezondheidsrisico's die duidelijk zwaarder wegen dan enig eventueel voordeel In ### waren #,# miljoen sterfgevallen (#,#% van de totale ##,#% van de aan alcohol toegeschreven mortaliteit (WHO, ###) De coronaire mortaliteit ligt bij mannelijke zware drinkers ##% hoger dan bij vrouwelijke zware drinkers (Brien, ###) De relatie tussen alcoholgebruik en ischemische hartaandoeningen en cerebrovasculaire aandoeningen is complex Zowel de mate van alcoholgebruik als het consumptiepatroon spelen een rol Laag alcoholgebruik, variërend van een tot drie eenheden alcohol per dag (een eenheid staat gelijk aan ongeveer ## milliliter wijn, ### milliliter normaal krachtig bier of ## tot ## ml sterke drank) wordt in sommige delen van de populatie geassocieerd met de laagste totale mortaliteit, voornamelijk veroorzaakt door de lage coronaire mortaliteit (Mukamal, ###) De Gezondheidsraad concludeert dat het aannemelijk is dat een matig gebruik (tot ## gram per dag) samenhangt met een lager risico op hart- en vaatziekten en diabetes mellitus (Gezondheidsraad, De systolische bloeddruk neemt toe wanneer het alcoholgebruik stijgt naar )# eenheden/dag, evenals het risico alcohol heeft gevolgen voor het risico op hart- en vaatziekten; overmatig drinken wordt geassocieerd met een alcohol leeftijdslimieten bij de verkoop en consumptie; strategieën tegen rijden onder invloed; verkoopmonopolie van overheid op verkoop van alcohol en vermindering van verkoopuren; verbieden van reclames voor alcoholhoudende producten; verbieden van sponsoring van evenementen door producenten van De overheid spant zich in om schadelijke gevolgen van alcohol tegen te gaan In de Drank- en Horecawet staat dat het verboden is om alcohol te verkopen aan jongeren onder de <LEEFTIJD> jaar Gemeenten houden toezicht op de Het Nederlands Instituut voor Alcoholbeleid STAP is een onafhankelijke landelijke organisatie die zich er specifiek voor inzet dat effectief gebleken alcoholbeleidsmaatregelen die leiden tot een afname van # Bijdragen dat alcohol niet te gemakkelijk verkrijgbaar is, onder meer door het samenwerken met lokale name op het terrein van naleving en handhaving) en promotie van het keurmerk ‘De Alcoholvrije School’ # Bevorderen dat alcohol niet te goedkoop wordt aangeboden, vooral door het houden van een krachtig # Oproepen om te komen tot een verbod op alcoholreclame en alcoholsponsoring STAP pleit op landelijk en Europees niveau voor een totaalverbod op alcoholreclame en een verbod op sportsponsoring door de Het wordt steeds duidelijker dat alcohol schadelijk is voor kinderen Uit onderzoek blijkt dat ouders invloed hebben op het drinkgedrag van hun kinderen Het is belangrijk om op tijd duidelijke afspraken te maken en in gesprek te komen over het niet drinken Ouders vinden het niet altijd eenvoudig het gesprek hierover met hun kinderen aan te gaan Het Trimbos Instituut heeft een website met tips voor ouders gemaakt (Trimbos, ###).
623
fms
tegen rijden onder invloed; verkoopmonopolie van overheid op verkoop van alcohol en vermindering van verkoopuren; verbieden van reclames voor alcoholhoudende producten; verbieden van sponsoring van evenementen door producenten van De overheid spant zich in om schadelijke gevolgen van alcohol tegen te gaan In de Drank- en Horecawet staat dat het verboden is om alcohol te verkopen aan jongeren onder de <LEEFTIJD> jaar Gemeenten houden toezicht op de Het Nederlands Instituut voor Alcoholbeleid STAP is een onafhankelijke landelijke organisatie die zich er specifiek voor inzet dat effectief gebleken alcoholbeleidsmaatregelen die leiden tot een afname van # Bijdragen dat alcohol niet te gemakkelijk verkrijgbaar is, onder meer door het samenwerken met lokale name op het terrein van naleving en handhaving) en promotie van het keurmerk ‘De Alcoholvrije School’ # Bevorderen dat alcohol niet te goedkoop wordt aangeboden, vooral door het houden van een krachtig # Oproepen om te komen tot een verbod op alcoholreclame en alcoholsponsoring STAP pleit op landelijk en Europees niveau voor een totaalverbod op alcoholreclame en een verbod op sportsponsoring door de Het wordt steeds duidelijker dat alcohol schadelijk is voor kinderen Uit onderzoek blijkt dat ouders invloed hebben op het drinkgedrag van hun kinderen Het is belangrijk om op tijd duidelijke afspraken te maken en in gesprek te komen over het niet drinken Ouders vinden het niet altijd eenvoudig het gesprek hierover met hun kinderen aan te gaan Het Trimbos Instituut heeft een website met tips voor ouders gemaakt (Trimbos, ###) Bijvoorbeeld met de campagne NIX## van het ministerie van VWS Deze campagne laat zien dat niet drinken en roken tot je ##e aangetoond dat het labelen van alcohol met informatie over calorieën en gezondheidswaarschuwingen over de schadelijke effecten van alcohol maar een beperkt effect heeft (Stockwell, ###) Bier (en biermengsels) met meer dan #,#% alcohol en andere dranken met meer dan #,#% alcohol vallen onder het ##%-tarief Hieronder vallen ook samengestelde alcoholhoudende dranken zoals mixdranken en advocaat Maatregelen om alcoholgebruik te beperken op werkplekken, onderwijscentra en scholen zijn effectief (<PERSOON>, ###) Dat geldt ook voor een korte interventie in de eerste lijn om alcoholmisbruik tegen te gaan Het Trimbos-instituut voert het programma De gezonde school en genotmiddelen uit in opdracht van de overheid Dit lesprogramma is gericht op voorlichting aan leerlingen in het primair en secundair onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs, zie ook paragraaf <DATUM> # Naast voorlichting aan leerlingen is er aandacht voor een goed schoolbeleid, de rol van de ouders en signalering van problematisch alcoholgebruik Een van deze pijlers van de Gezonde School betreft het thema Roken en alcohol Scholen die voldoen aan een integrale benadering van gezondheidsbevordering kunnen in aanmerking komen voor het themacertificaat Roken en alcohol van het In buurten kan overmatig alcoholgebruik worden beperkt door beperking van het aantal verkooppunten en verkooptijden en verhoging van de minimumleeftijd waarop alcohol verkocht en geserveerd mag worden Slechte naleving van de leeftijdsgrenzen voor alcoholgebruik in sportkantines is nog steeds een probleem in de sport.
574
fms
Bijvoorbeeld met de campagne NIX## van het ministerie van VWS Deze campagne laat zien dat niet drinken en roken tot je ##e aangetoond dat het labelen van alcohol met informatie over calorieën en gezondheidswaarschuwingen over de schadelijke effecten van alcohol maar een beperkt effect heeft (Stockwell, ###) Bier (en biermengsels) met meer dan #,#% alcohol en andere dranken met meer dan #,#% alcohol vallen onder het ##%-tarief Hieronder vallen ook samengestelde alcoholhoudende dranken zoals mixdranken en advocaat Maatregelen om alcoholgebruik te beperken op werkplekken, onderwijscentra en scholen zijn effectief (<PERSOON>, ###) Dat geldt ook voor een korte interventie in de eerste lijn om alcoholmisbruik tegen te gaan Het Trimbos-instituut voert het programma De gezonde school en genotmiddelen uit in opdracht van de overheid Dit lesprogramma is gericht op voorlichting aan leerlingen in het primair en secundair onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs, zie ook paragraaf <DATUM> # Naast voorlichting aan leerlingen is er aandacht voor een goed schoolbeleid, de rol van de ouders en signalering van problematisch alcoholgebruik Een van deze pijlers van de Gezonde School betreft het thema Roken en alcohol Scholen die voldoen aan een integrale benadering van gezondheidsbevordering kunnen in aanmerking komen voor het themacertificaat Roken en alcohol van het In buurten kan overmatig alcoholgebruik worden beperkt door beperking van het aantal verkooppunten en verkooptijden en verhoging van de minimumleeftijd waarop alcohol verkocht en geserveerd mag worden Slechte naleving van de leeftijdsgrenzen voor alcoholgebruik in sportkantines is nog steeds een probleem in de sport Bezoeken door NOC*NSF moeten de sportclubs bewust maken van de schadelijke gevolgen van drankgebruik onder jongeren en de Luchtvervuiling draagt bij aan het risico op luchtwegaandoeningen en hart- en vaatziekten (Newby, ###) Blootstelling aan luchtverontreiniging is verantwoordelijk voor ongeveer # tot #% van de totale ziektelast in In de EU zijn gemotoriseerd wegverkeer, energiecentrales en industriële en huishoudelijke verwarmingsinstallaties op olie, kolen of hout belangrijke bronnen van fijnstof Tot een derde van de Europeanen in stedelijke gebieden is blootgesteld aan waarden die de normen voor luchtkwaliteit van de EU overschrijden Vooral jongeren en ouderen met een hoog risico op hart- en vaatziekten zijn gevoeliger voor de schadelijke effecten van luchtvervuiling op hart en vaten Schattingen van het aantal vroegtijdige doden door luchtvervuiling in <LOCATIE> lopen uiteen van <DATUM> tot <DATUM> per jaar (<PERSOON>, ###) Een kwart van het fijnstof heeft een natuurlijke <INSTELLING>, driekwart is het resultaat van menselijk handelen De EU-commissie heeft een pakket beleidsmaatregelen afgekondigd dat in ### moet zijn ingevoerd en dat de schadelijke emissies door verkeer, energiecentrales en landbouw moet verminderen (Richtlijn Nationale Emissieplafond en Pakket Luchtkwaliteit, ###) Verdere pogingen om luchtvervuiling te verminderen moeten worden aangemoedigd en overgenomen door nationale overheden (bijvoorbeeld door passende en effectieve wetgeving) Patiëntorganisaties en gezondheidsprofessionals kunnen een belangrijke rol spelen bij het ondersteunen van beleids- en onderwijsinitiatieven en vormen een krachtige stem in de roep om actie op De media kunnen de bevolking informeren over luchtkwaliteit (bijvoorbeeld door apps) en door smogwaarschuwingen af te geven.
599
fms
Bezoeken door NOC*NSF moeten de sportclubs bewust maken van de schadelijke gevolgen van drankgebruik onder jongeren en de Luchtvervuiling draagt bij aan het risico op luchtwegaandoeningen en hart- en vaatziekten (Newby, ###) Blootstelling aan luchtverontreiniging is verantwoordelijk voor ongeveer # tot #% van de totale ziektelast in In de EU zijn gemotoriseerd wegverkeer, energiecentrales en industriële en huishoudelijke verwarmingsinstallaties op olie, kolen of hout belangrijke bronnen van fijnstof Tot een derde van de Europeanen in stedelijke gebieden is blootgesteld aan waarden die de normen voor luchtkwaliteit van de EU overschrijden Vooral jongeren en ouderen met een hoog risico op hart- en vaatziekten zijn gevoeliger voor de schadelijke effecten van luchtvervuiling op hart en vaten Schattingen van het aantal vroegtijdige doden door luchtvervuiling in <LOCATIE> lopen uiteen van <DATUM> tot <DATUM> per jaar (<PERSOON>, ###) Een kwart van het fijnstof heeft een natuurlijke <INSTELLING>, driekwart is het resultaat van menselijk handelen De EU-commissie heeft een pakket beleidsmaatregelen afgekondigd dat in ### moet zijn ingevoerd en dat de schadelijke emissies door verkeer, energiecentrales en landbouw moet verminderen (Richtlijn Nationale Emissieplafond en Pakket Luchtkwaliteit, ###) Verdere pogingen om luchtvervuiling te verminderen moeten worden aangemoedigd en overgenomen door nationale overheden (bijvoorbeeld door passende en effectieve wetgeving) Patiëntorganisaties en gezondheidsprofessionals kunnen een belangrijke rol spelen bij het ondersteunen van beleids- en onderwijsinitiatieven en vormen een krachtige stem in de roep om actie op De media kunnen de bevolking informeren over luchtkwaliteit (bijvoorbeeld door apps) en door smogwaarschuwingen af te geven Economische prikkels zoals belastingverlaging op elektrische en hybride voertuigen kunnen bijdragen aan de verbetering van de luchtkwaliteit Nieuwe huizen en scholen kunnen worden gebouwd in gebieden die ver weg De EU heeft in juni ### de richtlijn nationale emissieplafonds (NEC-richtlijn) vastgesteld, <LOCATIE> moet hiervoor in ### - samen met gemeenten en provincies - een plan schrijven en dat te richten op de streefwaarden voor gezonde lucht Voor fijnstof (uitgedrukt in Particulate Matter, maat voor de grootte van de μg/m# De EU-grenswaarde wordt als onvoldoende beschouwd en VWS geeft aan te streven naar de WHOadvieswaarden In november ### heeft de tweede kamer een motie (naar aanleiding van een petitie van het Longfonds) aangenomen om in ### te komen tot een Nationaal Luchtplan, waarin gezondheid centraal staat en de meest vervuilde plekken worden aangepakt (Tweede <PERSOON>, ###) Milieudefensie heeft geprobeerd de overheid te dwingen tot een actievere houding om de EU-normen tegen luchtvervuiling te halen, maar heeft de rechtszaak verloren (Milieudefensie, ###) Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat verwacht voorjaar ### te komen met het Schone Lucht Akkoord, een aanpassing op het Nationaal Samenwerkingsplan Luchtkwaliteit De overheid voert geen campagnes op dit terrein Het Longfonds werkt aan bewustwording bij het algemene publiek om het onzichtbare probleem van luchtvervuiling meer bekendheid en urgentie te geven Daarnaast wil zij personen een handelingsperspectief geven (bijvoorbeeld de fiets in plaats van de auto te nemen, een schone.
594
fms
Economische prikkels zoals belastingverlaging op elektrische en hybride voertuigen kunnen bijdragen aan de verbetering van de luchtkwaliteit Nieuwe huizen en scholen kunnen worden gebouwd in gebieden die ver weg De EU heeft in juni ### de richtlijn nationale emissieplafonds (NEC-richtlijn) vastgesteld, <LOCATIE> moet hiervoor in ### - samen met gemeenten en provincies - een plan schrijven en dat te richten op de streefwaarden voor gezonde lucht Voor fijnstof (uitgedrukt in Particulate Matter, maat voor de grootte van de μg/m# De EU-grenswaarde wordt als onvoldoende beschouwd en VWS geeft aan te streven naar de WHOadvieswaarden In november ### heeft de tweede kamer een motie (naar aanleiding van een petitie van het Longfonds) aangenomen om in ### te komen tot een Nationaal Luchtplan, waarin gezondheid centraal staat en de meest vervuilde plekken worden aangepakt (Tweede <PERSOON>, ###) Milieudefensie heeft geprobeerd de overheid te dwingen tot een actievere houding om de EU-normen tegen luchtvervuiling te halen, maar heeft de rechtszaak verloren (Milieudefensie, ###) Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat verwacht voorjaar ### te komen met het Schone Lucht Akkoord, een aanpassing op het Nationaal Samenwerkingsplan Luchtkwaliteit De overheid voert geen campagnes op dit terrein Het Longfonds werkt aan bewustwording bij het algemene publiek om het onzichtbare probleem van luchtvervuiling meer bekendheid en urgentie te geven Daarnaast wil zij personen een handelingsperspectief geven (bijvoorbeeld de fiets in plaats van de auto te nemen, een schone In <LOCATIE> brengt het <INSTELLING> smogwaarschuwingen uit en heeft de overheid een app met informatie over luchtverontreiniging In ### werd het project van de Universiteit Leiden en Longfonds ‘Meet zelf fijnstof met je Het kabinet stimuleert volledig elektrisch rijden Vanaf ### komt er een (kleine) roettoeslag in de autobelastingen Voor dieselauto’s zonder fabrieksroetfilter gaat de motorrijtuigenbelasting per ### omhoog Lokale problematiek betreft onder andere de uitstoot van houtrook, waarbij personen die in de directe omgeving wonen zeer veel last kunnen hebben van de fijnstof en andere schadelijke stoffen die vrijkomen bij de gemeenten het probleem erkennen en proberen er iets aan te doen Het Longfonds pleit (om te beginnen) voor een stookverbod bij mist en windstil weer en voor goede voorlichting over de gezondheidsrisico’s van De benadering op populatieniveau volgt het denkmodel van <PERSOON> kleine veranderingen in het ziekterisico (of de risicofactor) in een hele populatie leiden tot een grotere afname in ziektelast dan een grote verandering beperkt tot personen met een verhoogd risico Deze populatiebrede benadering biedt nog meer voordelen het pakt het risico op hart- en vaatziekten gedurende het hele leven aan en leidt tot een vermindering Individueel gedrag wordt bepaald door een omgeving met hiërarchische niveaus Hiertoe behoren individuele keuze, invloed van het gezin, culturele en etnische groepen en werk, maar ook de gezondheidszorg en het overheidsbeleid en beleid op wereldniveau (bijvoorbeeld Europees beleid en internationale handelsafspraken) Deze paragraaf heeft tot doel belanghebbenden te voorzien van onderbouwde suggesties voor de meest kansrijke interventie om het risico op hart- en vaatziekten te verminderen die kunnen worden ingevoerd op.
596
fms
In ### werd het project van de Universiteit Leiden en Longfonds ‘Meet zelf fijnstof met je Het kabinet stimuleert volledig elektrisch rijden Vanaf ### komt er een (kleine) roettoeslag in de autobelastingen Voor dieselauto’s zonder fabrieksroetfilter gaat de motorrijtuigenbelasting per ### omhoog Lokale problematiek betreft onder andere de uitstoot van houtrook, waarbij personen die in de directe omgeving wonen zeer veel last kunnen hebben van de fijnstof en andere schadelijke stoffen die vrijkomen bij de gemeenten het probleem erkennen en proberen er iets aan te doen Het Longfonds pleit (om te beginnen) voor een stookverbod bij mist en windstil weer en voor goede voorlichting over de gezondheidsrisico’s van De benadering op populatieniveau volgt het denkmodel van <PERSOON> kleine veranderingen in het ziekterisico (of de risicofactor) in een hele populatie leiden tot een grotere afname in ziektelast dan een grote verandering beperkt tot personen met een verhoogd risico Deze populatiebrede benadering biedt nog meer voordelen het pakt het risico op hart- en vaatziekten gedurende het hele leven aan en leidt tot een vermindering Individueel gedrag wordt bepaald door een omgeving met hiërarchische niveaus Hiertoe behoren individuele keuze, invloed van het gezin, culturele en etnische groepen en werk, maar ook de gezondheidszorg en het overheidsbeleid en beleid op wereldniveau (bijvoorbeeld Europees beleid en internationale handelsafspraken) Deze paragraaf heeft tot doel belanghebbenden te voorzien van onderbouwde suggesties voor de meest kansrijke interventie om het risico op hart- en vaatziekten te verminderen die kunnen worden ingevoerd op Professionals in de gezondheidszorg spelen een Strategieën zoals ‘nudges (=zachte duwtjes)’ en ‘de norm worden’ zijn voorgesteld als hulpmiddelen Door de context te veranderen en zo de gezonde keuze ook de makkelijke keuze te maken, worden personen de gezonde kant op geduwd Zowel nationale als lokale overheden moeten een maatschappelijke omgeving disease prevention in clinical practice uit ### (Piepoli, ###) en verschillende bronnen van Nederlandse maatregelen, die op dit gebied worden genomen Er is voor beantwoording van deze uitgangsvraag geen De maatregelen die hier worden gepresenteerd zijn gebaseerd op recente omvangrijke reviews en individuele RCT te gebruiken om interventies op populatieniveau te evalueren (in tegenstelling tot interventies op individueel niveau) De werkgroep heeft ervoor gekozen een maatregel aan te bevelen indien het onderliggend bewijs als hoog werd ingeschat en een maatregel te overwegen als er sterke aanwijzingen waren voor effectiviteit American College of Sports Medicine ACSM's guidelines for exercise testing and prescription #th ed <PERSOON> alcohol policy and the alcohol industry <PERSOON> L, et al Discontinuation of smokeless tobacco and mortality risk after myocardial infarction Brien SE, Ronksley PE, Turner BJ, et al Effect of alcohol consumption on biological markers associated with risk of <PERSOON> relation between alcohol and cardiovascular disease in Eastern Europe explaining the paradox J Bureau Europe'en des Unions de Consommateurs.
552
fms
de gezondheidszorg spelen een Strategieën zoals ‘nudges (=zachte duwtjes)’ en ‘de norm worden’ zijn voorgesteld als hulpmiddelen Door de context te veranderen en zo de gezonde keuze ook de makkelijke keuze te maken, worden personen de gezonde kant op geduwd Zowel nationale als lokale overheden moeten een maatschappelijke omgeving disease prevention in clinical practice uit ### (Piepoli, ###) en verschillende bronnen van Nederlandse maatregelen, die op dit gebied worden genomen Er is voor beantwoording van deze uitgangsvraag geen De maatregelen die hier worden gepresenteerd zijn gebaseerd op recente omvangrijke reviews en individuele RCT te gebruiken om interventies op populatieniveau te evalueren (in tegenstelling tot interventies op individueel niveau) De werkgroep heeft ervoor gekozen een maatregel aan te bevelen indien het onderliggend bewijs als hoog werd ingeschat en een maatregel te overwegen als er sterke aanwijzingen waren voor effectiviteit American College of Sports Medicine ACSM's guidelines for exercise testing and prescription #th ed <PERSOON> alcohol policy and the alcohol industry <PERSOON> L, et al Discontinuation of smokeless tobacco and mortality risk after myocardial infarction Brien SE, Ronksley PE, Turner BJ, et al Effect of alcohol consumption on biological markers associated with risk of <PERSOON> relation between alcohol and cardiovascular disease in Eastern Europe explaining the paradox J Bureau Europe'en des Unions de Consommateurs Position paper Brussels European Union, ### (WEBLINK) <PERSOON> AF, Erickson KI, et al Cardiovascular fitness, cortical plasticity, and aging <PERSOON> jongeren op gezond gewicht ### Mulier instituut, ### Zie European Heart Network Diet, Physical Activity and Cardiovascular Disease Prevention in <PERSOON> N, et al Food pricing strategies, population diets, and non-communicable disease a <PERSOON> T, et al Snus under svangerskap er ikke ufarlig Tidsskrift for Den norske legeforening Geaney F, <PERSOON> BA, et al <PERSOON> effectiveness of workplace dietary modification interventions a systematic review Global Advocacy Council for Physical Activity, International Society for Physical Activity and <PERSOON-##> for Grunert KG, Wills JM A review of European research on consumer response to nutrition information on food labels <PERSOON-##> TG, Jewell J, et al Smart food policies for obesity prevention <PERSOON-##> GA Salt reduction in England from ### to ### its relationship to blood <PERSOON-##> R, et al Privatizing alcohol sales and alcohol consumption evidence and implications Hillman CH, Pontifex MB, Castelli DM, et al Effects of the FITKids randomized controlled trial on executive control and.
537
fms
European Union, ### (WEBLINK) <PERSOON> AF, Erickson KI, et al Cardiovascular fitness, cortical plasticity, and aging <PERSOON> jongeren op gezond gewicht ### Mulier instituut, ### Zie European Heart Network Diet, Physical Activity and Cardiovascular Disease Prevention in <PERSOON> N, et al Food pricing strategies, population diets, and non-communicable disease a <PERSOON> T, et al Snus under svangerskap er ikke ufarlig Tidsskrift for Den norske legeforening Geaney F, <PERSOON> BA, et al <PERSOON> effectiveness of workplace dietary modification interventions a systematic review Global Advocacy Council for Physical Activity, International Society for Physical Activity and <PERSOON> for Grunert KG, Wills JM A review of European research on consumer response to nutrition information on food labels <PERSOON> TG, Jewell J, et al Smart food policies for obesity prevention <PERSOON> GA Salt reduction in England from ### to ### its relationship to blood <PERSOON-##> R, et al Privatizing alcohol sales and alcohol consumption evidence and implications Hillman CH, Pontifex MB, Castelli DM, et al Effects of the FITKids randomized controlled trial on executive control and Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu De waarde van voedselkeuzelogo voor Huhman ME, <PERSOON-##> LD, <PERSOON-##> JC, et al Evaluation of a national physical activity intervention for children VERB campaign, International Agency for Research on Cancer Monographs on the evaluation of carcinogenic risks to humans <PERSOON-##> BK, Lochen ML Active and passive smoking and the risk of myocardial infarction in ##,### men and <PERSOON-##> E, et al Population-level changes to promote cardiovascular health <PERSOON-##> HO, et al Effectiveness of brief alcohol interventions in primary care populations <PERSOON-##> D Six-month observational study of prompted stair climbing <PERSOON-##> T en <PERSOON-##> van accijns en prijs op het gebruik van tabaksproducten Trimbos-instituut, <LOCATIE>, ### Klatsky AL Alcohol and cardiovascular mortality common sense and scientific truth <PERSOON-##> C, et al Effect of school based physical activity programme (KISS) on fitness and adiposity <PERSOON-##> ND, et al Results of a workplace health campaign what can be achieved?Dtsch Arztebl Int Lochen ML, Gram IT, Skattebo S, et al Tobacco images and texts in Norwegian magazines and newspapers <PERSOON-##> activity and all-cause mortality.
544
fms
Milieu De waarde van voedselkeuzelogo voor Huhman ME, <PERSOON> LD, <PERSOON> JC, et al Evaluation of a national physical activity intervention for children VERB campaign, International Agency for Research on Cancer Monographs on the evaluation of carcinogenic risks to humans <PERSOON> BK, Lochen ML Active and passive smoking and the risk of myocardial infarction in ##,### men and <PERSOON> E, et al Population-level changes to promote cardiovascular health <PERSOON> HO, et al Effectiveness of brief alcohol interventions in primary care populations <PERSOON> D Six-month observational study of prompted stair climbing <PERSOON> T en <PERSOON> van accijns en prijs op het gebruik van tabaksproducten Trimbos-instituut, <LOCATIE>, ### Klatsky AL Alcohol and cardiovascular mortality common sense and scientific truth <PERSOON> C, et al Effect of school based physical activity programme (KISS) on fitness and adiposity <PERSOON-##> ND, et al Results of a workplace health campaign what can be achieved?Dtsch Arztebl Int Lochen ML, Gram IT, Skattebo S, et al Tobacco images and texts in Norwegian magazines and newspapers <PERSOON-##> activity and all-cause mortality <PERSOON-##> LG, et al <PERSOON-##> effects of introducing or lowering legal per se blood alcohol limits for Mendoza JA, Levinger DD, Johnston BD Pilot evaluation of a walking school bus program in a low-income, urban <PERSOON-##> NL, et al Population approaches to improve diet, physical activity, and smoking habits a Mukamal KJ, <PERSOON-##> CM, Rao SR, et al Alcohol consumption and cardiovascular mortality among U S adults, ### to ### <PERSOON-##> for Health and Care Excellence Alcohol-use disorders preventing the development of hazardous and National Institute for Health and Care Excellence Prevention of cardiovascular disease at the population level London Newby DE, Mannucci PM, Tell GS, et al Expert position paper on air pollution and cardiovascular disease <PERSOON-##> T, et al Assessing the potential effectiveness of food and beverage taxes and subsidies for improving public health a systematic review of prices, demand and body weight outcomes <PERSOON-##> M, et al Downward trends in the prevalence of childhood overweight in the setting of ##year school- and community-based programmes Public Health Nutr ###;## ###​<DATUM> Rossem, van, CTM, et al Voedselconsumptie in ###-### vergeleken met de Richtlijnen goede voeding ### <PERSOON-##> T.
563
fms
De z e ric htlijn is to t stand ge ko me n o p initiatie f van Ne de rlandse Ve re niging vo o r Obste trie e n G ynae c o lo gie Deze richtlijn richt zich op wat volgens de huidige maatstaven de beste zorg is voor patiënten met een reproductieve aandoening, ten aanzien van de eventuele risicofactoren voor hart- en vaatziekten In de richtlijn De huidige kennis rondom het toegenomen risico op hart- een vaatziekten bij patiënten met Aanvullend onderzoek ter identificatie van het toegenomen risico op hart- en vaatziekten bij Behandeling van patiënten met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten na een reproductieve De organisatie van de zorg bij CVRM na reproductieve aandoeningen Deze richtlijn is bestemd voor alle zorgverleners die betrokken zijn bij de zorg voor patiënten met een Reproductieve aandoeningen zijn aandoeningen die te maken hebben met de reproductie (vruchtbaarheid, zwangerschap, overgang) De afgelopen jaren is uit onderzoek gebleken dat deze aandoeningen een verhoogd risico met zich meebrengen op hart- en vaatziekten <PERSOON> herkenning en eventuele behandeling van deze Het initiatief voor deze richtlijn is afkomstig van de Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie (NVOG) De richtlijn is opgesteld door een multidisciplinaire commissie met vertegenwoordigers vanuit de Bij de ontwikkeling van de richtlijn is ook een knelpuntenanalyse gedaan door middel van een Uit de literatuur blijkt dat er verschillende typen onderzoeken gebruikt worden om onderzoeksvragen te beantwoorden Er zijn de traditionele grotere bevolkingsonderzoeken waarbij bijvoorbeeld grote aantallen vrouwen met een door hypertensie gecompliceerde zwangerschap zijn vergeleken met vrouwen met een ongecompliceerde zwangerschap Deze grote groepen zijn gevolgd in de tijd voor het ontwikkelen van een Daarnaast is er een groot aantal studies waarbij vrouwen met een zwangerschap die gecompliceerd was door hoge bloeddruk zijn verzameld in een ziekenhuis of regio (patiënten serie) en vergeleken met een groep vrouwen met een ongecompliceerde zwangerschap, meestal van ongeveer dezelfde leeftijd (controle serie) Deze controle serie bestaat soms uit vrouwen uit hetzelfde ziekenhuis, soms uit vrouwen uit de algemene bevolking gevolgd in de tijd voor het ontwikkelen van een risicofactor of het optreden van een CV gebeurtenis We noemen deze onderzoeken ‘patiënten series’ Omdat de kans op vertekening van de bevindingen, zoals een foutieve schatting (te hoog of te laag) van de kans op het ontwikkelen van een risicofactor of het krijgen van een CV gebeurtenis, in patiënten series groter is dan in bevolkings cohortonderzoeken hechten we bij de Om de resultaten overzichtelijk weer te geven heeft de werkgroep ervoor gekozen om de bevindingen samen te voegen in forest plots middels een 'random effects model' (Borenstein ###) Een 'random effects model' gaat er vanuit dat de verschillende effecten die in onderzoeken worden gevonden niet alleen berusten op toevalsvariatie maar dat de interventie per onderzoek ook een daadwerkelijk verschillend effect toont (Opstelten ###) De verschillende onderzoeken hebben hun resultaten weergeven in hazard ratio (HR), odds ratio (OR) of relatief risico (RR) In de forest plots hebben we deze verschillende risico’s samengenomen en onderscheid.
570
fms
hypertensie gecompliceerde zwangerschap zijn vergeleken met vrouwen met een ongecompliceerde zwangerschap Deze grote groepen zijn gevolgd in de tijd voor het ontwikkelen van een Daarnaast is er een groot aantal studies waarbij vrouwen met een zwangerschap die gecompliceerd was door hoge bloeddruk zijn verzameld in een ziekenhuis of regio (patiënten serie) en vergeleken met een groep vrouwen met een ongecompliceerde zwangerschap, meestal van ongeveer dezelfde leeftijd (controle serie) Deze controle serie bestaat soms uit vrouwen uit hetzelfde ziekenhuis, soms uit vrouwen uit de algemene bevolking gevolgd in de tijd voor het ontwikkelen van een risicofactor of het optreden van een CV gebeurtenis We noemen deze onderzoeken ‘patiënten series’ Omdat de kans op vertekening van de bevindingen, zoals een foutieve schatting (te hoog of te laag) van de kans op het ontwikkelen van een risicofactor of het krijgen van een CV gebeurtenis, in patiënten series groter is dan in bevolkings cohortonderzoeken hechten we bij de Om de resultaten overzichtelijk weer te geven heeft de werkgroep ervoor gekozen om de bevindingen samen te voegen in forest plots middels een 'random effects model' (Borenstein ###) Een 'random effects model' gaat er vanuit dat de verschillende effecten die in onderzoeken worden gevonden niet alleen berusten op toevalsvariatie maar dat de interventie per onderzoek ook een daadwerkelijk verschillend effect toont (Opstelten ###) De verschillende onderzoeken hebben hun resultaten weergeven in hazard ratio (HR), odds ratio (OR) of relatief risico (RR) In de forest plots hebben we deze verschillende risico’s samengenomen en onderscheid De resultaten worden weergegeven als een RR per studie met bijbehorend ##% betrouwbaarheidsinterval (##% BI) In de risicotabellen (bijlage #) is wel onderscheid Aanwijzingen voor publicatiebias werden geëvalueerd met ‘funnelplots’ Hierin wordt de schatting van het verband uitgezet tegen de precisie van die schatting (Opstelten ###) Statistische heterogeniteit werd op twee manieren geëvalueerd Ten eerste werd deze in principe visueel beoordeeld aan de hand van het al dan niet ver uit elkaar liggen van de puntschatters en betrouwbaarheidsintervallen op de verschillende forest plots Ten tweede hebben we de heterogeniteit beoordeeld met de I# -test Deze test geeft het percentage variatie tussen de effectschatters van de verschillende onderzoeken dat niet door het toeval kan worden verklaard (Ioannidis, ###) Hoe lager een I# waarde hoe homogener de bevindingen Een I# van ##% geeft dus aan dat ##% van de verschillen tussen de onderzoeken niet door het toeval is te verklaren Een I# van )##% wordt gezien als aanwezigheid van aanzienlijke heterogeniteit, dus spreiding in de resultaten niet op basis van toeval Opgemerkt moet worden dat een nadeel van deze statistische toets is is dat ze bij een beperkt aantal ingesloten onderzoeken (veelal minder dan ##) niet goed statistische heterogeniteit kan uitsluiten Dit geldt voor bijna al Het belang voor de patiënt ligt op het terrein van de absolute kansen Bijvoorbeeld een terechte vraag is ‘hoeveel kans heb ik om hoge bloeddruk te ontwikkelen in de komende tien jaar’ We hebben geen onderzoeken.
604
fms
resultaten worden weergegeven als een RR per studie met bijbehorend ##% betrouwbaarheidsinterval (##% BI) In de risicotabellen (bijlage #) is wel onderscheid Aanwijzingen voor publicatiebias werden geëvalueerd met ‘funnelplots’ Hierin wordt de schatting van het verband uitgezet tegen de precisie van die schatting (Opstelten ###) Statistische heterogeniteit werd op twee manieren geëvalueerd Ten eerste werd deze in principe visueel beoordeeld aan de hand van het al dan niet ver uit elkaar liggen van de puntschatters en betrouwbaarheidsintervallen op de verschillende forest plots Ten tweede hebben we de heterogeniteit beoordeeld met de I# -test Deze test geeft het percentage variatie tussen de effectschatters van de verschillende onderzoeken dat niet door het toeval kan worden verklaard (Ioannidis, ###) Hoe lager een I# waarde hoe homogener de bevindingen Een I# van ##% geeft dus aan dat ##% van de verschillen tussen de onderzoeken niet door het toeval is te verklaren Een I# van )##% wordt gezien als aanwezigheid van aanzienlijke heterogeniteit, dus spreiding in de resultaten niet op basis van toeval Opgemerkt moet worden dat een nadeel van deze statistische toets is is dat ze bij een beperkt aantal ingesloten onderzoeken (veelal minder dan ##) niet goed statistische heterogeniteit kan uitsluiten Dit geldt voor bijna al Het belang voor de patiënt ligt op het terrein van de absolute kansen Bijvoorbeeld een terechte vraag is ‘hoeveel kans heb ik om hoge bloeddruk te ontwikkelen in de komende tien jaar’ We hebben geen onderzoeken reproductieve stoornis en de uitkomst (bijvoorbeeld PE) als een RR is uitgedrukt Een kanttekening dient echter geplaatst te worden Als wij onderzoeken hadden gevonden die een <LEEFTIJD> jaar risico op een CV gebeurtenis hadden gerapporteerd, dan moet men zich afvragen in hoeverre deze absolute kansen nog wel van toepassing zijn op de huidige vrouw die bijvoorbeeld PE heeft gehad <PERSOON> de absolute kansen op een myocardinfarct zijn aanzienlijk gedaald in de afgelopen jaren (<PERSOON> ###) Afhankelijk van de leeftijd bij aanvang van het cohort en het type klinische eindpunt kan de absolute kans sterk variëren tussen studies Tevens kan een korte follow-up leiden tot minder CV gebeurtenissen Een laag aantal gebeurtenissen leidt tot schattingen met weinig <PERSOON> ML, van <PERSOON> trends and inequalities in incidence and short-term outcome of acute myocardial infarction between ### and ### <PERSOON> Wat zijn de risico’s op een ongunstig cardiovasculaire risicoprofiel voor vrouwen met pre-eclampsie of Gelet op het toegenomen relatieve risico op hart- en vaatziekten bij vrouwen met pre-eclampsie in de voorgeschiedenis is er reden om verdere diagnostiek en behandeling te adviseren met betrekking tot Gelet op het beperkte toegenomen relatieve risico op hart- en vaatziekten bij vrouwen met zwangerschapshypertensie in de voorgeschiedenis is er geen reden om verdere diagnostiek en behandeling te De studies laten consistent zien dat het hebben doorgemaakt van een pre-eclampsie gepaard gaat met een.
578
fms
de uitkomst (bijvoorbeeld PE) als een RR is uitgedrukt Een kanttekening dient echter geplaatst te worden Als wij onderzoeken hadden gevonden die een <LEEFTIJD> jaar risico op een CV gebeurtenis hadden gerapporteerd, dan moet men zich afvragen in hoeverre deze absolute kansen nog wel van toepassing zijn op de huidige vrouw die bijvoorbeeld PE heeft gehad <PERSOON> de absolute kansen op een myocardinfarct zijn aanzienlijk gedaald in de afgelopen jaren (<PERSOON> ###) Afhankelijk van de leeftijd bij aanvang van het cohort en het type klinische eindpunt kan de absolute kans sterk variëren tussen studies Tevens kan een korte follow-up leiden tot minder CV gebeurtenissen Een laag aantal gebeurtenissen leidt tot schattingen met weinig <PERSOON> ML, van <PERSOON> trends and inequalities in incidence and short-term outcome of acute myocardial infarction between ### and ### <PERSOON> Wat zijn de risico’s op een ongunstig cardiovasculaire risicoprofiel voor vrouwen met pre-eclampsie of Gelet op het toegenomen relatieve risico op hart- en vaatziekten bij vrouwen met pre-eclampsie in de voorgeschiedenis is er reden om verdere diagnostiek en behandeling te adviseren met betrekking tot Gelet op het beperkte toegenomen relatieve risico op hart- en vaatziekten bij vrouwen met zwangerschapshypertensie in de voorgeschiedenis is er geen reden om verdere diagnostiek en behandeling te De studies laten consistent zien dat het hebben doorgemaakt van een pre-eclampsie gepaard gaat met een beroerte Vier onderzoeken geven aan dat de risico’s na een vroege pre-eclampsie veel hoger zijn dan na een late pre-eclampsie De verbanden voor zwangerschapshypertensie zijn zwakker, maar wel aanwezig Studies naar de kans op het ontwikkelen van een risicofactor zijn consistent positief voor hypertensie en diabetes mellitus type #, terwijl er geen verband gevonden werd voor gestoorde lipidenstofwisseling De gevonden studies rapporteerden niet systematisch resultaten voor etnische groepen Daarom hebben wij dit niet gerapporteerd Verder onderzoek moet uitwijzen of er verschillen zijn tussen etnische groepen Op grond van de resultaten op het gebied van lipiden stoornissen kan geconcludeerd worden dat er geen verhoogde kans op dyslipidemie is Wel moet opgemerkt worden dat in deze onderzoeken sprake was van grote verschillen in de definitie van dyslipidemie, er gemeten werd op verschillende tijdstippen na de zwangerschap en dat onderzoek overwegend plaats vond bij premenopauzale vrouwen bij wie het lipidenprofiel gunstig beïnvloed wordt door de endogene oestrogeenstatus Er zou meer onderzoek gedaan moeten worden De bewijsvoering over de kans op CV gebeurtenissen of het ontwikkelen van een CV risicofactor is gebaseerd op niet experimenteel onderzoek In dergelijk onderzoek kunnen verbanden worden over- of onderschat als gevolg van aanwezigheid van verstorende variabelen In de regel wordt statistisch ‘gecorrigeerd’ voor deze verstorende variabelen om zo dicht mogelijk bij de waarheid te komen De mate van correctie varieert tussen de studies Dit is weergegeven in de evidencetabellen Als onvoldoende rekening gehouden wordt met deze.
535
fms
risico’s na een vroege pre-eclampsie veel hoger zijn dan na een late pre-eclampsie De verbanden voor zwangerschapshypertensie zijn zwakker, maar wel aanwezig Studies naar de kans op het ontwikkelen van een risicofactor zijn consistent positief voor hypertensie en diabetes mellitus type #, terwijl er geen verband gevonden werd voor gestoorde lipidenstofwisseling De gevonden studies rapporteerden niet systematisch resultaten voor etnische groepen Daarom hebben wij dit niet gerapporteerd Verder onderzoek moet uitwijzen of er verschillen zijn tussen etnische groepen Op grond van de resultaten op het gebied van lipiden stoornissen kan geconcludeerd worden dat er geen verhoogde kans op dyslipidemie is Wel moet opgemerkt worden dat in deze onderzoeken sprake was van grote verschillen in de definitie van dyslipidemie, er gemeten werd op verschillende tijdstippen na de zwangerschap en dat onderzoek overwegend plaats vond bij premenopauzale vrouwen bij wie het lipidenprofiel gunstig beïnvloed wordt door de endogene oestrogeenstatus Er zou meer onderzoek gedaan moeten worden De bewijsvoering over de kans op CV gebeurtenissen of het ontwikkelen van een CV risicofactor is gebaseerd op niet experimenteel onderzoek In dergelijk onderzoek kunnen verbanden worden over- of onderschat als gevolg van aanwezigheid van verstorende variabelen In de regel wordt statistisch ‘gecorrigeerd’ voor deze verstorende variabelen om zo dicht mogelijk bij de waarheid te komen De mate van correctie varieert tussen de studies Dit is weergegeven in de evidencetabellen Als onvoldoende rekening gehouden wordt met deze Dit leidt er toe Op basis van de visuele inspectie van de funnelplots leek er geen sprake te zijn van publicatiebias in de door ons onderzochte determinanten Op het oog lieten de resultaten weinig klinische heterogeniteit zien tussen studies in de determinant, de patiënten, en de klinische uitkomsten Wel waren er aanzienlijke verschillen tussen studies in follow-up duur en mate van correctie voor verstorende variabelen Statistische heterogeniteit werd op twee manieren geëvalueerd Ten eerste werd deze visueel beoordeeld aan de hand van het al dan niet ver uit elkaar liggen van de puntschatters en betrouwbaarheidsintervallen op de verschillende ‘forest plots’ In de meeste van de analyses lagen de schattingen van de verbanden redelijk dicht bij elkaar én was meestal sprake van Een tweede manier om te kijken naar de kracht van de bewijsvoering is te schatten waar de echte waarde van het RR zou kunnen liggen in een nieuwe te starten onderzoek, het zogenaamde ‘prediction interval’ Deze berekening kan worden gemaakt op basis van de informatie afkomstig uit de gepoolde effect schattingen, waarbij de precisie van de gepoolde schatting én de variatie tussen studies (tau) worden meegenomen in de berekening Dan komt naar voren dat de ‘echte’ waarde van het RR van pre-eclampsie op CV gebeurtenis in een nieuw onderzoek voor ##% ligt tussen # ## en # ## Voor IHZ ligt dat tussen # ## en # ## en voor CVA tussen <DATUM> en de # ## Voor zwangerschapshypertensie zien we grenzen voor IHZ van # ## en # ## en voor CVA van #.
577
fms
de funnelplots leek er geen sprake te zijn van publicatiebias in de door ons onderzochte determinanten Op het oog lieten de resultaten weinig klinische heterogeniteit zien tussen studies in de determinant, de patiënten, en de klinische uitkomsten Wel waren er aanzienlijke verschillen tussen studies in follow-up duur en mate van correctie voor verstorende variabelen Statistische heterogeniteit werd op twee manieren geëvalueerd Ten eerste werd deze visueel beoordeeld aan de hand van het al dan niet ver uit elkaar liggen van de puntschatters en betrouwbaarheidsintervallen op de verschillende ‘forest plots’ In de meeste van de analyses lagen de schattingen van de verbanden redelijk dicht bij elkaar én was meestal sprake van Een tweede manier om te kijken naar de kracht van de bewijsvoering is te schatten waar de echte waarde van het RR zou kunnen liggen in een nieuwe te starten onderzoek, het zogenaamde ‘prediction interval’ Deze berekening kan worden gemaakt op basis van de informatie afkomstig uit de gepoolde effect schattingen, waarbij de precisie van de gepoolde schatting én de variatie tussen studies (tau) worden meegenomen in de berekening Dan komt naar voren dat de ‘echte’ waarde van het RR van pre-eclampsie op CV gebeurtenis in een nieuw onderzoek voor ##% ligt tussen # ## en # ## Voor IHZ ligt dat tussen # ## en # ## en voor CVA tussen <DATUM> en de # ## Voor zwangerschapshypertensie zien we grenzen voor IHZ van # ## en # ## en voor CVA van # ## Dergelijke berekeningen geven aan dat de verbanden tussen pre-eclampsie en het krijgen van een Hetzelfde kan berekend worden voor de andere verbanden, bijvoorbeeld voor het verband tussen preeclampsie en de kans op hypertensie Het nieuwe relatieve risico ligt dan tussen # ## en # ## Voor preeclampsie en de kans op diabetes mellitus ligt de waarde tussen # ## en # ## Deze resultaten geven aan dat er veel meer variatie zit tussen de gepoolde studies Zo ook voor zwangerschapshypertensie en de kans op Absolute kans op het ontwikkelen van een risicofactor of CV gebeurtenis Het meest interessant voor de patiënt zijn de absolute kansen Een terechte vraag is ’hoeveel kans heb ik om hoge bloeddruk te ontwikkelen in de komende tien jaar’ We hebben geen onderzoeken kunnen vinden die daar een eenduidig antwoord op geven, alleen onderzoeken waarbij het verband als een RR is uitgedrukt Daarbij moet een kanttekening worden geplaatst Als er onderzoeken waren gevonden die een <LEEFTIJD> jaar risico op een CV gebeurtenis hadden gerapporteerd dan kan men zich afvragen in hoeverre deze absolute kansen nog wel van toepassing zijn op de huidige vrouw die een PE heeft gehad De absolute kansen op een myocard infarct zijn immers aanzienlijk gedaald in de afgelopen jaren Daarnaast bleek de gemiddelde follow-up te variëren van # tot <LEEFTIJD> jaar Afhankelijk van de leeftijd bij de aanvang van het cohort en het type klinische eindpunt kan de absolute kans sterk variëren tussen studies.
593
fms
Dergelijke berekeningen geven aan dat de verbanden tussen pre-eclampsie en het krijgen van een Hetzelfde kan berekend worden voor de andere verbanden, bijvoorbeeld voor het verband tussen preeclampsie en de kans op hypertensie Het nieuwe relatieve risico ligt dan tussen # ## en # ## Voor preeclampsie en de kans op diabetes mellitus ligt de waarde tussen # ## en # ## Deze resultaten geven aan dat er veel meer variatie zit tussen de gepoolde studies Zo ook voor zwangerschapshypertensie en de kans op Absolute kans op het ontwikkelen van een risicofactor of CV gebeurtenis Het meest interessant voor de patiënt zijn de absolute kansen Een terechte vraag is ’hoeveel kans heb ik om hoge bloeddruk te ontwikkelen in de komende tien jaar’ We hebben geen onderzoeken kunnen vinden die daar een eenduidig antwoord op geven, alleen onderzoeken waarbij het verband als een RR is uitgedrukt Daarbij moet een kanttekening worden geplaatst Als er onderzoeken waren gevonden die een <LEEFTIJD> jaar risico op een CV gebeurtenis hadden gerapporteerd dan kan men zich afvragen in hoeverre deze absolute kansen nog wel van toepassing zijn op de huidige vrouw die een PE heeft gehad De absolute kansen op een myocard infarct zijn immers aanzienlijk gedaald in de afgelopen jaren Daarnaast bleek de gemiddelde follow-up te variëren van # tot <LEEFTIJD> jaar Afhankelijk van de leeftijd bij de aanvang van het cohort en het type klinische eindpunt kan de absolute kans sterk variëren tussen studies Een laag aantal gebeurtenissen leidt tot schattingen met weinig precisie en daarmee tot een laag Onderzoek waarin gekeken is of het nuttig is om informatie over het hebben gehad van pre-eclampsie of zwangerschapshypertensie te betrekken in de risicoprofilering van vrouwen kon de werkgroep niet vinden Er is wel een recente aanbeveling van de American Heart Association (AHA) die aangeeft dat vrouwen met een preeclampsie gezien moeten worden als ‘high risk’ groep (Bushnell ###) Deze aanbeveling is echter niet gebaseerd op individueel onderzoek maar komt voort uit de beschikbare bewijsvoering zoals wij die hierboven Tijdens de laatste decennia is steeds duidelijker geworden dat vrouwen met hypertensieve problemen en complicaties tijdens de zwangerschap een verhoogd risico hebben op hart- en vaatziekten (HVZ) later in het leven Een groeiend aantal onderzoeken laat zien dat bij vrouwen die zwangerschapshypertensie (PIH) of preeclampsie (PE) hebben gehad na de bevalling vaker sprake is van afwijkingen in klassieke cardiovasculaire (CV) vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben doorgemaakt Bovendien is in een aantal cohortonderzoeken vastgesteld dat een deel van deze nog relatief jonge vrouwen een verhoogd <LEEFTIJD>-jaars en/of ‘life-time’ risico heeft op het krijgen van een CV gebeurtenis of op het overlijden aan een CV aandoening <PERSOON> over de verhoogde risico’s is geen gemeengoed bij behandelaars en de vrouwen zelf en over de precieze Dit wordt mede veroorzaakt doordat er verschillende vormen van verhoogde bloeddruk in de zwangerschap zijn en er verschillende definities worden gebruikt Ook zijn er tussen de studies verschillen in de tijdsperioden tussen.
572
fms
laag aantal gebeurtenissen leidt tot schattingen met weinig precisie en daarmee tot een laag Onderzoek waarin gekeken is of het nuttig is om informatie over het hebben gehad van pre-eclampsie of zwangerschapshypertensie te betrekken in de risicoprofilering van vrouwen kon de werkgroep niet vinden Er is wel een recente aanbeveling van de American Heart Association (AHA) die aangeeft dat vrouwen met een preeclampsie gezien moeten worden als ‘high risk’ groep (Bushnell ###) Deze aanbeveling is echter niet gebaseerd op individueel onderzoek maar komt voort uit de beschikbare bewijsvoering zoals wij die hierboven Tijdens de laatste decennia is steeds duidelijker geworden dat vrouwen met hypertensieve problemen en complicaties tijdens de zwangerschap een verhoogd risico hebben op hart- en vaatziekten (HVZ) later in het leven Een groeiend aantal onderzoeken laat zien dat bij vrouwen die zwangerschapshypertensie (PIH) of preeclampsie (PE) hebben gehad na de bevalling vaker sprake is van afwijkingen in klassieke cardiovasculaire (CV) vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben doorgemaakt Bovendien is in een aantal cohortonderzoeken vastgesteld dat een deel van deze nog relatief jonge vrouwen een verhoogd <LEEFTIJD>-jaars en/of ‘life-time’ risico heeft op het krijgen van een CV gebeurtenis of op het overlijden aan een CV aandoening <PERSOON> over de verhoogde risico’s is geen gemeengoed bij behandelaars en de vrouwen zelf en over de precieze Dit wordt mede veroorzaakt doordat er verschillende vormen van verhoogde bloeddruk in de zwangerschap zijn en er verschillende definities worden gebruikt Ook zijn er tussen de studies verschillen in de tijdsperioden tussen Zo kan sprake zijn van zwangerschapshypertensie (PIH) waarbij sprake is van een verhoogde bloeddruk ontstaan tijdens de zwangerschap óf van een reeds aanwezige hoge bloeddruk vóór de zwangerschap (pre-existent verhoogde bloeddruk) Pre-eclampsie is een ernstige vorm van zwangerschapshypertensie waarbij tevens sprake is van eiwitverlies in de urine Bij PE kan sprake zijn van een vroege vorm (vroege PE), meestal gedefinieerd als PE die wordt vastgesteld of leidt tot een bevalling vóór een zwangerschapsduur van ## complete weken, en van een vorm die later optreedt (late PE) Late PE komt vaker voor dan de vroege variant Men neemt aan dat verschillende mechanismen een rol spelen in de ontwikkeling van vroege en late PE en PIH (Steegers, ###) De risico’s op de ontwikkeling van ongunstige CV risicofactoren en CV gebeurtenissen variëren tussen deze uitingsvormen Dit zou kunnen leiden tot verschillende verbanden met het toekomstige risico op HVZ Daarom is hier gekozen voor een beschrijving van de afzonderlijke resultaten voor PIH en PE Waar mogelijk wordt ook onderscheid gemaakt tussen vroege en late PE of niet fatale cardiovasculaire gebeurtenis (RR # ##, ##% BI # #<DATUM> in vergelijking met vrouwen <PERSOON> ###; <PERSOON> of niet fatale ischemische hartziekten (RR <DATUM> ##% BI # #<DATUM> in vergelijking met vrouwen die <PERSOON> of niet fatale beroerte (RR # ##, ##% BI # ##-#.
588
fms
sprake zijn van zwangerschapshypertensie (PIH) waarbij sprake is van een verhoogde bloeddruk ontstaan tijdens de zwangerschap óf van een reeds aanwezige hoge bloeddruk vóór de zwangerschap (pre-existent verhoogde bloeddruk) Pre-eclampsie is een ernstige vorm van zwangerschapshypertensie waarbij tevens sprake is van eiwitverlies in de urine Bij PE kan sprake zijn van een vroege vorm (vroege PE), meestal gedefinieerd als PE die wordt vastgesteld of leidt tot een bevalling vóór een zwangerschapsduur van ## complete weken, en van een vorm die later optreedt (late PE) Late PE komt vaker voor dan de vroege variant Men neemt aan dat verschillende mechanismen een rol spelen in de ontwikkeling van vroege en late PE en PIH (Steegers, ###) De risico’s op de ontwikkeling van ongunstige CV risicofactoren en CV gebeurtenissen variëren tussen deze uitingsvormen Dit zou kunnen leiden tot verschillende verbanden met het toekomstige risico op HVZ Daarom is hier gekozen voor een beschrijving van de afzonderlijke resultaten voor PIH en PE Waar mogelijk wordt ook onderscheid gemaakt tussen vroege en late PE of niet fatale cardiovasculaire gebeurtenis (RR # ##, ##% BI # #<DATUM> in vergelijking met vrouwen <PERSOON> ###; <PERSOON> of niet fatale ischemische hartziekten (RR <DATUM> ##% BI # #<DATUM> in vergelijking met vrouwen die <PERSOON> of niet fatale beroerte (RR # ##, ##% BI # <DATUM> risico op een cardiovasculaire gebeurtenis in vergelijking met vrouwen die een ongecompliceerde ontwikkelen van hypertensie op latere leeftijd (RR # ##, ##% BI <DATUM> ##) in vergelijking met vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben gehad ontwikkelen van diabetes mellitus type # (RR # ##, ##% BI # #<DATUM> in vergelijking met vrouwen die <PERSOON> ### risico op een fatale of niet fatale ischemische hartziekten (RR # ##, ##% BI # <DATUM> in vergelijking risico op een fatale of niet fatale beroerte (RR # ##, ##% BI # <DATUM> in vergelijking met vrouwen risico op het ontwikkelen van hypertensie op latere leeftijd (RR # ##, ##% BI # <DATUM> in vergelijking <PERSOON> ###; <PERSOON> een verhoogd risico op het ontwikkelen van diabetes mellitus type # (RR <DATUM-##> ##% BI # #<DATUM-##> in vergelijking met vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben gehad Gegevens over <PERSOON> ###, risico op het ontwikkelen van dyslipidemie (RR <DATUM-##> ##% BI # #<DATUM-##> in vergelijking met vrouwen Uit de elders gedefinieerde zoekstrategie en na de beoordeling van de beoordelaars kwamen ## onderzoeken naar voren die geschikt werden geacht voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (<PERSOON>.
610
fms
vergelijking met vrouwen die een ongecompliceerde ontwikkelen van hypertensie op latere leeftijd (RR # ##, ##% BI <DATUM> ##) in vergelijking met vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben gehad ontwikkelen van diabetes mellitus type # (RR # ##, ##% BI # #<DATUM> in vergelijking met vrouwen die <PERSOON> ### risico op een fatale of niet fatale ischemische hartziekten (RR # ##, ##% BI # <DATUM> in vergelijking risico op een fatale of niet fatale beroerte (RR # ##, ##% BI # <DATUM> in vergelijking met vrouwen risico op het ontwikkelen van hypertensie op latere leeftijd (RR # ##, ##% BI # <DATUM> in vergelijking <PERSOON> ###; <PERSOON> een verhoogd risico op het ontwikkelen van diabetes mellitus type # (RR <DATUM> ##% BI # #<DATUM> in vergelijking met vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben gehad Gegevens over <PERSOON> ###, risico op het ontwikkelen van dyslipidemie (RR <DATUM> ##% BI # #<DATUM> in vergelijking met vrouwen Uit de elders gedefinieerde zoekstrategie en na de beoordeling van de beoordelaars kwamen ## onderzoeken naar voren die geschikt werden geacht voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (<PERSOON> De beschrijving van alle ruwe resultaten op basis waarvan de onderstaande figuren zijn gemaakt staat in bijlage # Voor de zoekverantwoording wordt verwezen naar bijlage # en voor de evidencetabel naar bijlage # Het betrof ## cohortonderzoeken en # onderzoeken op basis van patiënten series In de onderzoeken werden verschillende definities gebruikt van PIH en PE; deze definities staan per onderzoek in de betreffende tabellen De figuren (<DATUM-##> # t/m <DATUM-##> # ) geven de kans weer op het krijgen van een CV gebeurtenis bij vrouwen die een PE of PIH hebben gehad ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben gehad Resultaten worden per studie weergegeven als een relatief risico (RR) met bijbehorend ##% In tabel <DATUM-##> # t/m <DATUM-##> # (bijlage #) worden de studies beschreven met respectievelijk een CV gebeurtenis, IHZ en Uit de cohortonderzoeken komt naar voren dat vrouwen die pre-eclampsie hebben gehad een # ## (##% BI # #<DATUM-##> hogere kans hebben op het krijgen van een CV gebeurtenis dan vrouwen die een ongecompliceerde In figuur <DATUM-##> # wordt voor IHZ een verhoogde kans van <DATUM-##> (##% BI # #<DATUM-##> weergegeven voor vrouwen die pre-eclampsie hebben gehad In figuur <DATUM-##> # wordt voor beroerte een verhoogd risico van # ## (##% BI <DATUM-##> ##) weergegeven gehad ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben doorgemaakt.
640
fms
van alle ruwe resultaten op basis waarvan de onderstaande figuren zijn gemaakt staat in bijlage # Voor de zoekverantwoording wordt verwezen naar bijlage # en voor de evidencetabel naar bijlage # Het betrof ## cohortonderzoeken en # onderzoeken op basis van patiënten series In de onderzoeken werden verschillende definities gebruikt van PIH en PE; deze definities staan per onderzoek in de betreffende tabellen De figuren (<DATUM> # t/m <DATUM> # ) geven de kans weer op het krijgen van een CV gebeurtenis bij vrouwen die een PE of PIH hebben gehad ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben gehad Resultaten worden per studie weergegeven als een relatief risico (RR) met bijbehorend ##% In tabel <DATUM> # t/m <DATUM> # (bijlage #) worden de studies beschreven met respectievelijk een CV gebeurtenis, IHZ en Uit de cohortonderzoeken komt naar voren dat vrouwen die pre-eclampsie hebben gehad een # ## (##% BI # #<DATUM> hogere kans hebben op het krijgen van een CV gebeurtenis dan vrouwen die een ongecompliceerde In figuur <DATUM> # wordt voor IHZ een verhoogde kans van <DATUM> (##% BI # #<DATUM> weergegeven voor vrouwen die pre-eclampsie hebben gehad In figuur <DATUM> # wordt voor beroerte een verhoogd risico van # ## (##% BI <DATUM> ##) weergegeven gehad ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben doorgemaakt De definitie van vroege PE werd in de ene studie gedefinieerd als het optreden van PE voor een zwangerschapsduur van ## weken (Mongraw ###) en in de andere studie als het optreden van PE voor ## weken (Skjaerven ###) Over het algemeen lieten beide studies zien dat het risico op een CV gebeurtenis hoger was voor vroege PE dan voor late PE ten opzichte van vrouwen met een ongecompliceerde zwangerschap De gerapporteerde hazard ratio’s (HR) voor hart- en vaatziekten waren in de studie van Mongraw (###) <DATUM> (##% BI <DATUM> #) en in de studie van Skjaerven (###) <DATUM> (##% BI <DATUM> voor vroege PE Voor late PE waren de HR’s respectievelijk <DATUM> (##% BI <DATUM-##> en <DATUM-##> (##% BI <DATUM-##> # #) Voor beroerte (Irgens ### en <PERSOON> ###) werden Uit de cohortonderzoeken komt naar voren dat vrouwen die zwangerschapshypertensie hebben gehad een # ## (##% BI # <DATUM-##> hogere kans hebben op het krijgen van een CV gebeurtenis dan vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben doorgemaakt ( verhoogde kans van # ## (##% BI # <DATUM-##> Uit figuur <DATUM> # blijkt voor beroerte (CVA) een verhoogd risico van ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben doorgemaakt Uit de elders gedefinieerde zoekstrategie en na de beoordeling van de beoordelaars kwamen ## onderzoeken naar voren die geschikt werden geacht voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (<PERSOON> ###, <PERSOON>.
688
fms
gedefinieerd als het optreden van PE voor een zwangerschapsduur van ## weken (Mongraw ###) en in de andere studie als het optreden van PE voor ## weken (Skjaerven ###) Over het algemeen lieten beide studies zien dat het risico op een CV gebeurtenis hoger was voor vroege PE dan voor late PE ten opzichte van vrouwen met een ongecompliceerde zwangerschap De gerapporteerde hazard ratio’s (HR) voor hart- en vaatziekten waren in de studie van Mongraw (###) <DATUM> (##% BI <DATUM> #) en in de studie van Skjaerven (###) <DATUM> (##% BI <DATUM> voor vroege PE Voor late PE waren de HR’s respectievelijk <DATUM> (##% BI <DATUM> en <DATUM> (##% BI <DATUM> # #) Voor beroerte (Irgens ### en <PERSOON> ###) werden Uit de cohortonderzoeken komt naar voren dat vrouwen die zwangerschapshypertensie hebben gehad een # ## (##% BI # <DATUM> hogere kans hebben op het krijgen van een CV gebeurtenis dan vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben doorgemaakt ( verhoogde kans van # ## (##% BI # <DATUM> Uit figuur <DATUM> # blijkt voor beroerte (CVA) een verhoogd risico van ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben doorgemaakt Uit de elders gedefinieerde zoekstrategie en na de beoordeling van de beoordelaars kwamen ## onderzoeken naar voren die geschikt werden geacht voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (<PERSOON> ###, <PERSOON>, Libby ###, Lindeberg ###, Lykke ###, Magnussen ###, Marin ###, Nisell ###, North ###, Portelinha ###, Sattar ###, Shahbazian ###, Shalom ###, Sibai, ###, Spaan ###, Svensson> ###, <PERSOON> ###) De beschrijving van alle ruwe resultaten op basis waarvan de onderstaande figuren zijn gemaakt staat in bijlage # Voor de zoekverantwoording wordt verwezen naar bijlage Het betrof ## cohortonderzoeken en ## onderzoeken op basis van patiënten series In de onderzoeken werden vermeld (bijlage #) De tijdsperiode waarin deelnemers zijn gevolgd, de follow-up, varieerde aanzienlijk tussen de # # en <LEEFTIJD> jaar na de index zwangerschap Ook deze staat in de tabellen gespecificeerd De figuren (<DATUM> # t/m <DATUM> # ) geven de kans weer op een risicofactor van een genoemde CV gebeurtenis bij vrouwen die PE of PIH hebben gehad ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap In tabel <DATUM> # (bijlage #) worden de studies beschreven met hypertensie als uitkomstmaat Uit de cohortonderzoeken komt naar voren dat vrouwen die pre-eclampsie hebben gehad een # ## (##% BI # #<DATUM-##> hogere kans hebben op het ontwikkelen van hypertensie dan vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben doorgemaakt ( wanneer alleen naar de resultaten van onderzoeken uit patiënten series wordt gekeken, namelijk een verhoogde kans van # ## (##% BI # <DATUM-##> ; echter de patiënten series waren vaker veel kleinere studies.
712
fms
<PERSOON>, Libby ###, Lindeberg ###, Lykke ###, Magnussen ###, Marin ###, Nisell ###, North ###, Portelinha ###, Sattar ###, Shahbazian ###, Shalom ###, Sibai, ###, Spaan ###, Svensson> ###, <PERSOON> ###) De beschrijving van alle ruwe resultaten op basis waarvan de onderstaande figuren zijn gemaakt staat in bijlage # Voor de zoekverantwoording wordt verwezen naar bijlage Het betrof ## cohortonderzoeken en ## onderzoeken op basis van patiënten series In de onderzoeken werden vermeld (bijlage #) De tijdsperiode waarin deelnemers zijn gevolgd, de follow-up, varieerde aanzienlijk tussen de # # en <LEEFTIJD> jaar na de index zwangerschap Ook deze staat in de tabellen gespecificeerd De figuren (<DATUM> # t/m <DATUM> # ) geven de kans weer op een risicofactor van een genoemde CV gebeurtenis bij vrouwen die PE of PIH hebben gehad ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap In tabel <DATUM> # (bijlage #) worden de studies beschreven met hypertensie als uitkomstmaat Uit de cohortonderzoeken komt naar voren dat vrouwen die pre-eclampsie hebben gehad een # ## (##% BI # #<DATUM> hogere kans hebben op het ontwikkelen van hypertensie dan vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben doorgemaakt ( wanneer alleen naar de resultaten van onderzoeken uit patiënten series wordt gekeken, namelijk een verhoogde kans van # ## (##% BI # <DATUM> ; echter de patiënten series waren vaker veel kleinere studies De absolute kans om hypertensie te ontwikkelen na een zwangerschap die gecompliceerd werd door PE is moeilijk te schatten uit de gegevens van de cohortonderzoeken Dit komt met name omdat de tijdsperiode dat de vrouwen gevolgd zijn sterk wisselde tussen de studies en dat de gegevens niet altijd uit de artikelen te extraheren zijn Zo bleek uit het onderzoek van Lykke et al (###) dat bij een gemiddelde leeftijd van #<DATUM> jaar, <LEEFTIJD> jaar na de index zwangerschap met pre-eclampsie sprake was van hypertensie bij <DATUM> (###<DATUM> ; bij de vrouwen met een ongecompliceerde zwangerschap had ongeveer <DATUM> hypertensie (tabel <DATUM> # ; bijlage #) opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben doorgemaakt op basis van cohorten die bestaan uit patiënten series en op leeftijd gematchte controle groepen In tabel <DATUM> # (bijlage #) worden de studies beschreven met hypertensie als uitkomstmaat De gegevens op dit gebied zijn veel beperkter dan voor pre-eclampsie Slechts twee cohortstudies zijn beschikbaar die gegevens over hypertensie laten zien De bevindingen variëren aanzienlijk tussen deze twee studies, zodat we de resultaten niet hebben samengevoegd Het onderzoek van Lykke et al (###) liet een verhoogd risico zien op het ontwikkelen van hypertensie van # ## (##% BI # ##-# ##), hetgeen gecorrigeerd was voor verschillende potentieel verstorende variabelen Het onderzoek van Haukkamaa et al (###) liet ook een verhoogd risico zien maar deze was veel lager # ## (##% BI <DATUM> # ##), zonder correctie voor potentieel In figuur <DATUM> #.
708
fms
gecompliceerd werd door PE is moeilijk te schatten uit de gegevens van de cohortonderzoeken Dit komt met name omdat de tijdsperiode dat de vrouwen gevolgd zijn sterk wisselde tussen de studies en dat de gegevens niet altijd uit de artikelen te extraheren zijn Zo bleek uit het onderzoek van Lykke et al (###) dat bij een gemiddelde leeftijd van #<DATUM> jaar, <LEEFTIJD> jaar na de index zwangerschap met pre-eclampsie sprake was van hypertensie bij <DATUM> (###<DATUM> ; bij de vrouwen met een ongecompliceerde zwangerschap had ongeveer <DATUM> hypertensie (tabel <DATUM> # ; bijlage #) opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben doorgemaakt op basis van cohorten die bestaan uit patiënten series en op leeftijd gematchte controle groepen In tabel <DATUM> # (bijlage #) worden de studies beschreven met hypertensie als uitkomstmaat De gegevens op dit gebied zijn veel beperkter dan voor pre-eclampsie Slechts twee cohortstudies zijn beschikbaar die gegevens over hypertensie laten zien De bevindingen variëren aanzienlijk tussen deze twee studies, zodat we de resultaten niet hebben samengevoegd Het onderzoek van Lykke et al (###) liet een verhoogd risico zien op het ontwikkelen van hypertensie van # ## (##% BI # ##-# ##), hetgeen gecorrigeerd was voor verschillende potentieel verstorende variabelen Het onderzoek van Haukkamaa et al (###) liet ook een verhoogd risico zien maar deze was veel lager # ## (##% BI <DATUM> # ##), zonder correctie voor potentieel In figuur <DATUM> # Deze resultaten laten een verhoogde kans van # ## (##% BI # <DATUM> zien Echter er zijn grote verschillen tussen de omvang van de populaties in de studies en precisie in de schatting van het relatieve risico Ook voor deze groep is de absolute kans om hypertensie te ontwikkelen na een zwangerschap die gecompliceerd werd door PIH moeilijk te schatten uit de gegevens van de onderzoeken gehad ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben doorgemaakt op basis van cohorten die bestaan uit patiënten series en op leeftijd gematchte controle groepen In tabel <DATUM> # (bijlage #) worden de studies beschreven met diabetes mellitus type # (DM II) als uitkomstmaat Op basis van de cohortonderzoeken komt naar voren dat vrouwen die pre-eclampsie hebben gehad een # ## (##% BI # #<DATUM> hogere kans hebben op het ontwikkelen van diabetes mellitus dan vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben doorgemaakt (figuur <DATUM> # ) Uit figuur <DATUM> # blijkt dat deze kansen hetzelfde zijn wanneer de onderzoeken worden gebruikt waarbij geen onderscheid gemaakt is tussen preeclampsie en zwangerschapshypertensie, namelijk een verhoogde kans van <DATUM> (##% BI # #<DATUM> Er zijn geen hebben gehad ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben gehad op basis van zwangerschapshypertensie hebben gehad ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap In tabel <DATUM> # (bijlage #) worden de studies beschreven met dyslipidemie als uitkomstmaat.
641
fms
Deze resultaten laten een verhoogde kans van # ## (##% BI # <DATUM> zien Echter er zijn grote verschillen tussen de omvang van de populaties in de studies en precisie in de schatting van het relatieve risico Ook voor deze groep is de absolute kans om hypertensie te ontwikkelen na een zwangerschap die gecompliceerd werd door PIH moeilijk te schatten uit de gegevens van de onderzoeken gehad ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben doorgemaakt op basis van cohorten die bestaan uit patiënten series en op leeftijd gematchte controle groepen In tabel <DATUM> # (bijlage #) worden de studies beschreven met diabetes mellitus type # (DM II) als uitkomstmaat Op basis van de cohortonderzoeken komt naar voren dat vrouwen die pre-eclampsie hebben gehad een # ## (##% BI # #<DATUM> hogere kans hebben op het ontwikkelen van diabetes mellitus dan vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben doorgemaakt (figuur <DATUM> # ) Uit figuur <DATUM> # blijkt dat deze kansen hetzelfde zijn wanneer de onderzoeken worden gebruikt waarbij geen onderscheid gemaakt is tussen preeclampsie en zwangerschapshypertensie, namelijk een verhoogde kans van <DATUM> (##% BI # #<DATUM> Er zijn geen hebben gehad ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben gehad op basis van zwangerschapshypertensie hebben gehad ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap In tabel <DATUM> # (bijlage #) worden de studies beschreven met dyslipidemie als uitkomstmaat zwangerschapshypertensie hebben gehad geen hogere kans hebben op het ontwikkelen van een ongunstig hebben gehad op basis van cohortonderzoeken en op basis van cohorten die bestaan uit patiënten series en op vascular events in premenopausal women with history of adverse pregnancy outcome Thrombosis Research, ###, ### disorders of pregnancy and future health and mortality A record linkage study Pregnancy Hypertension, #, <DATUM> Prevention of Stroke in <PERSOON> for Healthcare Professionals From the American Heart Association/American the ## years after a pregnancy that was complicated by hypertension findings from a prospective cohort study American hypertension ## years after a hypertensive disorder of pregnancy Australian & New Zealand Journal of Obstetrics & disease ten years after preeclampsia <PERSOON>, ###, ##-## growth factor in predicting coronary heart disease risk in women Arterioscler Thromb Vasc Biol, ##, ##<DATUM> factors in women ## years post early preeclampsia the Preeclampsia Risk EValuation in FEMales study (PREVFEM) <PERSOON> the risk of hypertension shortly after pregnanBIes gestational diabetes and preeclampsia A registry-based study of ###,### women in Norway European Journal of <PERSOON> vascular effects of toxemia of pregnancy <PERSOON> assoBIation of adverse pregnancy events and cardiovascular.
573
fms
hogere kans hebben op het ontwikkelen van een ongunstig hebben gehad op basis van cohortonderzoeken en op basis van cohorten die bestaan uit patiënten series en op vascular events in premenopausal women with history of adverse pregnancy outcome Thrombosis Research, ###, ### disorders of pregnancy and future health and mortality A record linkage study Pregnancy Hypertension, #, <DATUM> Prevention of Stroke in <PERSOON> for Healthcare Professionals From the American Heart Association/American the ## years after a pregnancy that was complicated by hypertension findings from a prospective cohort study American hypertension ## years after a hypertensive disorder of pregnancy Australian & New Zealand Journal of Obstetrics & disease ten years after preeclampsia <PERSOON>, ###, ##-## growth factor in predicting coronary heart disease risk in women Arterioscler Thromb Vasc Biol, ##, ##<DATUM> factors in women ## years post early preeclampsia the Preeclampsia Risk EValuation in FEMales study (PREVFEM) <PERSOON> the risk of hypertension shortly after pregnanBIes gestational diabetes and preeclampsia A registry-based study of ###,### women in Norway European Journal of <PERSOON> vascular effects of toxemia of pregnancy <PERSOON> assoBIation of adverse pregnancy events and cardiovascular Journal of Hypertension, ##, #<DATUM> subsequent pregnanBIes and future parental cardiovascular health European Journal of <PERSOON>, R T (###) Long term mortality of mothers and fathers after pre-eclampsia disease in women with a history of hypertension in pregnancy Acta ObstetriBIa et Gynecologica Scandinavica, ##, ##<DATUM> Cardiovascular and thromboembolic events following hypertensive pregnancy American Journal of <PERSOON>-related factors and the risk of isolated systolic hypertension development of type # diabetes in mothers and their children an intergenerational study from the <PERSOON> cohort cardiovascular events among peripartum women in Taiwan [Erratum appears in <PERSOON> ### Apr #;###(#) ###] study of primiparas with gestational hypertension Acta ObstetriBIa et Gynecologica Scandinavica, ##, #<DATUM> disorders and subsequent cardiovascular morbidity and type # diabetes mellitus in the mother Hypertension, ##, ##<DATUM> cardiovascular and non-cardiovascular causes following pregnancy complications in first delivery Paediatric and Perinatal Microalbuminuria and hypertension following preeclampsia Australian & New Zealand Journal of <PERSOON-##> levels including oxidized LDL in women with history of preeclampsia <PERSOON-##>, I A.
528
fms
Hypertension, ##, #<DATUM> subsequent pregnanBIes and future parental cardiovascular health European Journal of <PERSOON>, R T (###) Long term mortality of mothers and fathers after pre-eclampsia disease in women with a history of hypertension in pregnancy Acta ObstetriBIa et Gynecologica Scandinavica, ##, ##<DATUM> Cardiovascular and thromboembolic events following hypertensive pregnancy American Journal of <PERSOON>-related factors and the risk of isolated systolic hypertension development of type # diabetes in mothers and their children an intergenerational study from the <PERSOON> cohort cardiovascular events among peripartum women in Taiwan [Erratum appears in <PERSOON> ### Apr #;###(#) ###] study of primiparas with gestational hypertension Acta ObstetriBIa et Gynecologica Scandinavica, ##, #<DATUM> disorders and subsequent cardiovascular morbidity and type # diabetes mellitus in the mother Hypertension, ##, ##<DATUM> cardiovascular and non-cardiovascular causes following pregnancy complications in first delivery Paediatric and Perinatal Microalbuminuria and hypertension following preeclampsia Australian & New Zealand Journal of <PERSOON> levels including oxidized LDL in women with history of preeclampsia <PERSOON> and novel risk factor parameters in women years after pregnanBIes complicated by pre-eclampsia [Erratum appears in <PERSOON>, L (###) A clinical follow-up study of ### women with hypertension in pregnancy and preterm delivery and subsequent stroke in Asian women A retrospective cohort study <PERSOON> risk of maternal ischaemic heart disease after diseases of pregnancy and risk of hypertension and stroke in later life results from cohort study BMJ, ###, ### Wat is het risico op een cardiovasculaire gebeurtenis bij een vrouw met polycysteus ovarium syndroom (PCOS)? Wat is het cardiovasculaire risicoprofiel van vrouwen met polycysteus ovarium syndroom (PCOS)? Gelet op het beperkte toegenomen relatieve risico op hart- en vaatziekten bij vrouwen met polycysteus ovarium syndroom is er geen reden om verdere diagnostiek en behandeling te adviseren met betrekking tot In de onderzochte cohorten werd gevonden dat het risico op cardiovasculaire gebeurtenissen in patiënten met PCOS licht verhoogd is in vergeleking met vrouwen zonder PCOS Het hogere risico op cardiovasculaire gebeurtenissen bij vrouwen met PCOS wordt met name bepaald door een hoger gecombineerd risico op CV gebeurtenissen maar niet specifiek door ischemische hartziekten of beroerte Bij vrouwen met PCOS is er een De werkgroep heeft systematisch de literatuur doorzocht (zie bijlage # voor verantwoording zoekstrategie).
501
fms
Classic and novel risk factor parameters in women years after pregnanBIes complicated by pre-eclampsia [Erratum appears in <PERSOON>, L (###) A clinical follow-up study of ### women with hypertension in pregnancy and preterm delivery and subsequent stroke in Asian women A retrospective cohort study <PERSOON> risk of maternal ischaemic heart disease after diseases of pregnancy and risk of hypertension and stroke in later life results from cohort study BMJ, ###, ### Wat is het risico op een cardiovasculaire gebeurtenis bij een vrouw met polycysteus ovarium syndroom (PCOS)? Wat is het cardiovasculaire risicoprofiel van vrouwen met polycysteus ovarium syndroom (PCOS)? Gelet op het beperkte toegenomen relatieve risico op hart- en vaatziekten bij vrouwen met polycysteus ovarium syndroom is er geen reden om verdere diagnostiek en behandeling te adviseren met betrekking tot In de onderzochte cohorten werd gevonden dat het risico op cardiovasculaire gebeurtenissen in patiënten met PCOS licht verhoogd is in vergeleking met vrouwen zonder PCOS Het hogere risico op cardiovasculaire gebeurtenissen bij vrouwen met PCOS wordt met name bepaald door een hoger gecombineerd risico op CV gebeurtenissen maar niet specifiek door ischemische hartziekten of beroerte Bij vrouwen met PCOS is er een De werkgroep heeft systematisch de literatuur doorzocht (zie bijlage # voor verantwoording zoekstrategie) Studies met meer dan ## PCOS vrouwen werden meegenomen, patiënt controle studies werden uitgesloten om potentiele overschatting (bias) van de gevonden risico’s te vermijden Op basis van funnelplots vonden wij Op basis van de analyse kan alleen een uitspraak worden gedaan over de relatieve risico’s van CV gebeurtenissen, ischemische hartziekte en beroertes bij PCOS patiënten Absolute kansen kon de werkgroep niet berekenen Tevens is in de verschillende studies wisselend omgegaan met correctie voor verschillende potentiële confounders en is de duur van de follow-up verschillend Obesitas is een veel voorkomende confounder bij vrouwen met PCOS Uit de huidige analyses blijkt dat niet alle studies hebben gecorrigeerd voor deze confounder en dat het dus onduidelijk is of obesitas een van de belangrijkste onderliggende factoren is die het verhoogde risico voor enkele eindpunten beïnvloedt Potentieel zouden vrouwen met PCOS zonder overgewicht of obesitas een ander risico kunnen hebben dan PCOS vrouwen met overgewicht of obesitas De etnische diversiteit kan hier ook nog een rol bij spelen Er zijn echter geen goede vergelijkende studies Huidige analyse in perspectief van de overige internationale multidisciplinaire richtlijnen rondom PCOS en De ontwikkelaars van de bovengenoemde richtlijnen hebben geen overtuigend bewijs kunnen vinden voor een absoluut verhoogd cardiovasculair risico voor vrouwen met PCOS Desalniettemin adviseren zij op basis van klinische consensus dat bij vrouwen met PCOS toch het risico op HVZ geïnventariseerd moet worden aan de In dezelfde richtlijnen wordt, net als in de analyse voor deze richtlijn, een verhoogd risico gevonden voor het.
525
fms
Studies met meer dan ## PCOS vrouwen werden meegenomen, patiënt controle studies werden uitgesloten om potentiele overschatting (bias) van de gevonden risico’s te vermijden Op basis van funnelplots vonden wij Op basis van de analyse kan alleen een uitspraak worden gedaan over de relatieve risico’s van CV gebeurtenissen, ischemische hartziekte en beroertes bij PCOS patiënten Absolute kansen kon de werkgroep niet berekenen Tevens is in de verschillende studies wisselend omgegaan met correctie voor verschillende potentiële confounders en is de duur van de follow-up verschillend Obesitas is een veel voorkomende confounder bij vrouwen met PCOS Uit de huidige analyses blijkt dat niet alle studies hebben gecorrigeerd voor deze confounder en dat het dus onduidelijk is of obesitas een van de belangrijkste onderliggende factoren is die het verhoogde risico voor enkele eindpunten beïnvloedt Potentieel zouden vrouwen met PCOS zonder overgewicht of obesitas een ander risico kunnen hebben dan PCOS vrouwen met overgewicht of obesitas De etnische diversiteit kan hier ook nog een rol bij spelen Er zijn echter geen goede vergelijkende studies Huidige analyse in perspectief van de overige internationale multidisciplinaire richtlijnen rondom PCOS en De ontwikkelaars van de bovengenoemde richtlijnen hebben geen overtuigend bewijs kunnen vinden voor een absoluut verhoogd cardiovasculair risico voor vrouwen met PCOS Desalniettemin adviseren zij op basis van klinische consensus dat bij vrouwen met PCOS toch het risico op HVZ geïnventariseerd moet worden aan de In dezelfde richtlijnen wordt, net als in de analyse voor deze richtlijn, een verhoogd risico gevonden voor het Er is niet naar bewijs gezocht aangaande de beste screeningsmethode voor detectie van De aanbevelingen uit de Australische richtlijn wijken af van de aanbevelingen in deze richtlijn op grond van vrijwel hetzelfde bewijs Dit kan te maken hebben met een andere visie op risicoscreening in Australië, de mate waarin onderliggende risicofactoren aanwezig zijn in de populatie (prevalentie van obesitas, roken, metabool syndroom, romp adipositas, weinig lichamelijke activiteit etc ) De ontwikkelaars van de Australische richtlijn hebben er voor gekozen om te adviseren bij vrouwen met PCOS het risico op HVZ wel te inventariseren De belangrijkste overweging was dat door middel van screening meer informatie verkregen kan worden over de relaties tussen HVZ, DM II en PCOS De werkgroep die de huidige richtlijn heeft ontwikkelt heeft echter besloten dat deze overweging zou moeten leiden tot meer wetenschappelijk onderzoek en niet tot een aanbeveling in De werkgroep heeft overwogen om voor vrouwen met PCOS wel screening op DM II te adviseren Besloten werd om deze aanbeveling vooralsnog niet te geven, op grond van de volgende overwegingen Ondanks het verhoogde risico op diabetes mellitus type # is er onvoldoende wetenschappelijk bewijs dat vrouwen met PCOS een substantieel verhoogd risico op cardiovasculaire gebeurtenis hebben Bovendien wordt PCOS vastgesteld bij de evaluatie van onvervulde kinderwens <LOCATIE>de meesten van deze vrouwen zullen, omdat PCOS goed behandelbaar is, zwanger worden In de zwangerschap behoren vrouwen met PCOS gescreened te worden op zwangerschapsdiabetes (NVOG richtlijn diabetes mellitus en zwangerschap).
543
fms
Er is niet naar bewijs gezocht aangaande de beste screeningsmethode voor detectie van De aanbevelingen uit de Australische richtlijn wijken af van de aanbevelingen in deze richtlijn op grond van vrijwel hetzelfde bewijs Dit kan te maken hebben met een andere visie op risicoscreening in Australië, de mate waarin onderliggende risicofactoren aanwezig zijn in de populatie (prevalentie van obesitas, roken, metabool syndroom, romp adipositas, weinig lichamelijke activiteit etc ) De ontwikkelaars van de Australische richtlijn hebben er voor gekozen om te adviseren bij vrouwen met PCOS het risico op HVZ wel te inventariseren De belangrijkste overweging was dat door middel van screening meer informatie verkregen kan worden over de relaties tussen HVZ, DM II en PCOS De werkgroep die de huidige richtlijn heeft ontwikkelt heeft echter besloten dat deze overweging zou moeten leiden tot meer wetenschappelijk onderzoek en niet tot een aanbeveling in De werkgroep heeft overwogen om voor vrouwen met PCOS wel screening op DM II te adviseren Besloten werd om deze aanbeveling vooralsnog niet te geven, op grond van de volgende overwegingen Ondanks het verhoogde risico op diabetes mellitus type # is er onvoldoende wetenschappelijk bewijs dat vrouwen met PCOS een substantieel verhoogd risico op cardiovasculaire gebeurtenis hebben Bovendien wordt PCOS vastgesteld bij de evaluatie van onvervulde kinderwens <LOCATIE>de meesten van deze vrouwen zullen, omdat PCOS goed behandelbaar is, zwanger worden In de zwangerschap behoren vrouwen met PCOS gescreened te worden op zwangerschapsdiabetes (NVOG richtlijn diabetes mellitus en zwangerschap) zwanger worden ontwikkelt ongeveer # op # zwangerschapsdiabetes (<PERSOON> ###) Zwangerschapsdiabetes is een belangrijke voorspeller van DM II Daarom wordt in de NVOG richtlijn diabetes mellitus en zwangerschap geadviseerd om bij vrouwen die zwangerschapsdiabetes hebben gehad jaarlijks de glucosetolerantie te testen De werkgroep verwacht daarom dat het overgrote merendeel van de vrouwen met PCOS die uiteindelijk DM II zullen ontwikkelen tijdig kan worden geidentificeerd door het volgen van de adviezen in de NVOG richtlijn De diagnose polycysteus ovarium syndroom (PCOS) kan worden gesteld bij vrouwen die aan ten minste twee van de drie volgende criteria voldoen oligo- tot amenorrhoe, klinisch (hirshutisme, acne, alopecia follikels per ovarium zichtbaar bij echoscopie of een ovarieel volume ) ##ml) (<LOCATIE> ESHRE/ASRMSponsored PCOS consensus workshop group, ###) PCOS gaat veelal gepaard met subfertiliteit; vijf tot zeven procent van de vrouwen in de fertiele levensfase heeft PCOS (Fauser, ###) Vrouwen met PCOS hebben over het algemeen een ongunstig cardiovasculair risicoprofiel (Cussons, ###) Een substantieel deel van de vrouwen met PCOS heeft overgewicht of obesitas en de incidentie hiervan is sterk verhoogd in een populatie vrouwen met PCOS (Fauser, ###) Daarnaast hebben deze vrouwen vaker insuline resistentie, diabetes mellitus type # en ongunstige lipiden profielen ten opzichte van vrouwen zonder <PERSOON> ###) Deze factoren maken deel uit van het metabool syndroom, een cluster van risicofactoren voor hart- en vaatziekten (HVZ) Hoewel het hebben van deze klassieke risicofactoren gepaard gaat met een toegenomen risico op het krijgen van HVZ zijn.
581
fms
op # zwangerschapsdiabetes (<PERSOON> ###) Zwangerschapsdiabetes is een belangrijke voorspeller van DM II Daarom wordt in de NVOG richtlijn diabetes mellitus en zwangerschap geadviseerd om bij vrouwen die zwangerschapsdiabetes hebben gehad jaarlijks de glucosetolerantie te testen De werkgroep verwacht daarom dat het overgrote merendeel van de vrouwen met PCOS die uiteindelijk DM II zullen ontwikkelen tijdig kan worden geidentificeerd door het volgen van de adviezen in de NVOG richtlijn De diagnose polycysteus ovarium syndroom (PCOS) kan worden gesteld bij vrouwen die aan ten minste twee van de drie volgende criteria voldoen oligo- tot amenorrhoe, klinisch (hirshutisme, acne, alopecia follikels per ovarium zichtbaar bij echoscopie of een ovarieel volume ) ##ml) (<LOCATIE> ESHRE/ASRMSponsored PCOS consensus workshop group, ###) PCOS gaat veelal gepaard met subfertiliteit; vijf tot zeven procent van de vrouwen in de fertiele levensfase heeft PCOS (Fauser, ###) Vrouwen met PCOS hebben over het algemeen een ongunstig cardiovasculair risicoprofiel (Cussons, ###) Een substantieel deel van de vrouwen met PCOS heeft overgewicht of obesitas en de incidentie hiervan is sterk verhoogd in een populatie vrouwen met PCOS (Fauser, ###) Daarnaast hebben deze vrouwen vaker insuline resistentie, diabetes mellitus type # en ongunstige lipiden profielen ten opzichte van vrouwen zonder <PERSOON> ###) Deze factoren maken deel uit van het metabool syndroom, een cluster van risicofactoren voor hart- en vaatziekten (HVZ) Hoewel het hebben van deze klassieke risicofactoren gepaard gaat met een toegenomen risico op het krijgen van HVZ zijn De bestaande literatuur en internationale richtlijnen zijn zeer summier en spreken elkaar ook soms tegen (Fauser ###; Teede ###) Vanwege het veelvuldig voorkomen van ongunstige niveau’s van klassieke cardiovasculaire risicofactoren bij vrouwen met PCOS is moglijk vroege detectie van behandelbare risicofactoren van belang om toekomstige HVZ te voorkómen In dit hoofdstuk worden de bestaande literatuur samengevat en de bewijsvoering beschreven voor het al dan niet bestaan van een verhoogd cardiovasculair risico bij vrouwen met PCOS Vrouwen met PCOS hebben een licht verhoogd risico op fatale of niet fatale cardiovasculaire Vrouwen met PCOS hebben geen verhoogd risico op fataal of niet fataal ischemische hartziekte (RR Vrouwen met PCOS hebben geen verhoogd risico op een fatale of niet fatale beroerte (RR # ##, Vrouwen met PCOS hebben een licht verhoogd risico op het ontwikkelen van hypertensie (RR # ##, Vrouwen met PCOS hebben een verhoogd risico op het ontwikkelen van type II diabetes mellitus (RR Hudecova ###; Iftikhar ###; Liang ###; Moran ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> met PCOS hebben een licht verhoogd risico op het ontwikkelen van dyslipidemie (<PERSOON> ###; Wild ###; Wiltgen ### Er zijn zes onderzoeken naar voren gekomen uit de zoekstrategie en de beoordeling door de reviewers die geschikt werden geacht voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (Iftikhar ###; Lunde ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; Shaw ###; Wild ###) Voor de zoekverantwoording wordt verwezen naar bijlage # en In tabel <DATUM> #.
648
fms
zijn zeer summier en spreken elkaar ook soms tegen (Fauser ###; Teede ###) Vanwege het veelvuldig voorkomen van ongunstige niveau’s van klassieke cardiovasculaire risicofactoren bij vrouwen met PCOS is moglijk vroege detectie van behandelbare risicofactoren van belang om toekomstige HVZ te voorkómen In dit hoofdstuk worden de bestaande literatuur samengevat en de bewijsvoering beschreven voor het al dan niet bestaan van een verhoogd cardiovasculair risico bij vrouwen met PCOS Vrouwen met PCOS hebben een licht verhoogd risico op fatale of niet fatale cardiovasculaire Vrouwen met PCOS hebben geen verhoogd risico op fataal of niet fataal ischemische hartziekte (RR Vrouwen met PCOS hebben geen verhoogd risico op een fatale of niet fatale beroerte (RR # ##, Vrouwen met PCOS hebben een licht verhoogd risico op het ontwikkelen van hypertensie (RR # ##, Vrouwen met PCOS hebben een verhoogd risico op het ontwikkelen van type II diabetes mellitus (RR Hudecova ###; Iftikhar ###; Liang ###; Moran ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> met PCOS hebben een licht verhoogd risico op het ontwikkelen van dyslipidemie (<PERSOON> ###; Wild ###; Wiltgen ### Er zijn zes onderzoeken naar voren gekomen uit de zoekstrategie en de beoordeling door de reviewers die geschikt werden geacht voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (Iftikhar ###; Lunde ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; Shaw ###; Wild ###) Voor de zoekverantwoording wordt verwezen naar bijlage # en In tabel <DATUM> # gebeurtenis van bovengenoemde studies CV gebeurtenis, ischemische hartziekten (IHZ) en beroerte bij vrouwen met PCOS vergeleken met vrouwen zonder PCOS De forest plot in figuur <DATUM> # laat het licht verhoogde risico op een CV gebeurtenis bij vrouwen met PCOS zien ten opzichte van vrouwen zonder PCOS De afzonderlijke relatieve risico’s voor IHZ en beroerte Er zijn ## onderzoeken naar voren gekomen uit de zoekstrategie en de beoordeling van de reviewers die geschikt lijken voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (<PERSOON> ###; Cibula ###; Coksuer ###; Gateva ###a; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###b; Wild ###; Wiltgen ###) Voor de zoekverantwoording wordt verwezen naar bijlage # en voor de evidencetabel naar Met de gehanteerde zoekstrategie zijn ## studies gevonden (Cibula ###; Gateva ###a; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###b; Wild ###; Wiltgen ###) die het antwoord kunnen geven op de vraag of vrouwen met PCOS een verhoogd risico hebben op hypertensie In tabel <DATUM> # Over het algemeen hebben vrouwen met PCOS een iets hogere kans (RR # ##, ##% BI <DATUM> # ##) op hypertensie Mogelijk dat obesitas een belangrijke factor is bij de verhoogde kans op hypertensie Uit de studies die een correctie voor BMI uitvoerden (<PERSOON> ###b, Wild ###) of een gematchte obese controle populatie hadden (Gaveta ###a) blijkt geen verschil in RR voor hypertensie (tabel <DATUM> # , bijlage #).
697
fms
(IHZ) en beroerte bij vrouwen met PCOS vergeleken met vrouwen zonder PCOS De forest plot in figuur <DATUM> # laat het licht verhoogde risico op een CV gebeurtenis bij vrouwen met PCOS zien ten opzichte van vrouwen zonder PCOS De afzonderlijke relatieve risico’s voor IHZ en beroerte Er zijn ## onderzoeken naar voren gekomen uit de zoekstrategie en de beoordeling van de reviewers die geschikt lijken voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (<PERSOON> ###; Cibula ###; Coksuer ###; Gateva ###a; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###b; Wild ###; Wiltgen ###) Voor de zoekverantwoording wordt verwezen naar bijlage # en voor de evidencetabel naar Met de gehanteerde zoekstrategie zijn ## studies gevonden (Cibula ###; Gateva ###a; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###b; Wild ###; Wiltgen ###) die het antwoord kunnen geven op de vraag of vrouwen met PCOS een verhoogd risico hebben op hypertensie In tabel <DATUM> # Over het algemeen hebben vrouwen met PCOS een iets hogere kans (RR # ##, ##% BI <DATUM> # ##) op hypertensie Mogelijk dat obesitas een belangrijke factor is bij de verhoogde kans op hypertensie Uit de studies die een correctie voor BMI uitvoerden (<PERSOON> ###b, Wild ###) of een gematchte obese controle populatie hadden (Gaveta ###a) blijkt geen verschil in RR voor hypertensie (tabel <DATUM> # , bijlage #) blijken niet vaker antihypertensiva te gebruiken (Iftikhar ###) Er is slechts één prospectieve cohortstudie die laat zien dat het risico op hypertensie bij vrouwen met PCOS ##% hoger ligt dan bij vrouwen zonder PCOS, maar in opzichte van vrouwen zonder PCOS op basis van patiënten series en cohort Er zijn ## onderzoeken, waarvan # meta analyse, en ## cross-sectionele studies (Moran ###; Hudecova ###; Iftikhar ###; Liang ###; Lunde ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###b; Wild ###; Wiltgen ###; Gambineri ###) naar voren gekomen uit de zoekstrategie en de beoordeling van de reviewers die geschikt lijken voor het beantwoorden van de vraag of vrouwen met PCOS een verhoogd risico hebben op het ontwikkelen van diabetes mellitus type # (DM II) In tabel <DATUM> # (bijlage #) en figuur <DATUM> # zijn de risico’s weergegeven Vrouwen met PCOS blijken # ## keer zo vaak (##% BI # #<DATUM> DM II te ontwikkelen vergeleken met vrouwen zonder PCOS Dit risico bleef gelijk indien er gecorrigeerd werd voor BMI voorgeschiedenis) ten opzichte van vrouwen zonder PCOS op basis van patiënten series en cohortonderzoeken Bij onze zoekstrategie zijn zeven studies (<PERSOON> ###; <PERSOON> ###b; Liang ###; Wild ###; Wiltgen ###) gevonden die het antwoord kunnen geven op de vraag of vrouwen met PCOS een verhoogd risico hebben op dyslipidemie In tabel <DATUM> # (bijlage #) en figuur <DATUM> # zijn de risico’s weergegeven.
730
fms
blijken niet vaker antihypertensiva te gebruiken (Iftikhar ###) Er is slechts één prospectieve cohortstudie die laat zien dat het risico op hypertensie bij vrouwen met PCOS ##% hoger ligt dan bij vrouwen zonder PCOS, maar in opzichte van vrouwen zonder PCOS op basis van patiënten series en cohort Er zijn ## onderzoeken, waarvan # meta analyse, en ## cross-sectionele studies (Moran ###; Hudecova ###; Iftikhar ###; Liang ###; Lunde ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###b; Wild ###; Wiltgen ###; Gambineri ###) naar voren gekomen uit de zoekstrategie en de beoordeling van de reviewers die geschikt lijken voor het beantwoorden van de vraag of vrouwen met PCOS een verhoogd risico hebben op het ontwikkelen van diabetes mellitus type # (DM II) In tabel <DATUM> # (bijlage #) en figuur <DATUM> # zijn de risico’s weergegeven Vrouwen met PCOS blijken # ## keer zo vaak (##% BI # #<DATUM> DM II te ontwikkelen vergeleken met vrouwen zonder PCOS Dit risico bleef gelijk indien er gecorrigeerd werd voor BMI voorgeschiedenis) ten opzichte van vrouwen zonder PCOS op basis van patiënten series en cohortonderzoeken Bij onze zoekstrategie zijn zeven studies (<PERSOON> ###; <PERSOON> ###b; Liang ###; Wild ###; Wiltgen ###) gevonden die het antwoord kunnen geven op de vraag of vrouwen met PCOS een verhoogd risico hebben op dyslipidemie In tabel <DATUM> # (bijlage #) en figuur <DATUM> # zijn de risico’s weergegeven ##, ##% BI <DATUM> # ##) op dyslipidemie bij vrouwen met PCOS Met name het HDL cholesterol is lager bij vrouwen met PCOS terwijl de triglyceriden en het LDL opzichte van vrouwen zonder PCOS op basis van patiënten series en cohortonderzoeken Voor inclusie in de meta-analyse moesten de onderzoeken voldoen aan de volgende criteria Indicatie van het aantal vrouwen met PCOS of aantal persoonsjaren en het aantal of percentage Patiënt controle en cross-sectionele onderzoeken werden uitgesloten bij de analyse op de eindpunten meegenomen Indien meerdere publicaties van hetzelfde onderzoek beschikbaar waren werd onderzoek geïncludeerd dat over de meest gedetailleerde informatie over blootstelling en uitkomst beschikte Revised ### consensus on diagnostic criteria and long-term health risks related to polycystic ovary syndrome (PCOS) and subclinical atherosclerosis among women of reproductive age in the Dallas heart study Clinical Endocrinology, ##(#), diabetes mellitus, arterial hypertension and coronary artery disease in perimenopausal women with a history of the <PERSOON> of carotid wall thickness and vertebrobasilar system insufficiency in patients with obese polycystic ovary syndrome Journal of Obstetrics & Gynaecology ovary syndrome a comparison of different approaches to defining the metabolic syndrome Hum Reprod , ##(##), <PATIENTNUMMER># aspects of polycystic ovary syndrome (PCOS) the <LOCATIE> ESHRE/ASRM-Sponsored #rd <PERSOON> in Bulgarian Patients with Polycystic Ovary Syndrome and/or.
657
fms
<DATUM> op dyslipidemie bij vrouwen met PCOS Met name het HDL cholesterol is lager bij vrouwen met PCOS terwijl de triglyceriden en het LDL opzichte van vrouwen zonder PCOS op basis van patiënten series en cohortonderzoeken Voor inclusie in de meta-analyse moesten de onderzoeken voldoen aan de volgende criteria Indicatie van het aantal vrouwen met PCOS of aantal persoonsjaren en het aantal of percentage Patiënt controle en cross-sectionele onderzoeken werden uitgesloten bij de analyse op de eindpunten meegenomen Indien meerdere publicaties van hetzelfde onderzoek beschikbaar waren werd onderzoek geïncludeerd dat over de meest gedetailleerde informatie over blootstelling en uitkomst beschikte Revised ### consensus on diagnostic criteria and long-term health risks related to polycystic ovary syndrome (PCOS) and subclinical atherosclerosis among women of reproductive age in the Dallas heart study Clinical Endocrinology, ##(#), diabetes mellitus, arterial hypertension and coronary artery disease in perimenopausal women with a history of the <PERSOON> of carotid wall thickness and vertebrobasilar system insufficiency in patients with obese polycystic ovary syndrome Journal of Obstetrics & Gynaecology ovary syndrome a comparison of different approaches to defining the metabolic syndrome Hum Reprod , ##(##), <PATIENTNUMMER># aspects of polycystic ovary syndrome (PCOS) the <LOCATIE> ESHRE/ASRM-Sponsored #rd <PERSOON> in Bulgarian Patients with Polycystic Ovary Syndrome and/or long-term follow-up <PERSOON>, S , <PERSOON> of body fat distribution in PCOS and its association with carotid atherosclerosis and insulin resistance Gynecological Endocrinology, ##(#), #<DATUM> impaired glucose tolerance and metabolic disturbance in polycystic ovary syndrome Acta Obstetricia et <PERSOON> ovary syndrome a follow-up study on diabetes mellitus, cardiovascular disease and malignancy ##-## years after ovarian wedge resection <PERSOON>, M L , Wild, R A , & <PERSOON> glucose tolerance, type # diabetes and metabolic <PERSOON> of adverse outcome in young women with polycystic ovary syndrome versus matched, reference controls a retrospective, observational study Journal of Clinical ovarian syndrome, overweight, and metabolic syndrome in adolescents Journal of Pediatric & Adolescent Gynecology, women of postmenopausal age a ##-year controlled follow-up study Journal of Clinical Endocrinology & Metabolism, with a history of irregular menses and elevated androgen measurements at high risk for worsening cardiovascular eventfree survival results from the National Institutes of Health--National Heart, Lung, and Blood Institute sponsored Women's syndrome and risk for long-term diabetes and dyslipidemia Obstetrical and Gynecological Survey, ##(#), ##<DATUM> Wild, <PERSOON>, T.
529
fms
<PERSOON>, S , <PERSOON> of body fat distribution in PCOS and its association with carotid atherosclerosis and insulin resistance Gynecological Endocrinology, ##(#), #<DATUM> impaired glucose tolerance and metabolic disturbance in polycystic ovary syndrome Acta Obstetricia et <PERSOON> ovary syndrome a follow-up study on diabetes mellitus, cardiovascular disease and malignancy ##-## years after ovarian wedge resection <PERSOON>, M L , Wild, R A , & <PERSOON> glucose tolerance, type # diabetes and metabolic <PERSOON> of adverse outcome in young women with polycystic ovary syndrome versus matched, reference controls a retrospective, observational study Journal of Clinical ovarian syndrome, overweight, and metabolic syndrome in adolescents Journal of Pediatric & Adolescent Gynecology, women of postmenopausal age a ##-year controlled follow-up study Journal of Clinical Endocrinology & Metabolism, with a history of irregular menses and elevated androgen measurements at high risk for worsening cardiovascular eventfree survival results from the National Institutes of Health--National Heart, Lung, and Blood Institute sponsored Women's syndrome and risk for long-term diabetes and dyslipidemia Obstetrical and Gynecological Survey, ##(#), ##<DATUM> Wild, <PERSOON> disease in women with polycystic ovary syndrome <PERSOON> predictors of gestational diabetes a multicentre prospective cohort study on the <PERSOON> in metabolic and cardiovascular risk in women with different polycystic ovary Wat is het risico op een cardiovasculaire gebeurtenis bij vrouwen met primair ovariële insufficiëntie? Beïnvloedt het gebruik van hormoonsuppletie therapie bij patiënten met primair ovariële Gelet op het beperkte toegenomen relatieve risico op hart- en vaatziekten bij vrouwen met primair ovariële insufficiëntie is er geen reden om verdere diagnostiek en behandeling te adviseren met betrekking tot POI hoger is vergeleken met referentie groep vrouwen die een menopauze kregen op op <LEEFTIJD> jarige leeftijd of daarboven Het hogere risico op cardiovasculaire gebeurtenissen bij vrouwen met POI wordt met name bepaald door een hoger risico op ischemische hartziekten Bij POI vrouwen lijkt er geen hoger risico op beroerte Het gevonden verband wordt ondersteund door wetenschappelijk bewijs dat zogenaamde ’vroege menopauze’ leidt tot hogere cardiovasculaire risico’s (van der <PERSOON-##> ###) De leeftijd van de menopauze in de referentiegroep in deze onderzoeken verschilt echter; daarnaast is POI vaak gedefinieerd als menopauze ( <LEEFTIJD> jaar, dus subanalyses voor vrouwen met POI onder ## of jonger konden niet verricht worden Het is daarom niet mogelijk een analyse te verrichten om na te gaan of er een ‘leeftijd-effect’ relatie is tussen leeftijd menopauze en.
527
fms
, & <PERSOON> disease in women with polycystic ovary syndrome <PERSOON> predictors of gestational diabetes a multicentre prospective cohort study on the <PERSOON> in metabolic and cardiovascular risk in women with different polycystic ovary Wat is het risico op een cardiovasculaire gebeurtenis bij vrouwen met primair ovariële insufficiëntie? Beïnvloedt het gebruik van hormoonsuppletie therapie bij patiënten met primair ovariële Gelet op het beperkte toegenomen relatieve risico op hart- en vaatziekten bij vrouwen met primair ovariële insufficiëntie is er geen reden om verdere diagnostiek en behandeling te adviseren met betrekking tot POI hoger is vergeleken met referentie groep vrouwen die een menopauze kregen op op <LEEFTIJD> jarige leeftijd of daarboven Het hogere risico op cardiovasculaire gebeurtenissen bij vrouwen met POI wordt met name bepaald door een hoger risico op ischemische hartziekten Bij POI vrouwen lijkt er geen hoger risico op beroerte Het gevonden verband wordt ondersteund door wetenschappelijk bewijs dat zogenaamde ’vroege menopauze’ leidt tot hogere cardiovasculaire risico’s (van der <PERSOON> ###) De leeftijd van de menopauze in de referentiegroep in deze onderzoeken verschilt echter; daarnaast is POI vaak gedefinieerd als menopauze ( <LEEFTIJD> jaar, dus subanalyses voor vrouwen met POI onder ## of jonger konden niet verricht worden Het is daarom niet mogelijk een analyse te verrichten om na te gaan of er een ‘leeftijd-effect’ relatie is tussen leeftijd menopauze en De gemiddelde leeftijd ten tijde van het krijgen van een een beroerte in de Europese database ligt rond de ## – <LEEFTIJD> jaar De geanalyseerde studies in deze richtlijn hebben een beperkte follow-up duur waardoor een mogelijk effect van POI op het risico op beroerte niet kon Er werden geen aanwijzingen voor publicatiebias gevonden op basis van funnelplots Op grond van de gemaakte analyse kan alleen een uitspraak worden gedaan over de relatieve risico’s van HVZ, IHZ en beroerte bij POI patiënten Omdat er geen individuele data analyse kon worden verricht kan er geen uitspraak worden gedaan over het absolute risico op HVZ, IHZ en beroerte De onderzoeken zijn verricht in cohorten die verschillen wat betreft duur van de follow-up, in- en exclusie criteria en de mate waarin is gecorrigeerd voor confounding factoren Een zekere mate van heterogeniteit is aanwezig in de subanalyse van Er is zeer weinig onderzoek verricht naar risicofactoren voor HVZ bij vrouwen met POI Dit maakt dat er geen uitspraken gedaan kunnen worden of deze verhoogd zijn in de POI groep In de huidige analyse van de literatuur kon een subgroepanalyse worden gemaakt voor Westerse en Aziatische vrouwen met POI Er werden vier onderzoeken gepubliceerd over Aziatische populaties en vijf over Westerse populaties Er werd geen verschil in risico gevonden wat betreft beroerte en POI tussen Aziatische en Westerse populaties Wat betreft ischemische hartziekten waren er slechts twee onderzoeken verricht in Aziatische.
539
fms
tijde van het krijgen van een een beroerte in de Europese database ligt rond de ## – <LEEFTIJD> jaar De geanalyseerde studies in deze richtlijn hebben een beperkte follow-up duur waardoor een mogelijk effect van POI op het risico op beroerte niet kon Er werden geen aanwijzingen voor publicatiebias gevonden op basis van funnelplots Op grond van de gemaakte analyse kan alleen een uitspraak worden gedaan over de relatieve risico’s van HVZ, IHZ en beroerte bij POI patiënten Omdat er geen individuele data analyse kon worden verricht kan er geen uitspraak worden gedaan over het absolute risico op HVZ, IHZ en beroerte De onderzoeken zijn verricht in cohorten die verschillen wat betreft duur van de follow-up, in- en exclusie criteria en de mate waarin is gecorrigeerd voor confounding factoren Een zekere mate van heterogeniteit is aanwezig in de subanalyse van Er is zeer weinig onderzoek verricht naar risicofactoren voor HVZ bij vrouwen met POI Dit maakt dat er geen uitspraken gedaan kunnen worden of deze verhoogd zijn in de POI groep In de huidige analyse van de literatuur kon een subgroepanalyse worden gemaakt voor Westerse en Aziatische vrouwen met POI Er werden vier onderzoeken gepubliceerd over Aziatische populaties en vijf over Westerse populaties Er werd geen verschil in risico gevonden wat betreft beroerte en POI tussen Aziatische en Westerse populaties Wat betreft ischemische hartziekten waren er slechts twee onderzoeken verricht in Aziatische was in POI vrouwen In de Westerse vrouwen was geen heterogeniteit gezien tussen de onderzoeken en was in POI vrouwen wel significant verhoogd risico op ischemische hartziekten gezien Verschil in de relatie van POI met cardiovasculaire gebeurtenissen tussen verschillende andere etnische groepen is niet uitgesloten De meeste vrouwen met POI zullen HST voorgeschreven krijgen vanwege het risico op osteoporose, climacteriële klachten en/of vaginale droogheid Wat de invloed van HST is op het cardiovasculaire risico in Vrouwen met POI hebben vaak vragen over verlies van vruchtbaarheid en vroegtijdige veroudering door het verlies van de hormoonproductie door de ovaria De semantiek van de ‘vroege menopauze’ draagt hier negatief aan bij Gezien de lage incidentie en de afwezigheid van een POI-patiëntenvereniging voelen ze zich vaak onbegrepen Het toegenomen risico op HVZ zou onderdeel moeten zijn van een zorgvuldige counseling waarbij met name de empowerment van de patiënt ten aanzien van de bevordering van eigen gezondheid (stoppen met roken, gewichtsinterventie bij adipositas) op de voorgrond zou kunnen staan (<PERSOON> ###) Op basis van de huidige analyse is geen preventief effect gevonden van het gebruik van oestrogeensubstitutie therapie In de huidige patiëntfolder prematuur ovarieel falen (POF, NVOG) staat vermeld dat de kans op hart- en vaatziekten iets groter is bij vrouwen met POF en dat het risico niet verminderd wordt door gebruik van hormoonsubstitutie therapie Deze folder kan worden aangepast met de uitkomsten van de huidige analyse Primair ovariële insufficiëntie (POI) is de uitval van de ovariële functie voor het ##e levensjaar na het optreden.
553
fms
gezien tussen de onderzoeken en was in POI vrouwen wel significant verhoogd risico op ischemische hartziekten gezien Verschil in de relatie van POI met cardiovasculaire gebeurtenissen tussen verschillende andere etnische groepen is niet uitgesloten De meeste vrouwen met POI zullen HST voorgeschreven krijgen vanwege het risico op osteoporose, climacteriële klachten en/of vaginale droogheid Wat de invloed van HST is op het cardiovasculaire risico in Vrouwen met POI hebben vaak vragen over verlies van vruchtbaarheid en vroegtijdige veroudering door het verlies van de hormoonproductie door de ovaria De semantiek van de ‘vroege menopauze’ draagt hier negatief aan bij Gezien de lage incidentie en de afwezigheid van een POI-patiëntenvereniging voelen ze zich vaak onbegrepen Het toegenomen risico op HVZ zou onderdeel moeten zijn van een zorgvuldige counseling waarbij met name de empowerment van de patiënt ten aanzien van de bevordering van eigen gezondheid (stoppen met roken, gewichtsinterventie bij adipositas) op de voorgrond zou kunnen staan (<PERSOON> ###) Op basis van de huidige analyse is geen preventief effect gevonden van het gebruik van oestrogeensubstitutie therapie In de huidige patiëntfolder prematuur ovarieel falen (POF, NVOG) staat vermeld dat de kans op hart- en vaatziekten iets groter is bij vrouwen met POF en dat het risico niet verminderd wordt door gebruik van hormoonsubstitutie therapie Deze folder kan worden aangepast met de uitkomsten van de huidige analyse Primair ovariële insufficiëntie (POI) is de uitval van de ovariële functie voor het ##e levensjaar na het optreden sprake is van een amenorrhoe die langer dan # maanden bestaat (<PERSOON> ###) Het gevolg van POI is enerzijds de uitval van de voortplantingsfunctie en anderzijds de afname van de hormonale productie van het amenorroe (Rebar ###) De incidentie neemt toe met de leeftijd POI treft <DATUM> vrouwen onder de <LEEFTIJD> jaar en neemt dan toe tot <DATUM> onder de <LEEFTIJD> jaar (Coulam ###) Bij ##% van de vrouwen met een secundaire amenorroe is de oorzaak POI (Moreas Ruehsen ###) De etiologie is divers, zo kunnen immunologische en genetische factoren een rol spelen maar bij ##% van de vrouwen met POI wordt geen duidelijke oorzaak Gezondheidsproblemen geassocieerd met POI kunnen zijn sterk verminderde vruchtbaarheid en indien niet De werkgroep van deze richtlijn heeft alleen een analyse gedaan voor ‘spontane’ POI en niet voor de POI die ontstaat op basis van chirurgische menopauze zoals na bilaterale salpingo ovariectomie (BSO); hiervoor is een andere richtlijn in bewerking, getiteld Richtlijn erfelijk en familiair ovariumcarcinoom, Integraal Kanker <INSTELLING> Vrouwen met POI door natuurlijke menopauze voor de leeftijd van <LEEFTIJD> jaar hebben een verhoogd Vrouwen met POI door natuurlijke menopauze voor de leeftijd van <LEEFTIJD> jaar hebben een licht verhoogd risico (RR # ##, ##% BI # <DATUM> op een fatale of niet fatale ischemische hartziekte in Cooper ###; Gallagher ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; Lokkegaard ### Vrouwen met POI hebben geen verhoogd risico om een fatale of niet fatale beroerte (bloedig en.
624
fms
# maanden bestaat (<PERSOON> ###) Het gevolg van POI is enerzijds de uitval van de voortplantingsfunctie en anderzijds de afname van de hormonale productie van het amenorroe (Rebar ###) De incidentie neemt toe met de leeftijd POI treft <DATUM> vrouwen onder de <LEEFTIJD> jaar en neemt dan toe tot <DATUM> onder de <LEEFTIJD> jaar (Coulam ###) Bij ##% van de vrouwen met een secundaire amenorroe is de oorzaak POI (Moreas Ruehsen ###) De etiologie is divers, zo kunnen immunologische en genetische factoren een rol spelen maar bij ##% van de vrouwen met POI wordt geen duidelijke oorzaak Gezondheidsproblemen geassocieerd met POI kunnen zijn sterk verminderde vruchtbaarheid en indien niet De werkgroep van deze richtlijn heeft alleen een analyse gedaan voor ‘spontane’ POI en niet voor de POI die ontstaat op basis van chirurgische menopauze zoals na bilaterale salpingo ovariectomie (BSO); hiervoor is een andere richtlijn in bewerking, getiteld Richtlijn erfelijk en familiair ovariumcarcinoom, Integraal Kanker <INSTELLING> Vrouwen met POI door natuurlijke menopauze voor de leeftijd van <LEEFTIJD> jaar hebben een verhoogd Vrouwen met POI door natuurlijke menopauze voor de leeftijd van <LEEFTIJD> jaar hebben een licht verhoogd risico (RR # ##, ##% BI # <DATUM> op een fatale of niet fatale ischemische hartziekte in Cooper ###; Gallagher ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; Lokkegaard ### Vrouwen met POI hebben geen verhoogd risico om een fatale of niet fatale beroerte (bloedig en Er is onvoldoende onderzoek verricht om een uitspraak te doen of het risicoprofiel op hart en Er is onvoldoende onderzoek verricht om een uitspraak te doen over het effect van het gebruik van Er zijn tien onderzoeken naar voren gekomen uit de zoekstrategie en de beoordeling van de reviewers die voldoen aan de criteria voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (<PERSOON> ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; Lokkegaard ###; van der <PERSOON> ###) Voor de zoekverantwoording wordt verwezen naar bijlage # en voor de evidencetabel naar bijlage # Het betrof tien prospectieve cohortstudies met in totaal ### ### vrouwen en een follow-up duur van #-<LEEFTIJD> jaar waarin ### cardiovasculaire gebeurtenissen plaatsvonden De cohorten waren afkomstig uit # landen (één één Chinees cohort) In deze onderzoeken werden vrouwen met POI geïdentificeerd en werd het cardiovasculair risico vergeleken met een referentiegroep Voor de referentiegroep werden verschillende leeftijdscategorieën (bijlage #) staan de risico’s op het krijgen van een fataal en/of niet-fataal cardiovasculaire gebeurtenis van bovengenoemde studies In figuur <DATUM> # , <DATUM> # en <DATUM> # zijn de forest plots te vinden voor respectievelijk cardiovasculaire (CV) gebeurtenissen, ischemische hart- en vaatziekten (IHZ) en beroerte (fataal en niet fataal) Negen onderzoeken werden gevonden via de litratuursearch Additionele informatie werd verkregen van een extra Nederlands cohort waarbij chirurgische en natuurlijke menopauze gecombineerd werden gerapporteerd Na correspondentie met de auteur konden de data van de POI vrouwen separaat worden geanalyseerd van de.
677
fms
risicoprofiel op hart en Er is onvoldoende onderzoek verricht om een uitspraak te doen over het effect van het gebruik van Er zijn tien onderzoeken naar voren gekomen uit de zoekstrategie en de beoordeling van de reviewers die voldoen aan de criteria voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (<PERSOON> ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; Lokkegaard ###; van der <PERSOON> ###) Voor de zoekverantwoording wordt verwezen naar bijlage # en voor de evidencetabel naar bijlage # Het betrof tien prospectieve cohortstudies met in totaal ### ### vrouwen en een follow-up duur van #-<LEEFTIJD> jaar waarin ### cardiovasculaire gebeurtenissen plaatsvonden De cohorten waren afkomstig uit # landen (één één Chinees cohort) In deze onderzoeken werden vrouwen met POI geïdentificeerd en werd het cardiovasculair risico vergeleken met een referentiegroep Voor de referentiegroep werden verschillende leeftijdscategorieën (bijlage #) staan de risico’s op het krijgen van een fataal en/of niet-fataal cardiovasculaire gebeurtenis van bovengenoemde studies In figuur <DATUM> # , <DATUM> # en <DATUM> # zijn de forest plots te vinden voor respectievelijk cardiovasculaire (CV) gebeurtenissen, ischemische hart- en vaatziekten (IHZ) en beroerte (fataal en niet fataal) Negen onderzoeken werden gevonden via de litratuursearch Additionele informatie werd verkregen van een extra Nederlands cohort waarbij chirurgische en natuurlijke menopauze gecombineerd werden gerapporteerd Na correspondentie met de auteur konden de data van de POI vrouwen separaat worden geanalyseerd van de gevolge van cardiovasculaire gebeurtenissen en mortaliteit ten gevolge van ischemische hartziekten (van der In één cohortstudie (<PERSOON> et al ###) werd het risico op alle cardiovasculaire gebeurtenissen van vrouwen met POI vergeleken met een referentiegroep van vrouwen met een menopauze op ##-<LEEFTIJD> jaar Het cohort bestaat uit het Zuid-Koreaanse Kangwha cohort waarin mannen en vrouwen boven de <LEEFTIJD> jaar werden geïncludeerd met als doel het beoordelen van risicofactoren voor verschillende doodsoorzaken in een populatie bestaande uit ouderen Het risico op totale cardiovasculair gebeurtenissen van vrouwen met POI (n=###) werd vergeleken met de referentiegroep vrouwen met een menopauzale leeftijd tussen ## en <LEEFTIJD> jaar (n=# ###) Vrouwen die (in het verleden) rookten zijn uitgesloten van de analyse Het risico op overlijden ten gevolge van cardiovasculaire ziekten totaal (HVZ volgens ICD ##-code ###-###) was gecorrigeerd HR # ## (##% BI # ##-# ##) Het totaal aantal gebeurtenissen in dit onderzoek was ## voor de vrouwen met POI Een tweede cohortstudie betrof een Nederlands cohort, het zogenaamde ‘Dom cohort’ met <DATUM> vrouwen in de leeftijd tussen ##-<LEEFTIJD> jaar die werden vervolgd gedurende <LEEFTIJD> jaar met een gemiddelde follow-up van <LEEFTIJD> jaar, met als doel de invloed van menopauze leeftijd te onderzoeken op cardiovasculaire sterfte (van der <PERSOON> ###) Na correspondentie met de auteur kon de groep vrouwen die een POI hadden worden onderscheiden van de vrouwen met een chirurgische menopauze voorafgaande aan het ##ste levensjaar De totale groep vrouwen met natuurlijke menopauze in dit cohort was <DATUM> Het risico op cardiovasculaire gebeurtenissen in de.
690
fms
ischemische hartziekten (van der In één cohortstudie (<PERSOON> et al ###) werd het risico op alle cardiovasculaire gebeurtenissen van vrouwen met POI vergeleken met een referentiegroep van vrouwen met een menopauze op ##-<LEEFTIJD> jaar Het cohort bestaat uit het Zuid-Koreaanse Kangwha cohort waarin mannen en vrouwen boven de <LEEFTIJD> jaar werden geïncludeerd met als doel het beoordelen van risicofactoren voor verschillende doodsoorzaken in een populatie bestaande uit ouderen Het risico op totale cardiovasculair gebeurtenissen van vrouwen met POI (n=###) werd vergeleken met de referentiegroep vrouwen met een menopauzale leeftijd tussen ## en <LEEFTIJD> jaar (n=# ###) Vrouwen die (in het verleden) rookten zijn uitgesloten van de analyse Het risico op overlijden ten gevolge van cardiovasculaire ziekten totaal (HVZ volgens ICD ##-code ###-###) was gecorrigeerd HR # ## (##% BI # ##-# ##) Het totaal aantal gebeurtenissen in dit onderzoek was ## voor de vrouwen met POI Een tweede cohortstudie betrof een Nederlands cohort, het zogenaamde ‘Dom cohort’ met <DATUM> vrouwen in de leeftijd tussen ##-<LEEFTIJD> jaar die werden vervolgd gedurende <LEEFTIJD> jaar met een gemiddelde follow-up van <LEEFTIJD> jaar, met als doel de invloed van menopauze leeftijd te onderzoeken op cardiovasculaire sterfte (van der <PERSOON> ###) Na correspondentie met de auteur kon de groep vrouwen die een POI hadden worden onderscheiden van de vrouwen met een chirurgische menopauze voorafgaande aan het ##ste levensjaar De totale groep vrouwen met natuurlijke menopauze in dit cohort was <DATUM> Het risico op cardiovasculaire gebeurtenissen in de jaar De doodsoorzaak werd nagevraagd bij de huisarts (van der <PERSOON> ###) Vrouwen die In zes studies was het krijgen van een myocardinfarct als uitkomstmaat bij vrouwen met POI opgenomen (Cooper ###; Gallagher ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; Lokkegaard ###) <PERSOON> et al , <PERSOON> et al en Lokkegaard et al beschreven een significant hoger risico op ischemische hartziekten bij vrouwen met de menopauze voor het ##e levensjaar (zie tabel <DATUM> # , bijlage #) De gerapporteerde relatieve Het cohort van <PERSOON> et al (###) is eerder in dit hoofdstuk beschreven bij het onderdeel ‘alle cardiovasculaire gebeurtenissen’ <PERSOON> samengevat betreft het een cohort waarin het risico op overlijden ten gevolge van ischemische hartziekten bij vrouwen met POI vergeleken wordt met dat bij vrouwen met een menopauze leeftijd In het prospectieve cohort van Cooper et al (###) heeft men Amerikaanse vrouwen uit het NHANES cohort (n = <DATUM> die tussen de ## en <LEEFTIJD> jaar oud waren, gevolgd met een gemiddelde follow-up duur van <LEEFTIJD> jaar Het aantal POI vrouwen betrof ### In dit cohort werd gecorrigeerd voor het gebruik van HST In dit onderzoek werd gevonden dat vrouwen met POI een HR van <DATUM> (##% BI # #<DATUM> hadden voor het Gallagher et al (###) heeft gebruik gemaakt van een cohort van ##<DATUM> vrouwen die werkzaam zijn in de textiel industrie in Shanghai, China Er is gekeken naar mortaliteit ten gevolge van ischemische hartziekten (IHZ).
712
fms
jaar De doodsoorzaak werd nagevraagd bij de huisarts (van der <PERSOON> ###) Vrouwen die In zes studies was het krijgen van een myocardinfarct als uitkomstmaat bij vrouwen met POI opgenomen (Cooper ###; Gallagher ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; Lokkegaard ###) <PERSOON> et al , <PERSOON> et al en Lokkegaard et al beschreven een significant hoger risico op ischemische hartziekten bij vrouwen met de menopauze voor het ##e levensjaar (zie tabel <DATUM> # , bijlage #) De gerapporteerde relatieve Het cohort van <PERSOON> et al (###) is eerder in dit hoofdstuk beschreven bij het onderdeel ‘alle cardiovasculaire gebeurtenissen’ <PERSOON> samengevat betreft het een cohort waarin het risico op overlijden ten gevolge van ischemische hartziekten bij vrouwen met POI vergeleken wordt met dat bij vrouwen met een menopauze leeftijd In het prospectieve cohort van Cooper et al (###) heeft men Amerikaanse vrouwen uit het NHANES cohort (n = <DATUM> die tussen de ## en <LEEFTIJD> jaar oud waren, gevolgd met een gemiddelde follow-up duur van <LEEFTIJD> jaar Het aantal POI vrouwen betrof ### In dit cohort werd gecorrigeerd voor het gebruik van HST In dit onderzoek werd gevonden dat vrouwen met POI een HR van <DATUM> (##% BI # #<DATUM> hadden voor het Gallagher et al (###) heeft gebruik gemaakt van een cohort van ##<DATUM> vrouwen die werkzaam zijn in de textiel industrie in Shanghai, China Er is gekeken naar mortaliteit ten gevolge van ischemische hartziekten (IHZ) Aantal persoonsjaren van POI vrouwen betrof ## ### jaren De follow up is gemeld in persoonjaren was <DATUM> ###, omgerekend <LEEFTIJD> jaar In dit Gallagher et al vond dat vrouwen met POI geen verhoogd risico hadden (HR <DATUM> ##% BI # #<DATUM> op ischemische hartziekten vergeleken met de referentiegroep van vrouwen met menopauze ##-<LEEFTIJD> jaar Het aantal <PERSOON> et al (###) heeft de data van het Adventist Health Study cohort gebruikt en gekeken naar mortaliteit ten gevolge van IHZ Uit het cohort zijn <DATUM> vrouwen geïdentificeerd met een natuurlijke menopauze leeftijd tussen de ## en <LEEFTIJD> jaar Vrouwen die al bekend waren met een myocardinfarct werden geëxcludeerd Vrouwen met POI werden vergeleken met vrouwen met een menopauze leeftijd tussen de ## en <LEEFTIJD> jaar In dit onderzoek werd gevonden dat het risico op IHZ verhoogd was in vrouwen met POI vergeleken met de referentiegroep (HR Lokkegaard et al (###) heeft in een prospectief cohort gekeken of het risico op een myocardinfarct bij Deense vrouwen met een spontane menopauze onder de <LEEFTIJD> jaar (n = ##) hoger is dan voor vrouwen met een menopauze boven de <LEEFTIJD> jaar (n = <DATUM> Hij vond een HR van <DATUM> (##% BI # #-<DATUM> Het aantal gebeurtenissen <PERSOON> et al (###) hebben in het bovengenoemde ‘Dom Cohort’ ook het risico op fatale ischemische.
689
fms
Aantal persoonsjaren van POI vrouwen betrof ## ### jaren De follow up is gemeld in persoonjaren was <DATUM> ###, omgerekend <LEEFTIJD> jaar In dit Gallagher et al vond dat vrouwen met POI geen verhoogd risico hadden (HR <DATUM> ##% BI # #<DATUM> op ischemische hartziekten vergeleken met de referentiegroep van vrouwen met menopauze ##-<LEEFTIJD> jaar Het aantal <PERSOON> et al (###) heeft de data van het Adventist Health Study cohort gebruikt en gekeken naar mortaliteit ten gevolge van IHZ Uit het cohort zijn <DATUM> vrouwen geïdentificeerd met een natuurlijke menopauze leeftijd tussen de ## en <LEEFTIJD> jaar Vrouwen die al bekend waren met een myocardinfarct werden geëxcludeerd Vrouwen met POI werden vergeleken met vrouwen met een menopauze leeftijd tussen de ## en <LEEFTIJD> jaar In dit onderzoek werd gevonden dat het risico op IHZ verhoogd was in vrouwen met POI vergeleken met de referentiegroep (HR Lokkegaard et al (###) heeft in een prospectief cohort gekeken of het risico op een myocardinfarct bij Deense vrouwen met een spontane menopauze onder de <LEEFTIJD> jaar (n = ##) hoger is dan voor vrouwen met een menopauze boven de <LEEFTIJD> jaar (n = <DATUM> Hij vond een HR van <DATUM> (##% BI # #-<DATUM> Het aantal gebeurtenissen <PERSOON> et al (###) hebben in het bovengenoemde ‘Dom Cohort’ ook het risico op fatale ischemische ###; Cooper ###; Gallagher ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###) Geen van de studies rapporteerde een statistisch significant hoger risico op een beroerte bij vrouwen met POI ten opzichte van vrouwen zonder POI (zie tabel <DATUM> # , bijlage #) De gerapporteerde relatieve risico’s lagen tussen de # ## en # ## In een subanalyse van <PERSOON> werd bij vrouwen ouder dan <LEEFTIJD> jaar een verhoogd risico gevonden op beroerte (HR # ##, Baba et al (###) bestudeerde in een cohort Japanse vrouwen (N=<DATUM> de relatie tussen menopauze leeftijd en de incidentie van beroerte In dit cohort zijn zowel vrouwen met een natuurlijke als chirurgische menopauze meegenomen, maar er is een subgroepanalyse uitgevoerd op de patiënten met een natuurlijke menopauze leeftijd voor <LEEFTIJD> jaar (n=##) De gemiddelde leeftijd bij inclusie was ## <LEEFTIJD> jaar en de follow-up was <DATUM> jaar In dit beroerte vergeleken met de referentiegroep die een menopauze had tussen ##-<LEEFTIJD> jaar (n=<DATUM-##> Het aantal <PERSOON> et al (###) heeft in een cohort bestaande uit Koreaanse vrouwen ouder dan <LEEFTIJD> jaar (n=<DATUM-##> onderzoek gedaan naar het verband tussen beroerte en leeftijd van natuurlijke menopauze (POI N=##) De referentiegroep had een menopauze leeftijd tussen ##-<LEEFTIJD> jaar (n= <DATUM> en de gemiddelde follow-up was <DATUM-##> persoonsjaren, omgerekend <LEEFTIJD> jaar In dit cohort was het gebruik van HST een exclusie criterium De de groep met POI en voor ischemische beroerte # ## (##% BI # <DATUM-##> ) met een aantal events van # voor.
736
fms
Geen van de studies rapporteerde een statistisch significant hoger risico op een beroerte bij vrouwen met POI ten opzichte van vrouwen zonder POI (zie tabel <DATUM> # , bijlage #) De gerapporteerde relatieve risico’s lagen tussen de # ## en # ## In een subanalyse van <PERSOON> werd bij vrouwen ouder dan <LEEFTIJD> jaar een verhoogd risico gevonden op beroerte (HR # ##, Baba et al (###) bestudeerde in een cohort Japanse vrouwen (N=<DATUM> de relatie tussen menopauze leeftijd en de incidentie van beroerte In dit cohort zijn zowel vrouwen met een natuurlijke als chirurgische menopauze meegenomen, maar er is een subgroepanalyse uitgevoerd op de patiënten met een natuurlijke menopauze leeftijd voor <LEEFTIJD> jaar (n=##) De gemiddelde leeftijd bij inclusie was ## <LEEFTIJD> jaar en de follow-up was <DATUM> jaar In dit beroerte vergeleken met de referentiegroep die een menopauze had tussen ##-<LEEFTIJD> jaar (n=<DATUM> Het aantal <PERSOON> et al (###) heeft in een cohort bestaande uit Koreaanse vrouwen ouder dan <LEEFTIJD> jaar (n=<DATUM> onderzoek gedaan naar het verband tussen beroerte en leeftijd van natuurlijke menopauze (POI N=##) De referentiegroep had een menopauze leeftijd tussen ##-<LEEFTIJD> jaar (n= <DATUM> en de gemiddelde follow-up was <DATUM> persoonsjaren, omgerekend <LEEFTIJD> jaar In dit cohort was het gebruik van HST een exclusie criterium De de groep met POI en voor ischemische beroerte # ## (##% BI # <DATUM> ) met een aantal events van # voor De gecorrigeerde HR voor mortaliteit door beroerte BI # ## -<DATUM> voor ischemische beroerte met ## event in de POI groep Bloedige beroerte kwam met ## Het cohort van <PERSOON> et al (###) is reeds eerder beschreven in dit hoofdstuk Voor de beschrijving wordt verwezen naar het algemene stuk over cardiovasculaire gebeurtenissen <PERSOON> samengevat werd in dit cohort het risico op overlijden ten gevolge van beroerte bij vrouwen met POI vergeleken met dat van vrouwen met een menopauze leeftijd tussen ## en <LEEFTIJD> jaar In dit cohort werd gecorrigeerd voor HST gebruik Het HR voor aantal beroertes in vrouwen met POI betrof # ## (##% BI # #<DATUM-##> (n=##) vergeleken met # ### controles, waarbij <PERSOON> et al (###) heeft in het ‘Nurses’ Health study’ bestaande uit #<DATUM-##> vrouwelijke verpleegkundigen gekeken naar de relatie tussen leeftijd van natuurlijke menopauze met IHZ en CVA In dit cohort was het gebruik van HST een exclusie criterium Het gecorrigeerde RR voor alle vormen van beroerte was # ## (##% BI # <DATUM-##> #) Voor ischemische en bloedige beroertes was de RR niet te berekenen vanwege te weinige incidenten (n= #, In het Noorse cohort (<PERSOON> et al (###) is gekeken naar de relatie tussen leeftijd van natuurlijke menopauze en beroerte In totaal zijn er <DATUM-##> vrouwen overleden aan de gevolgen van een CVA in een follow-up periode van <LEEFTIJD> jaar (###-###).
711
fms
De gecorrigeerde HR voor mortaliteit door beroerte BI # ## -<DATUM> voor ischemische beroerte met ## event in de POI groep Bloedige beroerte kwam met ## Het cohort van <PERSOON> et al (###) is reeds eerder beschreven in dit hoofdstuk Voor de beschrijving wordt verwezen naar het algemene stuk over cardiovasculaire gebeurtenissen <PERSOON> samengevat werd in dit cohort het risico op overlijden ten gevolge van beroerte bij vrouwen met POI vergeleken met dat van vrouwen met een menopauze leeftijd tussen ## en <LEEFTIJD> jaar In dit cohort werd gecorrigeerd voor HST gebruik Het HR voor aantal beroertes in vrouwen met POI betrof # ## (##% BI # #<DATUM> (n=##) vergeleken met # ### controles, waarbij <PERSOON> et al (###) heeft in het ‘Nurses’ Health study’ bestaande uit #<DATUM> vrouwelijke verpleegkundigen gekeken naar de relatie tussen leeftijd van natuurlijke menopauze met IHZ en CVA In dit cohort was het gebruik van HST een exclusie criterium Het gecorrigeerde RR voor alle vormen van beroerte was # ## (##% BI # <DATUM> #) Voor ischemische en bloedige beroertes was de RR niet te berekenen vanwege te weinige incidenten (n= #, In het Noorse cohort (<PERSOON> et al (###) is gekeken naar de relatie tussen leeftijd van natuurlijke menopauze en beroerte In totaal zijn er <DATUM> vrouwen overleden aan de gevolgen van een CVA in een follow-up periode van <LEEFTIJD> jaar (###-###) Het publicatie geen onderscheid in verschillende soorten beroerte De referentie leeftijd voor natuurlijke menopauze Er zijn drie onderzoeken naar voren gekomen uit de zoekstrategie en de beoordeling van de reviewers die geschikt lijken voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (<PERSOON> ###; Knauff ###; Senoz ###) Voor de zoekverantwoording wordt verwezen naar bijlage # en voor de evidencetabel naar bijlage # <PERSOON> et al (###) heeft naast het verband tussen beroerte en leeftijd van natuurlijke menopauze ook gekeken naar de prevalentie van hypertensie in een cohort bestaande uit Koreaanse vrouwen met een gemiddelde leeftijd <DATUM> vrouwen met een natuurlijke menopauze tussen de ## en <LEEFTIJD> jaar Dit was niet significant verschillend (<PERSOON> et al (###) heeft naar de prevalentie van diabetes mellitus type # (DM II) gekeken Van de vrouwen met POI had <DATUM> DM II en van de vrouwen met een menopauze tussen de ## en <LEEFTIJD> jaar <DATUM> Dit was niet Knauff et al (###) heeft in ## vrouwen met POI het lipidenprofiel vergeleken met ### nog fertiele vrouwen De gemiddelde leeftijd was dan ook #<DATUM> versus <DATUM-##> jaar respectievelijk in de POI en controlegroep Vrouwen die binnen # weken voor het bloedonderzoek hormoonsubstitutie gebruikten werden geëxcludeerd Na correctie voor leeftijd, BMI en roken bleek de triglyceriden concentratie in vrouwen met POI significant verhoogd ten Senoz et al heeft # groepen met elkaar vergeleken respectievelijk vrouwen met POI (n=##; gemiddelde leeftijd.
671
fms
verschillende soorten beroerte De referentie leeftijd voor natuurlijke menopauze Er zijn drie onderzoeken naar voren gekomen uit de zoekstrategie en de beoordeling van de reviewers die geschikt lijken voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (<PERSOON> ###; Knauff ###; Senoz ###) Voor de zoekverantwoording wordt verwezen naar bijlage # en voor de evidencetabel naar bijlage # <PERSOON> et al (###) heeft naast het verband tussen beroerte en leeftijd van natuurlijke menopauze ook gekeken naar de prevalentie van hypertensie in een cohort bestaande uit Koreaanse vrouwen met een gemiddelde leeftijd <DATUM> vrouwen met een natuurlijke menopauze tussen de ## en <LEEFTIJD> jaar Dit was niet significant verschillend (<PERSOON> et al (###) heeft naar de prevalentie van diabetes mellitus type # (DM II) gekeken Van de vrouwen met POI had <DATUM> DM II en van de vrouwen met een menopauze tussen de ## en <LEEFTIJD> jaar <DATUM> Dit was niet Knauff et al (###) heeft in ## vrouwen met POI het lipidenprofiel vergeleken met ### nog fertiele vrouwen De gemiddelde leeftijd was dan ook #<DATUM> versus <DATUM> jaar respectievelijk in de POI en controlegroep Vrouwen die binnen # weken voor het bloedonderzoek hormoonsubstitutie gebruikten werden geëxcludeerd Na correctie voor leeftijd, BMI en roken bleek de triglyceriden concentratie in vrouwen met POI significant verhoogd ten Senoz et al heeft # groepen met elkaar vergeleken respectievelijk vrouwen met POI (n=##; gemiddelde leeftijd gemiddelde leeftijd <LEEFTIJD> jaar) Er werd geen verschil gevonden in de waarden van de triglyceriden Met betrekking tot het cardiovasculaire risico waren de totaal cholesterol, HDL-cholesterol en LDL-cholesterol concentratie Beïnvloedt het gebruik van hormoonsuppletie therapie bij patiënten met primair ovariële insufficiëntie het risico Wat de invloed van hormoonsuppletie therapie(HST) is op het cardiovasculaire risico in vrouwen met POI is niet op te maken uit de bestudeerde cohortonderzoeken Twee onderzoeken excludeerden vrouwen die HST Gallagher ###, <PERSOON> ###); één onderzoek was verricht voordat HST werd voorgeschreven (<PERSOON> ###); één onderzoek corrigeerde voor HST gebruik (Cooper ###) en twee onderzoeken verrichtten separate analyses voor vrouwen die wel en geen HST gebruikten (<PERSOON> ###) In deze onderzoeken werd geen verschil in cardiovasculair risico gezien bij vrouwen die wél en geen HST gebruikten In de studie van <PERSOON> was het HR op IHZ <DATUM> (##% BI # #–<DATUM> voor POI vrouwen die geen HST gebruikt hadden versus een HR van <DATUM> (##% BI # #–<DATUM> voor alle vrouwen met POI In de studie van Lokkegaard werd geen effect gevonden van het gebruik van HST in de groep vrouwen met een spontane ‘vroege menopauze’ (( <LEEFTIJD> jaar), terwijl er een beschermend effect van HST gezien werd bij de chirurgisch geïnduceerde ‘vroege Indicatie van het aantal betrokken vrouwen of aantal persoonsjaren en het aantal of percentage Onderzoeken met patiënten series werden uitgesloten Indien meerdere publicaties van dezelfde onderzoekspopulatie beschikbaar waren werd onderzoek geïncludeerd dat de meest gedetailleerde informatie <PERSOON>, S H.
668
fms
verschil gevonden in de waarden van de triglyceriden Met betrekking tot het cardiovasculaire risico waren de totaal cholesterol, HDL-cholesterol en LDL-cholesterol concentratie Beïnvloedt het gebruik van hormoonsuppletie therapie bij patiënten met primair ovariële insufficiëntie het risico Wat de invloed van hormoonsuppletie therapie(HST) is op het cardiovasculaire risico in vrouwen met POI is niet op te maken uit de bestudeerde cohortonderzoeken Twee onderzoeken excludeerden vrouwen die HST Gallagher ###, <PERSOON> ###); één onderzoek was verricht voordat HST werd voorgeschreven (<PERSOON> ###); één onderzoek corrigeerde voor HST gebruik (Cooper ###) en twee onderzoeken verrichtten separate analyses voor vrouwen die wel en geen HST gebruikten (<PERSOON> ###) In deze onderzoeken werd geen verschil in cardiovasculair risico gezien bij vrouwen die wél en geen HST gebruikten In de studie van <PERSOON> was het HR op IHZ <DATUM> (##% BI # #–<DATUM> voor POI vrouwen die geen HST gebruikt hadden versus een HR van <DATUM> (##% BI # #–<DATUM> voor alle vrouwen met POI In de studie van Lokkegaard werd geen effect gevonden van het gebruik van HST in de groep vrouwen met een spontane ‘vroege menopauze’ (( <LEEFTIJD> jaar), terwijl er een beschermend effect van HST gezien werd bij de chirurgisch geïnduceerde ‘vroege Indicatie van het aantal betrokken vrouwen of aantal persoonsjaren en het aantal of percentage Onderzoeken met patiënten series werden uitgesloten Indien meerdere publicaties van dezelfde onderzoekspopulatie beschikbaar waren werd onderzoek geïncludeerd dat de meest gedetailleerde informatie <PERSOON>, S H M , <PERSOON>, N K , Cho, Y J , & Park, <PERSOON> menopause and risk of stroke in elderly Coulam CB, Adamson SC, Annegers JF( ###) Incidence of premature ovarian failure Obstet Gynecol ##(#) #<DATUM> <PERSOON> M <PERSOON> et al ( ###) Defining and Setting National Goals for Cardiovascular Health Promotion and <PERSOON> ### and beyond Circulation #<DATUM> ### mortality from cardiovascular disease among women textile workers in <PERSOON-##> , ##(#), ###-### <PERSOON>, J S , <PERSOON-##>, G et al (###) <PERSOON-##> at menopause and causespecific mortality in South Korean women Kangwha Cohort Study Maturitas, ##(#), #<DATUM> and risk of cardiovascular disease Archives of Internal Medicine, ###(##), ###<DATUM> ischemic heart disease the Adventist Health Study Journal of <PERSOON-##>, G (###) <PERSOON-##> at natural menopause and stroke mortality cohort study with ### early menopause and risk of ischaemic heart disease influence of Hormone Therapy Maturitas, ##(#), #<DATUM> Rebar RW, Erickson GF, <PERSOON-##> SSC ( ###) Idiopathic premature ovarian failure clinical and endocrine characteristics Fertil Senoz, S.
688
fms
, <PERSOON>, N K , Cho, Y J , & Park, <PERSOON> menopause and risk of stroke in elderly Coulam CB, Adamson SC, Annegers JF( ###) Incidence of premature ovarian failure Obstet Gynecol ##(#) #<DATUM> <PERSOON> M <PERSOON> et al ( ###) Defining and Setting National Goals for Cardiovascular Health Promotion and <PERSOON> ### and beyond Circulation #<DATUM> ### mortality from cardiovascular disease among women textile workers in <PERSOON> , ##(#), ###-### <PERSOON>, J S , <PERSOON>, G et al (###) <PERSOON> at menopause and causespecific mortality in South Korean women Kangwha Cohort Study Maturitas, ##(#), #<DATUM> and risk of cardiovascular disease Archives of Internal Medicine, ###(##), ###<DATUM> ischemic heart disease the Adventist Health Study Journal of <PERSOON-##>, G (###) <PERSOON> at natural menopause and stroke mortality cohort study with ### early menopause and risk of ischaemic heart disease influence of Hormone Therapy Maturitas, ##(#), #<DATUM> Rebar RW, Erickson GF, <PERSOON-##> SSC ( ###) Idiopathic premature ovarian failure clinical and endocrine characteristics <PERSOON-##> deprivation, rather than age, is responsible for the poor van der <PERSOON-##> J (###) <PERSOON> at menopause as a risk factor for <PERSOON-##> ovarian insufficiency Lancet ### #<DATUM> Wat is het risico op een cardiovasculaire gebeurtenis bij vrouwen met # of meer miskramen in de Gelet op het niet toegenomen relatieve risico op hart- en vaatziekten bij vrouwen met herhaalde miskraam in de voorgeschiedenis is er geen reden om verdere diagnostiek en behandeling te adviseren met betrekking tot Definities van herhaalde miskraam verschillen tussen studies waardoor studies niet altijd goed te vergelijken zijn In <LOCATIE> wordt # of meer miskramen aangehouden als definitie en deze is gebruikt voor de huidige richtlijn aangehouden zou er een specifiekere uniformere groep zijn ontstaan waardoor er wellicht minder heterogeniteit in de resultaten wordt gezien Echter over deze ‘meer zuivere’ groep zijn onvoldoende studies voorhanden Om een eenduidig antwoord te geven op de uitgangsvraag is dus verder onderzoek nodig Herhaalde miskraam heeft een heterogene etiologie De meest voorkomende oorzaak van miskramen is een (chromosomale) afwijking aan het embryo Dit wordt in de klinische setting meestal niet onderzocht Of het verloren embryo (of zwangerschap) een normaal of afwijkend karyogram had zal meestal niet bekend zijn, ook niet bij de onderzoekers van de de gevonden cohorten en patiëntcontrole onderzoeken.
601
fms
<PERSOON> deprivation, rather than age, is responsible for the poor van der <PERSOON> J (###) <PERSOON> at menopause as a risk factor for <PERSOON> ovarian insufficiency Lancet ### #<DATUM> Wat is het risico op een cardiovasculaire gebeurtenis bij vrouwen met # of meer miskramen in de Gelet op het niet toegenomen relatieve risico op hart- en vaatziekten bij vrouwen met herhaalde miskraam in de voorgeschiedenis is er geen reden om verdere diagnostiek en behandeling te adviseren met betrekking tot Definities van herhaalde miskraam verschillen tussen studies waardoor studies niet altijd goed te vergelijken zijn In <LOCATIE> wordt # of meer miskramen aangehouden als definitie en deze is gebruikt voor de huidige richtlijn aangehouden zou er een specifiekere uniformere groep zijn ontstaan waardoor er wellicht minder heterogeniteit in de resultaten wordt gezien Echter over deze ‘meer zuivere’ groep zijn onvoldoende studies voorhanden Om een eenduidig antwoord te geven op de uitgangsvraag is dus verder onderzoek nodig Herhaalde miskraam heeft een heterogene etiologie De meest voorkomende oorzaak van miskramen is een (chromosomale) afwijking aan het embryo Dit wordt in de klinische setting meestal niet onderzocht Of het verloren embryo (of zwangerschap) een normaal of afwijkend karyogram had zal meestal niet bekend zijn, ook niet bij de onderzoekers van de de gevonden cohorten en patiëntcontrole onderzoeken de maternale leeftijd neemt de kans op een chromosomaal afwijkende foetus toe waardoor er een verhoogde kans is dat de zwangerschap eindigt in een miskraam Een vrouw die op oudere leeftijd herhaalde miskramen doormaakt, meest waarschijnlijk als gevolg van een afwijkende foetus, zal mogelijk een ander risicoprofiel hebben dan jonge vrouwen die herhaalde miskramen hebben bij een normaal aangelegde foetus met een normaal karyogram Dat het hebben van een miskraam op basis van een afwijkend karyotype bij de foetus een voorspeller is voor latere cardiovasculaire gebeurtenissen lijkt onwaarschijnlijk Hiervoor is in de studies echter Herhaalde miskramen zijn daarnaast geassocieerd met verworven en aangeboren trombofillie In de bestaande onderzoekscohorten is niet bekend welke vrouwen trombofilie, hyperhomocysteïnemie of een andere aanwijsbare oorzaak voor de herhaalde miskraam hadden Deze hemostatische en metabole stoornissen hebben ook een associatie met CV gebeurtenissen en of deze onderliggende stoornis(sen) een oorzaak is voor beide aandoeningen is mogelijk Er zijn geen prospectieve studies gedaan naar CV gebeurtenissen bij herhaalde De grootste cohortstudie meegenomen in deze richtlijn is van Gallagher en bestond uit Chineese vrouwen Aziatische cohorten hebben een lagere a prioiri kans op HVZ dan andere ethniciteiten en daarmee een lagere kans om een verschil aan te tonen tussen vrouwen met en zonder herhaalde miskraam Het is mogelijk dat de De kans op cardiovasculaire gebeurtenissen in de toekomst ‘leeft’ niet bij vrouwen die herhaalde miskraam hebben doorgemaakt Het is op dát moment niet een item dat zij missen in de zorg en de counseling.
528
fms
leeftijd neemt de kans op een chromosomaal afwijkende foetus toe waardoor er een verhoogde kans is dat de zwangerschap eindigt in een miskraam Een vrouw die op oudere leeftijd herhaalde miskramen doormaakt, meest waarschijnlijk als gevolg van een afwijkende foetus, zal mogelijk een ander risicoprofiel hebben dan jonge vrouwen die herhaalde miskramen hebben bij een normaal aangelegde foetus met een normaal karyogram Dat het hebben van een miskraam op basis van een afwijkend karyotype bij de foetus een voorspeller is voor latere cardiovasculaire gebeurtenissen lijkt onwaarschijnlijk Hiervoor is in de studies echter Herhaalde miskramen zijn daarnaast geassocieerd met verworven en aangeboren trombofillie In de bestaande onderzoekscohorten is niet bekend welke vrouwen trombofilie, hyperhomocysteïnemie of een andere aanwijsbare oorzaak voor de herhaalde miskraam hadden Deze hemostatische en metabole stoornissen hebben ook een associatie met CV gebeurtenissen en of deze onderliggende stoornis(sen) een oorzaak is voor beide aandoeningen is mogelijk Er zijn geen prospectieve studies gedaan naar CV gebeurtenissen bij herhaalde De grootste cohortstudie meegenomen in deze richtlijn is van Gallagher en bestond uit Chineese vrouwen Aziatische cohorten hebben een lagere a prioiri kans op HVZ dan andere ethniciteiten en daarmee een lagere kans om een verschil aan te tonen tussen vrouwen met en zonder herhaalde miskraam Het is mogelijk dat de De kans op cardiovasculaire gebeurtenissen in de toekomst ‘leeft’ niet bij vrouwen die herhaalde miskraam hebben doorgemaakt Het is op dát moment niet een item dat zij missen in de zorg en de counseling Per zwangerschap is de geschatte kans op een miskraam ## tot ##% en de kans neemt met de leeftijd van de vrouw toe (tot ) ##% bij <LEEFTIJD> jaar) (Nybo-Andersen ###) Herhaalde miskraam wordt in <LOCATIE> gedefinieerd als twee doorgemaakte miskramen maar internationaal hanteert men de definitie van drie opeenvolgende miskramen In <LOCATIE> spreekt men van een miskraam wanneer een zwangerschap eindigt voor een zwangerschapsduur van ## weken gerekend vanaf de eerste dag van de laatste menstruatie De WHO-definitie luidt de expulsie van een embryo of foetus (inclusief lege vruchtzak en mola) met een gewicht van ### gram of minder (overeenkomend met ongeveer ##-## weken) De incidentie van herhaalde miskramen ligt rond #% indien men uitgaat van # miskramen en #% als men uitgaat van # opeenvolgende miskramen (Regan ###) De mogelijke lange termijn effecten van miskramen op de gezondheid van de vrouw zijn nog niet opgehelderd Aangenomen wordt dat de trofoblast / placenta leidt tot een miskraam Deze vasculaire afwijkingen worden in verband gebracht met aangeboren en verworven trombofilieën die zowel geassocieerd zijn met het krijgen van miskramen (Empson ###) als met HVZ Echter harde gegevens over deze eindpunten in vrouwen met een verleden van herhaalde miskramen zijn niet voorhanden Of vrouwen die herhaalde miskramen hebben doorgemaakt ook later in het leven een ongunstig risicoprofiel voor HVZ hebben is derhalve onduidelijk Dit hoofdstuk vat de bestaande literatuur samen en beschrijft de bewijsvoering voor het al dan niet bestaan van een verhoogd cardiovasculair.
578
fms
zwangerschap is de geschatte kans op een miskraam ## tot ##% en de kans neemt met de leeftijd van de vrouw toe (tot ) ##% bij <LEEFTIJD> jaar) (Nybo-Andersen ###) Herhaalde miskraam wordt in <LOCATIE> gedefinieerd als twee doorgemaakte miskramen maar internationaal hanteert men de definitie van drie opeenvolgende miskramen In <LOCATIE> spreekt men van een miskraam wanneer een zwangerschap eindigt voor een zwangerschapsduur van ## weken gerekend vanaf de eerste dag van de laatste menstruatie De WHO-definitie luidt de expulsie van een embryo of foetus (inclusief lege vruchtzak en mola) met een gewicht van ### gram of minder (overeenkomend met ongeveer ##-## weken) De incidentie van herhaalde miskramen ligt rond #% indien men uitgaat van # miskramen en #% als men uitgaat van # opeenvolgende miskramen (Regan ###) De mogelijke lange termijn effecten van miskramen op de gezondheid van de vrouw zijn nog niet opgehelderd Aangenomen wordt dat de trofoblast / placenta leidt tot een miskraam Deze vasculaire afwijkingen worden in verband gebracht met aangeboren en verworven trombofilieën die zowel geassocieerd zijn met het krijgen van miskramen (Empson ###) als met HVZ Echter harde gegevens over deze eindpunten in vrouwen met een verleden van herhaalde miskramen zijn niet voorhanden Of vrouwen die herhaalde miskramen hebben doorgemaakt ook later in het leven een ongunstig risicoprofiel voor HVZ hebben is derhalve onduidelijk Dit hoofdstuk vat de bestaande literatuur samen en beschrijft de bewijsvoering voor het al dan niet bestaan van een verhoogd cardiovasculair ischemische hartziekte te hebben (RR # ##, ##% BI # #<DATUM> in vergelijking met vrouwen zonder Vrouwen met herhaalde miskraam hebben geen verhoogd risico op een fataal of niet fataal cerebrovasculair incident (RR # ##, ##% BI # ##-# ##) in vergelijking met vrouwen zonder miskramen Er zijn vijf onderzoeken uit de zoekstrategie en de beoordeling van de reviewers naar voren gekomen die geschikt lijken voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (<PERSOON> zoekverantwoording wordt verwezen naar bijlage # en voor de Het betrof cohortonderzoeken en patiënten series In de cohortonderzoeken werden vrouwen met herhaalde miskramen in de voorgeschiedenis (wisselend gedefinieerd, zowel # of meer miskramen als # of meer uitkomst fatale en niet fatale CV gebeurtenissen In tabel <DATUM> #a (bijlage #) staan de hazard ratio’s (HR) op het krijgen van een fataal en/of niet-fataal cardiovasculaire (CV) gebeurtenis van bovengenoemde cohortstudies De studies met patiënten series betroffen klinische patiënten met een myocardinfarct (MI) in vergelijking met vrouwen met een andere ziekenhuisopname indicatie, hierin hun reproductieve verleden vergelijkend (o a miskramen) In tabel <DATUM> #b (bijlage #) staan de relatieve risico’s van de patiënt-controle studies op het krijgen van een fataal en/of niet-fataal cardiovasculaire gebeurtenis In figuur <DATUM> # , <DATUM> # en <DATUM> # zijn de forest plots te vinden voor respectievelijk ischemische hartziekte (IHZ) van cohortonderzoeken, patiënten series en beroerte.
629
fms
hebben (RR # ##, ##% BI # #<DATUM> in vergelijking met vrouwen zonder Vrouwen met herhaalde miskraam hebben geen verhoogd risico op een fataal of niet fataal cerebrovasculair incident (RR # ##, ##% BI # ##-# ##) in vergelijking met vrouwen zonder miskramen Er zijn vijf onderzoeken uit de zoekstrategie en de beoordeling van de reviewers naar voren gekomen die geschikt lijken voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (<PERSOON> zoekverantwoording wordt verwezen naar bijlage # en voor de Het betrof cohortonderzoeken en patiënten series In de cohortonderzoeken werden vrouwen met herhaalde miskramen in de voorgeschiedenis (wisselend gedefinieerd, zowel # of meer miskramen als # of meer uitkomst fatale en niet fatale CV gebeurtenissen In tabel <DATUM> #a (bijlage #) staan de hazard ratio’s (HR) op het krijgen van een fataal en/of niet-fataal cardiovasculaire (CV) gebeurtenis van bovengenoemde cohortstudies De studies met patiënten series betroffen klinische patiënten met een myocardinfarct (MI) in vergelijking met vrouwen met een andere ziekenhuisopname indicatie, hierin hun reproductieve verleden vergelijkend (o a miskramen) In tabel <DATUM> #b (bijlage #) staan de relatieve risico’s van de patiënt-controle studies op het krijgen van een fataal en/of niet-fataal cardiovasculaire gebeurtenis In figuur <DATUM> # , <DATUM> # en <DATUM> # zijn de forest plots te vinden voor respectievelijk ischemische hartziekte (IHZ) van cohortonderzoeken, patiënten series en beroerte ### Chinese vrouwen werkzaam in de textielindustrie onderzoek gedaan naar de effecten van reproductieve factoren op HVZ, zie tabel <DATUM> #a voor de uitkomsten betreffende sterfte door ischemische hartziekten (IHZ) en ischemische of bloedige beroerte De verschillen in sterfte door IHZ en ischemische of bloedige beroerte tussen vrouwen met herhaalde miskramen ()#) en zonder miskramen waren niet statistisch significant De follow-up van deze studie was <LEEFTIJD> jaar en de Het EPIC cohort van Kharazmi (###) van <DATUM> vrouwen liet na een follow-up van gemiddeld <DATUM> jaar een significant verhoogd risico op een myocardinfarct zien bij vrouwen met meer dan # miskramen in de voorgeschiedenis (zie tabel <DATUM> #a, bijlage #) vergeleken met vrouwen zonder miskramen Het aantal beroertes (ischemisch en bloedig) was in de studie te laag om een verschil aan te kunnen tonen <PERSOON> (###) heeft in een populatie cohort van #<DATUM> vrouwen uit Schotland een niet significante relatie laten zien tussen (herhaalde) miskramen en myocardinfarct op latere leeftijd, zie tabel <DATUM> #a De follow-up was <LEEFTIJD> jaar In deze studie werd onderscheid gemaakt in ‘geen’ (#), <DATUM> en ≥# miskramen Alleen indien werd gekeken naar ≥# miskraam in vergelijking met geen miskramen was er een significante relatie, echter dit was geen uitgangsvraag voor de werkgroep CVRM Bovendien zijn in deze studie alleen vrouwen geïncludeerd die tenminste # levend geboren kind hadden Vrouwen met herhaalde miskraam zonder levend geboren kinderen Bertuccio (###) heeft drie Italiaanse case-control studies samengevoegd waarin ### vrouwen met een eerste.
655
fms
onderzoek gedaan naar de effecten van reproductieve factoren op HVZ, zie tabel <DATUM> #a voor de uitkomsten betreffende sterfte door ischemische hartziekten (IHZ) en ischemische of bloedige beroerte De verschillen in sterfte door IHZ en ischemische of bloedige beroerte tussen vrouwen met herhaalde miskramen ()#) en zonder miskramen waren niet statistisch significant De follow-up van deze studie was <LEEFTIJD> jaar en de Het EPIC cohort van Kharazmi (###) van <DATUM> vrouwen liet na een follow-up van gemiddeld <DATUM> jaar een significant verhoogd risico op een myocardinfarct zien bij vrouwen met meer dan # miskramen in de voorgeschiedenis (zie tabel <DATUM> #a, bijlage #) vergeleken met vrouwen zonder miskramen Het aantal beroertes (ischemisch en bloedig) was in de studie te laag om een verschil aan te kunnen tonen <PERSOON> (###) heeft in een populatie cohort van #<DATUM> vrouwen uit Schotland een niet significante relatie laten zien tussen (herhaalde) miskramen en myocardinfarct op latere leeftijd, zie tabel <DATUM> #a De follow-up was <LEEFTIJD> jaar In deze studie werd onderscheid gemaakt in ‘geen’ (#), <DATUM> en ≥# miskramen Alleen indien werd gekeken naar ≥# miskraam in vergelijking met geen miskramen was er een significante relatie, echter dit was geen uitgangsvraag voor de werkgroep CVRM Bovendien zijn in deze studie alleen vrouwen geïncludeerd die tenminste # levend geboren kind hadden Vrouwen met herhaalde miskraam zonder levend geboren kinderen Bertuccio (###) heeft drie Italiaanse case-control studies samengevoegd waarin ### vrouwen met een eerste ### vrouwen die opgenomen waren in het ziekenhuis voor een acute niet cardiovasculaire ziekte In de MI groep waren ## vrouwen (<DATUM> ) met # of meer miskramen Winkelstein (###) heeft in een patiëntcontrole onderzoek postmenopauzale vrouwen die in één ziekenhuis in de VS opgenomen waren met atherosclerotische hartziekten (n=##) vergeleken met vrouwen die voor een andere reden in het ziekenhuis opgenomen waren en geen atherosclerotische hartziekten hadden (n=##), zie tabel <DATUM> #b (bijlage #) Zij rapporteerden een significante associatie met eerdere herhaalde miskramen Het betreft Uit de zoekstrategie en de beoordeling van de reviewers is geen onderzoek naar voren gekomen dat geschikt <PERSOON>, M , <PERSOON>, J , & <PERSOON> of recurrent miscarriage for women with antiphospholipid <PERSOON> loss of early pregnancy and risk of ischaemic heart disease in Winkelstein, W , Jr , & Rekate, A C (###) <PERSOON> trend of mortality from coronary artery disease in women and Wat is het risico op een cardiovasculaire gebeurtenis voor vrouwen met één vroeggeboorte in de Wat is het risico op een cardiovasculaire gebeurtenis voor vrouwen met meerdere vroeggeboortes in Gelet op het beperkte toegenomen relatieve risico op hart- en vaatziekten bij vrouwen met een vroeggeboorte in de voorgeschiedenis is er geen reden om verdere diagnostiek en behandeling te adviseren met betrekking tot.
615
fms
opgenomen waren in het ziekenhuis voor een acute niet cardiovasculaire ziekte In de MI groep waren ## vrouwen (<DATUM> ) met # of meer miskramen Winkelstein (###) heeft in een patiëntcontrole onderzoek postmenopauzale vrouwen die in één ziekenhuis in de VS opgenomen waren met atherosclerotische hartziekten (n=##) vergeleken met vrouwen die voor een andere reden in het ziekenhuis opgenomen waren en geen atherosclerotische hartziekten hadden (n=##), zie tabel <DATUM> #b (bijlage #) Zij rapporteerden een significante associatie met eerdere herhaalde miskramen Het betreft Uit de zoekstrategie en de beoordeling van de reviewers is geen onderzoek naar voren gekomen dat geschikt <PERSOON>, M , <PERSOON>, J , & <PERSOON> of recurrent miscarriage for women with antiphospholipid <PERSOON> loss of early pregnancy and risk of ischaemic heart disease in Winkelstein, W , Jr , & Rekate, A C (###) <PERSOON> trend of mortality from coronary artery disease in women and Wat is het risico op een cardiovasculaire gebeurtenis voor vrouwen met één vroeggeboorte in de Wat is het risico op een cardiovasculaire gebeurtenis voor vrouwen met meerdere vroeggeboortes in Gelet op het beperkte toegenomen relatieve risico op hart- en vaatziekten bij vrouwen met een vroeggeboorte in de voorgeschiedenis is er geen reden om verdere diagnostiek en behandeling te adviseren met betrekking tot basis van de laatste menstruatie Alleen voor een deel van de recentere cohorten zal bij elke nieuwe zwangerschap gebruik gemaakt zijn van de vroege termijn echo Het is aangetoond dat de zwangerschapsdatering betrouwbaarder is indien de termijn vastgesteld wordt door een termijnecho in het vroeggeboortes in de cohorten zou sprake kunnen zijn van een termijndiscussie waarbij de berekende a terme datum onjuist gesteld was doordat er geen echo verificatie was en hierdoor onterecht werd aangenomen dat een vrouw te vroeg beviel Ook andersom zou een vrouw onterecht als een aterme bevallen vrouw gezien kunnen worden, terwijl de bevalling eigenlijk preterme plaats vond waardoor deze vrouw in dit cohort in de (onjuiste) aterme groepmeegenomen werd Er is niet gecorrigeerd voor de methode van zwangerschapsdatering in de verschillende cohorten maar de verwachting is dat dit met name leidt tot onderschatting van de gevonden risico’s omdat er van nature meer vrouwen aterme bevallen en daarom onterecht als preterme bevallingen geïncludeerd zullen zijn dan anders om Deze ‘fout-postieve’ a terme Een aantal cohorten werkt met zelfrapportage waarbij de zwangerschapsduur bij de bevalling soms werd In de volksmond duurt een zwangerschap # maanden; echter een maand is op februari na geen # weken maar ruim # weken Er wordt gevraagd om een zwangerschapsduur van minder dan # volle maanden, aannemende dat # maanden ## weken is, en een maand minder neerkomt op ## weken Deze theoretische aanname van ## weken valt dus binnen de definitie van vroeggeboorte vóór ## weken De betreffende studies zijn daarom wel.
569
fms
de recentere cohorten zal bij elke nieuwe zwangerschap gebruik gemaakt zijn van de vroege termijn echo Het is aangetoond dat de zwangerschapsdatering betrouwbaarder is indien de termijn vastgesteld wordt door een termijnecho in het vroeggeboortes in de cohorten zou sprake kunnen zijn van een termijndiscussie waarbij de berekende a terme datum onjuist gesteld was doordat er geen echo verificatie was en hierdoor onterecht werd aangenomen dat een vrouw te vroeg beviel Ook andersom zou een vrouw onterecht als een aterme bevallen vrouw gezien kunnen worden, terwijl de bevalling eigenlijk preterme plaats vond waardoor deze vrouw in dit cohort in de (onjuiste) aterme groepmeegenomen werd Er is niet gecorrigeerd voor de methode van zwangerschapsdatering in de verschillende cohorten maar de verwachting is dat dit met name leidt tot onderschatting van de gevonden risico’s omdat er van nature meer vrouwen aterme bevallen en daarom onterecht als preterme bevallingen geïncludeerd zullen zijn dan anders om Deze ‘fout-postieve’ a terme Een aantal cohorten werkt met zelfrapportage waarbij de zwangerschapsduur bij de bevalling soms werd In de volksmond duurt een zwangerschap # maanden; echter een maand is op februari na geen # weken maar ruim # weken Er wordt gevraagd om een zwangerschapsduur van minder dan # volle maanden, aannemende dat # maanden ## weken is, en een maand minder neerkomt op ## weken Deze theoretische aanname van ## weken valt dus binnen de definitie van vroeggeboorte vóór ## weken De betreffende studies zijn daarom wel Mogelijk zal de zelfrapportage van de zwangerschapsduur bij de bevalling leiden tot een hoger aantal ten onrechte vroeggeboortes zou hun inclusie kunnen leiden tot onderschatting van het HVZ risico bij vroeggeboorte In slechts enkele cohorten is gecorrigeerd voor alleen spontane vroeggeboorten, de meeste onderzoeken specificeren de vroeggeboorte niet Omdat de cohorten startten in de jaren ##, ## en ## van de vorige eeuw mag men aannemen dat een belangrijk deel spontane vroeggeboorten zijn omdat een vroeggeboorte in die tijd een slechte prognose had voor het kind en er daarom niet snel voor gekozen werd om de zwangerschap lang voor de a terme datum te beëindigen <PERSOON> de laatste decennia is sprake van een toename aan iatrogene vroeggeboorte, parallel lopend met de toename van opvangmogelijkheden van de neonaat door de kinderartsen Er wordt daarom aangenomen dat het aantal spontane vroeggeboortes sterk in de meerderheid is De studies zijn met name gedaan met cohorten uit de Westerse wereld De werkgroep heeft aangenomen dat deze studies valide zijn voor de Nederlandse situatie Er is echter geen Nederlands cohortonderzoek gevonden dat de vraagstelling kan beantwoorden De studies rapporteerden niet systematisch over etnische groepen Er is niet in alle studies gecorrigeerd voor roken tijdens de zwangerschap Roken is geassocieerd met vroeggeboorte (met name voor ## weken) en mogelijk ook met prematuur gebroken vliezen Vrouwen die roken hebben een #,# tot # keer hogere kans op een vroeggeboorte (Shiono ###) Het is niet met zekerheid te.
555
fms
zwangerschapsduur bij de bevalling leiden tot een hoger aantal ten onrechte vroeggeboortes zou hun inclusie kunnen leiden tot onderschatting van het HVZ risico bij vroeggeboorte In slechts enkele cohorten is gecorrigeerd voor alleen spontane vroeggeboorten, de meeste onderzoeken specificeren de vroeggeboorte niet Omdat de cohorten startten in de jaren ##, ## en ## van de vorige eeuw mag men aannemen dat een belangrijk deel spontane vroeggeboorten zijn omdat een vroeggeboorte in die tijd een slechte prognose had voor het kind en er daarom niet snel voor gekozen werd om de zwangerschap lang voor de a terme datum te beëindigen <PERSOON> de laatste decennia is sprake van een toename aan iatrogene vroeggeboorte, parallel lopend met de toename van opvangmogelijkheden van de neonaat door de kinderartsen Er wordt daarom aangenomen dat het aantal spontane vroeggeboortes sterk in de meerderheid is De studies zijn met name gedaan met cohorten uit de Westerse wereld De werkgroep heeft aangenomen dat deze studies valide zijn voor de Nederlandse situatie Er is echter geen Nederlands cohortonderzoek gevonden dat de vraagstelling kan beantwoorden De studies rapporteerden niet systematisch over etnische groepen Er is niet in alle studies gecorrigeerd voor roken tijdens de zwangerschap Roken is geassocieerd met vroeggeboorte (met name voor ## weken) en mogelijk ook met prematuur gebroken vliezen Vrouwen die roken hebben een #,# tot # keer hogere kans op een vroeggeboorte (Shiono ###) Het is niet met zekerheid te Correctie voor roken kan leiden tot een lager risico, maar zou ook deel van het mechanisme van vroeggeboorte kunnen zijn In de studie waar wel gecorrigeerd is voor roken (Bonamy ###) zijn de resultaten vergelijkbaar met de studies die daar niet Vrouwen die een vroeggeboorte hebben doorgemaakt krijgen in hun volgende zwangerschap een medische indicatie en de zwangerschapscontroles vinden in de regel plaats in de # e lijn omdat er een verhoogde kans (## tot ##%) is op opnieuw een vroeggeboorte (McManemy ###) Op dit moment wordt een vrouw na een vroeggeboorte wel gecounseld over de herhalingskans van de vroeggeboorte maar niet over een toegenomen Vroeggeboorte wordt gedefinieerd als een bevalling voor een zwangerschapsduur van ## complete weken Spontane vroeggeboorte vóór ## weken komt voor bij ongeveer #% van de zwangerschappen en vroeggeboorte vóór ## weken bij ongeveer #% van de zwangerschappen in <PERSOON> ###; PRN data Grote Lijnen ### – ###) Deze vrouwen hebben ook een verhoogd risico op vroeggeboorte bij volgende zwangerschappen (##-##%) (Kristensen ###) Vroeggeboorte houdt verband met verhoogde perinatale sterfte en morbiditeit Tevens lijkt er bij de moeder een hoger risico te zijn op het later ontwikkelen van een cardiovasculaire gebeurtenis Mogelijk neemt dit risico nog toe bij meer zwangerschappen die eindigen met vroeggeboorte of in combinatie met andere zwangerschapscomplicaties In Er zijn elf onderzoeken naar voren gekomen uit de zoekstrategie en de beoordeling van de reviewers die geschikt lijken voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (Bonamy ###; Catov ###; Catov ###; Hastie.
598
fms
zou ook deel van het mechanisme van vroeggeboorte kunnen zijn In de studie waar wel gecorrigeerd is voor roken (Bonamy ###) zijn de resultaten vergelijkbaar met de studies die daar niet Vrouwen die een vroeggeboorte hebben doorgemaakt krijgen in hun volgende zwangerschap een medische indicatie en de zwangerschapscontroles vinden in de regel plaats in de # e lijn omdat er een verhoogde kans (## tot ##%) is op opnieuw een vroeggeboorte (McManemy ###) Op dit moment wordt een vrouw na een vroeggeboorte wel gecounseld over de herhalingskans van de vroeggeboorte maar niet over een toegenomen Vroeggeboorte wordt gedefinieerd als een bevalling voor een zwangerschapsduur van ## complete weken Spontane vroeggeboorte vóór ## weken komt voor bij ongeveer #% van de zwangerschappen en vroeggeboorte vóór ## weken bij ongeveer #% van de zwangerschappen in <PERSOON> ###; PRN data Grote Lijnen ### – ###) Deze vrouwen hebben ook een verhoogd risico op vroeggeboorte bij volgende zwangerschappen (##-##%) (Kristensen ###) Vroeggeboorte houdt verband met verhoogde perinatale sterfte en morbiditeit Tevens lijkt er bij de moeder een hoger risico te zijn op het later ontwikkelen van een cardiovasculaire gebeurtenis Mogelijk neemt dit risico nog toe bij meer zwangerschappen die eindigen met vroeggeboorte of in combinatie met andere zwangerschapscomplicaties In Er zijn elf onderzoeken naar voren gekomen uit de zoekstrategie en de beoordeling van de reviewers die geschikt lijken voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (Bonamy ###; Catov ###; Catov ###; Hastie Het betrof grote cohortonderzoeken waarin vrouwen met een vroeggeboorte, wisselend gedefinieerd als een partus voor de ## of ## weken amenorroeduur, werden vergeleken met vrouwen met een a terme partus (≥ ## weken) In tabel <DATUM> # (bijlage #) staan de risico’s op het krijgen van een fataal en/of niet fataal cardiovasculaire (CV) ziekte of gebeurtenis van de bovengenoemde studies In alle onderzoeken gaat het voor zover bekend om spontane vroeggeboortes en is in de analyses gecorrigeerd voor zwangerschapsgerelateerde complicaties zoals In vijf studies was het krijgen van een CV gebeurtenis een uitkomstmaat (Bonamy ###, Catov ###, Irgens ###, Lykke ###b, <PERSOON> ###) In tabel <DATUM> # (bijlage #) worden de bovengenoemde studies beschreven met een CV gebeurtenis als uitkomstmaat In figuur <DATUM> # zijn de betreffende hazard ratio's weergegeven als Bonamy (###) heeft in een groot cohortonderzoek onder #<DATUM> vrouwen in Zweden bij alle primigravida met een eenling zwangerschap gekeken naar het optreden van de eerste cardiovasculaire gebeurtenis (ischemische hartziekte, cerebrovasculair accident, hartfalen) In tabel <DATUM> # (bijlage #) staan de risico’s op een CV gebeurtenis opgedeeld in verschillende zwangerschapsduur intervallen Van belang is dat deze studie ook heeft gecorrigeerd voor roken van de moeder tijdens de zwangerschap Er is tevens gekeken naar de risico’s bij verschillende vroeggeboorte intervallen en de mate van laag geboortegewicht (small for gestational age, SGA) Voor elk Catov (###) heeft in een Amerikaans cohort onderzocht welke risicofactoren aanwezig zijn veel jaren na een.
650
fms
vrouwen met een vroeggeboorte, wisselend gedefinieerd als een partus voor de ## of ## weken amenorroeduur, werden vergeleken met vrouwen met een a terme partus (≥ ## weken) In tabel <DATUM> # (bijlage #) staan de risico’s op het krijgen van een fataal en/of niet fataal cardiovasculaire (CV) ziekte of gebeurtenis van de bovengenoemde studies In alle onderzoeken gaat het voor zover bekend om spontane vroeggeboortes en is in de analyses gecorrigeerd voor zwangerschapsgerelateerde complicaties zoals In vijf studies was het krijgen van een CV gebeurtenis een uitkomstmaat (Bonamy ###, Catov ###, Irgens ###, Lykke ###b, <PERSOON> ###) In tabel <DATUM> # (bijlage #) worden de bovengenoemde studies beschreven met een CV gebeurtenis als uitkomstmaat In figuur <DATUM> # zijn de betreffende hazard ratio's weergegeven als Bonamy (###) heeft in een groot cohortonderzoek onder #<DATUM> vrouwen in Zweden bij alle primigravida met een eenling zwangerschap gekeken naar het optreden van de eerste cardiovasculaire gebeurtenis (ischemische hartziekte, cerebrovasculair accident, hartfalen) In tabel <DATUM> # (bijlage #) staan de risico’s op een CV gebeurtenis opgedeeld in verschillende zwangerschapsduur intervallen Van belang is dat deze studie ook heeft gecorrigeerd voor roken van de moeder tijdens de zwangerschap Er is tevens gekeken naar de risico’s bij verschillende vroeggeboorte intervallen en de mate van laag geboortegewicht (small for gestational age, SGA) Voor elk Catov (###) heeft in een Amerikaans cohort onderzocht welke risicofactoren aanwezig zijn veel jaren na een Van de ### vrouwen die tussen ### en ### tussen de ## en <LEEFTIJD> jaar oud waren, waren er ## bevallen vóór een amenorroeduur van ## weken (tabel <DATUM> #, bijlage #) Vrouwen met een vroeggeboorte in het verleden hadden een verhoogde kans van # ## op een Dezelfde auteurs hebben in een ander cohort samengesteld uit alle eenlinggeboortes in de periode ###-### in Denemarken de hypothese onderzocht of er een relatie bestaat tussen vroeggeboorte of herhaalde <DATUM> voor de ## weken bevallen (#,#%) Het risico op het ontwikkelen van een CV gebeurtenis was # ## na een vroeggeboorte Dit was na exclusie van vrouwen met doorgemaakte pre-eclampsie, geboortegewicht onder de ## e percentiel (small for gestational age = SGA) en diabetes gravidarum Het risico op sterfte aan een CV gebeurtenis was # ## na een vroeggeboorte (tabel <DATUM> #, bijlage #) Deze verhoogde hazard ratio’s blijven significant voor alle zwangerschapsduren onder de ## weken (tabel <DATUM> #, bijlage #) Dit cohort is opgenomen in het grotere cohort van Lykke (###b) en deze is daarom niet apart meegenomen in de forest plot In een Noors cohort bestaande uit #<DATUM> moeders bevallen van hun eerste kind in de periode ### tot ### heeft men gekeken naar de mortaliteit ten gevolge van CV gebeurtenissen en beroerte in relatie tot werd een verhoogd risico gevonden voor zowel een CV gebeurtenis(HR # ##) als een beroerte (HR # ##), te zien Lykke (###b) onderzocht in een Deens cohort ###.
693
fms
en ### tussen de ## en <LEEFTIJD> jaar oud waren, waren er ## bevallen vóór een amenorroeduur van ## weken (tabel <DATUM> #, bijlage #) Vrouwen met een vroeggeboorte in het verleden hadden een verhoogde kans van # ## op een Dezelfde auteurs hebben in een ander cohort samengesteld uit alle eenlinggeboortes in de periode ###-### in Denemarken de hypothese onderzocht of er een relatie bestaat tussen vroeggeboorte of herhaalde <DATUM> voor de ## weken bevallen (#,#%) Het risico op het ontwikkelen van een CV gebeurtenis was # ## na een vroeggeboorte Dit was na exclusie van vrouwen met doorgemaakte pre-eclampsie, geboortegewicht onder de ## e percentiel (small for gestational age = SGA) en diabetes gravidarum Het risico op sterfte aan een CV gebeurtenis was # ## na een vroeggeboorte (tabel <DATUM> #, bijlage #) Deze verhoogde hazard ratio’s blijven significant voor alle zwangerschapsduren onder de ## weken (tabel <DATUM> #, bijlage #) Dit cohort is opgenomen in het grotere cohort van Lykke (###b) en deze is daarom niet apart meegenomen in de forest plot In een Noors cohort bestaande uit #<DATUM> moeders bevallen van hun eerste kind in de periode ### tot ### heeft men gekeken naar de mortaliteit ten gevolge van CV gebeurtenissen en beroerte in relatie tot werd een verhoogd risico gevonden voor zowel een CV gebeurtenis(HR # ##) als een beroerte (HR # ##), te zien Lykke (###b) onderzocht in een Deens cohort ### eerste kind De onderzoekers rapporteerden een risico op overlijden ten gevolge van een CV gebeurtenis van #,# voor vrouwen met een vroeggeboorte in het verleden (zie tabel <DATUM> #, bijlage #) <PERSOON> (###) vond in een Finns cohort van <DATUM> vrouwen met een geboorte tussen ### en ### een risico op een fataal CV gebeurtenis van <DATUM> voor vrouwen met een vroeggeboorte in het verleden (tabel <DATUM> #, bijlage voorgeschiedenis ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben doorgemaakt In vijf studies was IHZ een uitkomstmaat (<PERSOON> ###a, Wikstrom ###, Nardi ###) Hastie (###) omvat het cohort van <PERSOON> (###) dus deze laatste wordt niet meegenomen in de berekening In de forest plot van figuur <DATUM> # zijn de betreffende hazard ratio's weergegeven als relatieve risico’s voor het krijgen van een fatale en niet fatale IHZ van bovengenoemde studies Nardi ### wordt niet in de forest plot Hastie (###) heeft enkele Schotse databases gekoppeld Alle vrouwen die bevielen in Schotland van hun eerste kind tussen ### en ### werden gekoppeld aan de oorzaak van overlijden (tot ###) Van de ### ### vrouwen waren <DATUM> geïdentificeerd met spontane vroeggeboortes Het risico voor deze vrouwen was # ## voor fatale- en # ## voor niet fatale IHZ (figuur <DATUM> #) in vergelijking met vrouwen met een a terme geboorte <PERSOON> (###) gebruikte een deel van dit cohort en is daarom niet apart in de forest plot en.
709
fms
een risico op overlijden ten gevolge van een CV gebeurtenis van #,# voor vrouwen met een vroeggeboorte in het verleden (zie tabel <DATUM> #, bijlage #) <PERSOON> (###) vond in een Finns cohort van <DATUM> vrouwen met een geboorte tussen ### en ### een risico op een fataal CV gebeurtenis van <DATUM> voor vrouwen met een vroeggeboorte in het verleden (tabel <DATUM> #, bijlage voorgeschiedenis ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben doorgemaakt In vijf studies was IHZ een uitkomstmaat (<PERSOON> ###a, Wikstrom ###, Nardi ###) Hastie (###) omvat het cohort van <PERSOON> (###) dus deze laatste wordt niet meegenomen in de berekening In de forest plot van figuur <DATUM> # zijn de betreffende hazard ratio's weergegeven als relatieve risico’s voor het krijgen van een fatale en niet fatale IHZ van bovengenoemde studies Nardi ### wordt niet in de forest plot Hastie (###) heeft enkele Schotse databases gekoppeld Alle vrouwen die bevielen in Schotland van hun eerste kind tussen ### en ### werden gekoppeld aan de oorzaak van overlijden (tot ###) Van de ### ### vrouwen waren <DATUM> geïdentificeerd met spontane vroeggeboortes Het risico voor deze vrouwen was # ## voor fatale- en # ## voor niet fatale IHZ (figuur <DATUM> #) in vergelijking met vrouwen met een a terme geboorte <PERSOON> (###) gebruikte een deel van dit cohort en is daarom niet apart in de forest plot en ### vrouwen die tussen ### en ### bevielen van hun eerste kind Na een eerste vroeggeboorte was er een verhoogde kans op niet fatale IHZ met een HR tussen de <DATUM> en <DATUM> afhankelijk van de termijn van vroeggeboorte, zie tabel <DATUM> # (bijlage #) en figuur <DATUM> # Wikstrom (###) heeft in een Zweeds cohort van #<DATUM> vrouwen die hun eerste kind kregen tussen ### en ### onderzocht of vrouwen met een vroeggeboorte een hoger risico hadden op fatale en niet fatale IHZ Vrouwen met een vroeggeboorte hadden een risico van <DATUM> op het krijgen van een fatale en niet fatale IHZ (tabel Nardi (###) heeft een patiëntcontrole onderzoek uitgevoerd in een prospectief onderzoek naar risicofactoren voor kanker bij #<DATUM> <PERSOON> vrouwen geboren tussen ### en ### De ### vrouwen met vroeggeboorte (≤ # maanden, ≤ ## weken) van hun eerste kind hadden een risico van <DATUM> op het krijgen van een IHZ vergeleken met ### vrouwen die a terme waren bevallen van hun eerste kind (tabel <DATUM> #, bijlage #) Correctie voor CV In drie studies was beroerte een uitkomstmaat (Catov ###, Pell ###, Irgens ###) In de forest plot van figuur <DATUM> # zijn de risico’s vermeld voor het krijgen van een fatale en niet fatale beroerte van bovengenoemde studies Catov (###, zie eerdere beschrijving) heeft in een Deens cohort een HR op het ontwikkelen van een beroerte gevonden van # ## na een vroeggeboorte (tabel # #.
717
fms
### en ### bevielen van hun eerste kind Na een eerste vroeggeboorte was er een verhoogde kans op niet fatale IHZ met een HR tussen de <DATUM> en <DATUM> afhankelijk van de termijn van vroeggeboorte, zie tabel <DATUM> # (bijlage #) en figuur <DATUM> # Wikstrom (###) heeft in een Zweeds cohort van #<DATUM> vrouwen die hun eerste kind kregen tussen ### en ### onderzocht of vrouwen met een vroeggeboorte een hoger risico hadden op fatale en niet fatale IHZ Vrouwen met een vroeggeboorte hadden een risico van <DATUM> op het krijgen van een fatale en niet fatale IHZ (tabel Nardi (###) heeft een patiëntcontrole onderzoek uitgevoerd in een prospectief onderzoek naar risicofactoren voor kanker bij #<DATUM> <PERSOON> vrouwen geboren tussen ### en ### De ### vrouwen met vroeggeboorte (≤ # maanden, ≤ ## weken) van hun eerste kind hadden een risico van <DATUM> op het krijgen van een IHZ vergeleken met ### vrouwen die a terme waren bevallen van hun eerste kind (tabel <DATUM> #, bijlage #) Correctie voor CV In drie studies was beroerte een uitkomstmaat (Catov ###, Pell ###, Irgens ###) In de forest plot van figuur <DATUM> # zijn de risico’s vermeld voor het krijgen van een fatale en niet fatale beroerte van bovengenoemde studies Catov (###, zie eerdere beschrijving) heeft in een Deens cohort een HR op het ontwikkelen van een beroerte gevonden van # ## na een vroeggeboorte (tabel <DATUM> Dit was na exclusie van vrouwen met doorgemaakte pre-eclampsie, geboortegewicht onder de ## e percentiel (small for gestational age) en diabetes gravidarum Deze verhoogde risico’s blijven significant voor alle zwangerschapsduren onder ## Pell (###) vond in een Schots cohort van #<DATUM> vrouwen die hun eerste kind (eenling) kregen dat vrouwen met een vroeggeboorte een hoger risico hadden op fatale en niet fatale beroerte HR # ## (tabel <DATUM> #, bijlage # en forest plot <DATUM> #) Ook interessant, echter buiten onze primaire zoekvraag, bleek dat vrouwen met een combinatie van drie complicaties (vroeggeboorte, eerdere miskraam en een kind met een laag geboortegewicht) Irgens (###) vond in een Noors cohort (zie eerdere beschrijving) bij vrouwen met een vroeggeboorte (preeclampsie geëxcludeerd) een verhoogd risico van # ## voor beroertes (tabel <DATUM> #, bijlage #) voorgeschiedenis ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben Wat is het risico op een cardiovasculaire gebeurtenis voor vrouwen met meerdere vroeggeboortes in de Er zijn twee onderzoeken naar voren gekomen uit de zoekstrategie en de beoordeling van de reviewers die geschikt lijken voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag wat betreft risico bij meer zwangerschappen met Catov (###) vond in een Deens cohort (zie eerdere beschrijving) dat het risico op het ontwikkelen van een CV gebeurtenis toenam met het toenemen van het aantal vroeggeboortes in eenzelfde vrouw (HR # ## na één vroeggeboorte, HR # ## na twee of meer vroeggeboortes) Dit was na exclusie van vrouwen met doorgemaakte.
682
fms
#) Dit was na exclusie van vrouwen met doorgemaakte pre-eclampsie, geboortegewicht onder de ## e percentiel (small for gestational age) en diabetes gravidarum Deze verhoogde risico’s blijven significant voor alle zwangerschapsduren onder ## Pell (###) vond in een Schots cohort van #<DATUM> vrouwen die hun eerste kind (eenling) kregen dat vrouwen met een vroeggeboorte een hoger risico hadden op fatale en niet fatale beroerte HR # ## (tabel <DATUM> #, bijlage # en forest plot <DATUM> #) Ook interessant, echter buiten onze primaire zoekvraag, bleek dat vrouwen met een combinatie van drie complicaties (vroeggeboorte, eerdere miskraam en een kind met een laag geboortegewicht) Irgens (###) vond in een Noors cohort (zie eerdere beschrijving) bij vrouwen met een vroeggeboorte (preeclampsie geëxcludeerd) een verhoogd risico van # ## voor beroertes (tabel <DATUM> #, bijlage #) voorgeschiedenis ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben Wat is het risico op een cardiovasculaire gebeurtenis voor vrouwen met meerdere vroeggeboortes in de Er zijn twee onderzoeken naar voren gekomen uit de zoekstrategie en de beoordeling van de reviewers die geschikt lijken voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag wat betreft risico bij meer zwangerschappen met Catov (###) vond in een Deens cohort (zie eerdere beschrijving) dat het risico op het ontwikkelen van een CV gebeurtenis toenam met het toenemen van het aantal vroeggeboortes in eenzelfde vrouw (HR # ## na één vroeggeboorte, HR # ## na twee of meer vroeggeboortes) Dit was na exclusie van vrouwen met doorgemaakte Het risico op sterfte aan een CV gebeurtenis was # ## voor respectievelijk één en <DATUM> voor twee of meer vroeggeboortes (tabel <DATUM> #, bijlage #) Deze verhoogde risico’s blijven significant, onafhankelijk van de mate van Lykke (###a) onderzocht het risico in een Deens cohort (zie eerdere beschrijving) bij vrouwen die bevielen van minimaal twee kinderen (exclusie van vrouwen met preëxistente cardiovasculaire aandoeningen of diabetes mellitus) Indien bij beide bevallingen sprake was van een vroeggeboorte dan was het risico voor het ontwikkelen geschikt lijken voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag wat betreft hypertensie en diabetes mellitus type # (DM II) (Catov ###; Lykke ###a) Voor de zoekverantwoording wordt verwezen naar bijlage # en voor de evidencetabel naar bijlage # In tabellen <DATUM> # en <DATUM> # (bijlage #) zijn de risico’s vermeld en figuur <DATUM> # en <DATUM> # Catov (###) vond in een Deens cohort (zie eerdere beschrijving) een risico van # ## op het ontstaan van DM na – # ##) en na twee of meer vroeggeboortes was het risico # ## (##% BI <DATUM> – # ##) (tabel <DATUM> #, bijlage #) Het risico op het ontwikkelen van DM was met name verhoogd als de eerste zwangerschap een vroeggeboorte was (HR # ##; ##% BI #,## – # ##) Als niet de eerste maar een van de volgende geboortes een vroeggeboorte was Na een vroeggeboorte was het risico # ## voor het ontstaan van hypertensie.
694
fms
risico op sterfte aan een CV gebeurtenis was # ## voor respectievelijk één en <DATUM> voor twee of meer vroeggeboortes (tabel <DATUM> #, bijlage #) Deze verhoogde risico’s blijven significant, onafhankelijk van de mate van Lykke (###a) onderzocht het risico in een Deens cohort (zie eerdere beschrijving) bij vrouwen die bevielen van minimaal twee kinderen (exclusie van vrouwen met preëxistente cardiovasculaire aandoeningen of diabetes mellitus) Indien bij beide bevallingen sprake was van een vroeggeboorte dan was het risico voor het ontwikkelen geschikt lijken voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag wat betreft hypertensie en diabetes mellitus type # (DM II) (Catov ###; Lykke ###a) Voor de zoekverantwoording wordt verwezen naar bijlage # en voor de evidencetabel naar bijlage # In tabellen <DATUM> # en <DATUM> # (bijlage #) zijn de risico’s vermeld en figuur <DATUM> # en <DATUM> # Catov (###) vond in een Deens cohort (zie eerdere beschrijving) een risico van # ## op het ontstaan van DM na – # ##) en na twee of meer vroeggeboortes was het risico # ## (##% BI <DATUM> – # ##) (tabel <DATUM> #, bijlage #) Het risico op het ontwikkelen van DM was met name verhoogd als de eerste zwangerschap een vroeggeboorte was (HR # ##; ##% BI #,## – # ##) Als niet de eerste maar een van de volgende geboortes een vroeggeboorte was Na een vroeggeboorte was het risico # ## voor het ontstaan van hypertensie Hierbij was het niet duidelijk van belang of het om de eerste geboorte ging (HR <DATUM> ##% BI # ## – # ##) of Lykke (###a) vond in een Deens cohort (zie eerdere beschrijving) dat het risico # ## was voor het ontwikkelen van DM na een eerste bevalling tussen de ## en ## weken amenorroeduur Dit neemt toe met het afnemen van de zwangerschapsduur ten tijde van de vroeggeboorte tussen ## – ## weken amenoroeduur was de HR # ## op het ontwikkelen van DM (tabel <DATUM> #, bijlage #) Bij de ##<DATUM> vrouwen die bevielen van minimaal twee kinderen was dit risico nog hoger indien de bevallingen vroeggeboortes waren, namelijk # ## (##% BI # ## – Voor het ontwikkelen van hypertensie was het risico # ## indien de eerste bevalling tussen de ## en ## weken amenoroeduur plaats vond Bij een vroeggeboorte tussen ## – ## weken amenoroeduur was het risico # ## op het ontwikkelen van hypertensie (tabel <DATUM> #, bijlage #) Bij vrouwen die twee kinderen hadden was het risico # ## vroeggeboorte in de voorgeschiedenis ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap risks of maternal cardiovascular disease effects of gestational age and fetal growth <PERSOON> risk of ischaemic heart disease following elective and spontaneous pre-term delivery.
680
fms
niet duidelijk van belang of het om de eerste geboorte ging (HR <DATUM> ##% BI # ## – # ##) of Lykke (###a) vond in een Deens cohort (zie eerdere beschrijving) dat het risico # ## was voor het ontwikkelen van DM na een eerste bevalling tussen de ## en ## weken amenorroeduur Dit neemt toe met het afnemen van de zwangerschapsduur ten tijde van de vroeggeboorte tussen ## – ## weken amenoroeduur was de HR # ## op het ontwikkelen van DM (tabel <DATUM> #, bijlage #) Bij de ##<DATUM> vrouwen die bevielen van minimaal twee kinderen was dit risico nog hoger indien de bevallingen vroeggeboortes waren, namelijk # ## (##% BI # ## – Voor het ontwikkelen van hypertensie was het risico # ## indien de eerste bevalling tussen de ## en ## weken amenoroeduur plaats vond Bij een vroeggeboorte tussen ## – ## weken amenoroeduur was het risico # ## op het ontwikkelen van hypertensie (tabel <DATUM> #, bijlage #) Bij vrouwen die twee kinderen hadden was het risico # ## vroeggeboorte in de voorgeschiedenis ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap risks of maternal cardiovascular disease effects of gestational age and fetal growth <PERSOON> risk of ischaemic heart disease following elective and spontaneous pre-term delivery International Journal of <PERSOON> of idiopathic preterm delivery for previous and subsequent cardiovascular morbidity and type-II diabetes in the mother <PERSOON> of <PERSOON> and drinking during pregnancy Their effects on preterm Wat is het risico op een cardiovasculaire gebeurtenis bij vrouwen met een groeibeperkt kind ((p##) Gelet op het beperkte toegenomen relatieve risico op hart- en vaatziekten bij vrouwen met een groeibeperkt kind in de voorgeschiedenis is er geen reden om verdere diagnostiek en behandeling te adviseren met De publicaties komen uit verschillende delen van de wereld Voor de literatuursearch is SGA / groeibeperkt kind aangehouden als een geboortegewicht onder het ## e percentiel De Amerikaanse studies houden als criterium voor SGA een geboortegewicht van ### gram voor a terme kinderen aan; dat is lager dan het ##e percentiel De controlegroepen bevatten veelal kinderen met een normaal geboortegewicht Hierbij is niet bij elk onderzoek benoemd of kinderen die te groot waren voor de zwangerschapsduur () ##e percentiel) geëxcludeerd zijn Vrouwen die bevallen zijn van te grote kinderen hebben wellicht ook een hoger cardiovasculair risicoprofiel (vanwege de verhoogde kans op diabetes mellitus type #) Hierdoor zou het CV risicoprofiel bij vrouwen met groeibeperkte kinderen in de voorgeschiedenis onderschat kunnen zijn De duur van de follow-up in de.
562
fms
<PERSOON> of idiopathic preterm delivery for previous and subsequent cardiovascular morbidity and type-II diabetes in the mother <PERSOON> of <PERSOON> and drinking during pregnancy Their effects on preterm Wat is het risico op een cardiovasculaire gebeurtenis bij vrouwen met een groeibeperkt kind ((p##) Gelet op het beperkte toegenomen relatieve risico op hart- en vaatziekten bij vrouwen met een groeibeperkt kind in de voorgeschiedenis is er geen reden om verdere diagnostiek en behandeling te adviseren met De publicaties komen uit verschillende delen van de wereld Voor de literatuursearch is SGA / groeibeperkt kind aangehouden als een geboortegewicht onder het ## e percentiel De Amerikaanse studies houden als criterium voor SGA een geboortegewicht van ### gram voor a terme kinderen aan; dat is lager dan het ##e percentiel De controlegroepen bevatten veelal kinderen met een normaal geboortegewicht Hierbij is niet bij elk onderzoek benoemd of kinderen die te groot waren voor de zwangerschapsduur () ##e percentiel) geëxcludeerd zijn Vrouwen die bevallen zijn van te grote kinderen hebben wellicht ook een hoger cardiovasculair risicoprofiel (vanwege de verhoogde kans op diabetes mellitus type #) Hierdoor zou het CV risicoprofiel bij vrouwen met groeibeperkte kinderen in de voorgeschiedenis onderschat kunnen zijn De duur van de follow-up in de <DATUM> jaar tot <LEEFTIJD> jaar De follow-up in de studies die risicofactoren voor CV gebeurtenissen onderzochten was over het algemeen korter Zo was de follow-up in de studie van <PERSOON> nog geen jaar en in de studie van Kanagalingam tot <LEEFTIJD> jaar postpartum De overige studies hebben wel een langere follow-up, tot maximaal <DATUM> Bij een langere follow-up duur zouden waarschijnlijk meer CV gebeurtenissen en sterfte aan CV gebeurtenissen geobserveerd zijn Voor de CV risicoprofielen zijn ook patiëntcontrole onderzoeken meegenomen, die wellicht Niet in alle studies is gecorrigeerd voor roken tijdens de indexzwangerschap Roken is geassocieerd met te een te laag geboortegewicht a terme (<PERSOON> publicaties wordt niet expliciet genoemd of gecorrigeerd is voor roken tijdens de zwangerschap of roken ten tijde van de follow-up Er zijn geen prospectief opgezette onderzoeken met als eindpunt cardiovasculaire events Als definitie voor een groeibeperkt kind wordt gehanteerd een geboortegewicht onder het ## d e percentiel van geboortegewicht dat tenminste # SD onder het populatiegemiddelde ligt In de Angelsaksische literatuur spreekt met van small for gestational age (SGA) In <LOCATIE> worden ongeveer <DATUM> van de kinderen geboren met een geboortegewicht onder het ## e gewichtspercentiel op basis van de geboortegewichtcurven samengesteld door de Stichting Perinatale Registratie <LOCATIE> (PRN), gecorrigeerd voor zwangerschapsduur, pariteit (het aantal keren dat een vrouw bevallen is) en geslacht van het kind (<PERSOON> ###) Het gaat hier niet om groeicurves maar slechts om de vastgestelde geboortegewichten van kinderen die bij de betreffende.
545
fms
De follow-up in de studies die risicofactoren voor CV gebeurtenissen onderzochten was over het algemeen korter Zo was de follow-up in de studie van <PERSOON> nog geen jaar en in de studie van Kanagalingam tot <LEEFTIJD> jaar postpartum De overige studies hebben wel een langere follow-up, tot maximaal <DATUM> Bij een langere follow-up duur zouden waarschijnlijk meer CV gebeurtenissen en sterfte aan CV gebeurtenissen geobserveerd zijn Voor de CV risicoprofielen zijn ook patiëntcontrole onderzoeken meegenomen, die wellicht Niet in alle studies is gecorrigeerd voor roken tijdens de indexzwangerschap Roken is geassocieerd met te een te laag geboortegewicht a terme (<PERSOON> publicaties wordt niet expliciet genoemd of gecorrigeerd is voor roken tijdens de zwangerschap of roken ten tijde van de follow-up Er zijn geen prospectief opgezette onderzoeken met als eindpunt cardiovasculaire events Als definitie voor een groeibeperkt kind wordt gehanteerd een geboortegewicht onder het ## d e percentiel van geboortegewicht dat tenminste # SD onder het populatiegemiddelde ligt In de Angelsaksische literatuur spreekt met van small for gestational age (SGA) In <LOCATIE> worden ongeveer <DATUM> van de kinderen geboren met een geboortegewicht onder het ## e gewichtspercentiel op basis van de geboortegewichtcurven samengesteld door de Stichting Perinatale Registratie <LOCATIE> (PRN), gecorrigeerd voor zwangerschapsduur, pariteit (het aantal keren dat een vrouw bevallen is) en geslacht van het kind (<PERSOON> ###) Het gaat hier niet om groeicurves maar slechts om de vastgestelde geboortegewichten van kinderen die bij de betreffende insufficiënte utero-placentaire circulatie Deze utero-placentaire insufficiëntie is niet zelden geassocieerd met eerdere zwangerschap een kind kregen met een geboortegewicht lager dan het ## d e percentiel hebben in een volgende zwangerschap een verhoogde kans op herhaling van deze foetale groeibeperking Dit geldt voor verminderde foetale groei zijn de risico’s op perinatale morbiditeit en mortaliteit verhoogd, maar er is ook een sterke associatie met een aantal chronische aandoeningen later in het volwassen leven zoals diabetes, hart- en vaatziekten en hypertensie (Barker, ###) Naast deze risico’s voor het kind lijkt ook sprake te zijn van een verhoogd maternaal cardiovasculair risico in het latere leven van vrouwen die van een groeivertraagd kind zijn bevallen Deze richtlijn vat de bestaande literatuur samen en beschrijft de bewijsvoering voor het al dan niet bestaan van een verhoogd cardiovasculair risico bij vrouwen met een kind met een geboortegewicht onder het BI # <DATUM> op een fataal of niet fataal cardiovasculaire gebeurtenis in vergelijking met vrouwen ##% BI # <DATUM> op fatale of niet fatale ischemische hartziekten in vergelijking met vrouwen zonder ##% BI # #<DATUM> op een fatale of niet fatale beroerte in vergelijking met vrouwen zonder Het risico op cardiovasculaire gebeurtenissen neemt toe met het aantal groeibeperkte kinderen bij Het risico op een ischemische hartziekte neemt toe met de ernst van de foetale groeibeperking Indien sprake van een geboortegewicht lager dan # standaard deviaties onder gemiddeld is de HR Vrouwen met een groeibeperkt kind in de voorgeschiedenis lijken vooral op lange termijn een.
585
fms
Deze utero-placentaire insufficiëntie is niet zelden geassocieerd met eerdere zwangerschap een kind kregen met een geboortegewicht lager dan het ## d e percentiel hebben in een volgende zwangerschap een verhoogde kans op herhaling van deze foetale groeibeperking Dit geldt voor verminderde foetale groei zijn de risico’s op perinatale morbiditeit en mortaliteit verhoogd, maar er is ook een sterke associatie met een aantal chronische aandoeningen later in het volwassen leven zoals diabetes, hart- en vaatziekten en hypertensie (Barker, ###) Naast deze risico’s voor het kind lijkt ook sprake te zijn van een verhoogd maternaal cardiovasculair risico in het latere leven van vrouwen die van een groeivertraagd kind zijn bevallen Deze richtlijn vat de bestaande literatuur samen en beschrijft de bewijsvoering voor het al dan niet bestaan van een verhoogd cardiovasculair risico bij vrouwen met een kind met een geboortegewicht onder het BI # <DATUM> op een fataal of niet fataal cardiovasculaire gebeurtenis in vergelijking met vrouwen ##% BI # <DATUM> op fatale of niet fatale ischemische hartziekten in vergelijking met vrouwen zonder ##% BI # #<DATUM> op een fatale of niet fatale beroerte in vergelijking met vrouwen zonder Het risico op cardiovasculaire gebeurtenissen neemt toe met het aantal groeibeperkte kinderen bij Het risico op een ischemische hartziekte neemt toe met de ernst van de foetale groeibeperking Indien sprake van een geboortegewicht lager dan # standaard deviaties onder gemiddeld is de HR Vrouwen met een groeibeperkt kind in de voorgeschiedenis lijken vooral op lange termijn een ##; ##% BI # ##-# ##) te hebben op het ontwikkelen van hypertensie in Vrouwen met een groeibeperkt kind in de voorgeschiedenis hebben geen verhoogd risico op het Er zijn geen aanwijzingen gevonden dat het lipidenprofiel verschilt bij vrouwen met een groeibeperkt kind vergeleken met vrouwen die bevallen zijn van een kind met een normaal geboortegewicht Wat is het risico op een cardiovasculaire gebeurtenis (CV gebeurtenis) bij vrouwen met een groeibeperkt kind geschikt lijken voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (Ben-<PERSOON> ###) In al deze studies was er minimaal één groeibeperkt kind bij de vrouwen in de aangedane groep Voor de Het betrof negen cohortonderzoeken waarin vrouwen met een groeibeperkt kind in de voorgeschiedenis vergeleken werden met vrouwen met een ongecompliceerde zwangerschap en # patiëntcontrole onderzoek waarin vrouwen met fatale en niet fatale CV gebeurtenis en vrouwen zonder CV gebeurtenis vergeleken zijn in De figuren <DATUM> # t/m <DATUM> # geven de kans weer op het krijgen van een CV gebeurtenis bij vrouwen die een groeibeperkt kind hebben gehad ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben In zes cohortonderzoeken was het krijgen van een CV gebeurtenis een uitkomstmaat (<PERSOON> ###) en in één patiëntcontrole onderzoek (Ben Ami ###) In tabel <DATUM> # (bijlage #) worden de bovengenoemde studies schematisch weergegeven met een CV.
566
fms
##% BI # ##-# ##) te hebben op het ontwikkelen van hypertensie in Vrouwen met een groeibeperkt kind in de voorgeschiedenis hebben geen verhoogd risico op het Er zijn geen aanwijzingen gevonden dat het lipidenprofiel verschilt bij vrouwen met een groeibeperkt kind vergeleken met vrouwen die bevallen zijn van een kind met een normaal geboortegewicht Wat is het risico op een cardiovasculaire gebeurtenis (CV gebeurtenis) bij vrouwen met een groeibeperkt kind geschikt lijken voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (Ben-<PERSOON> ###) In al deze studies was er minimaal één groeibeperkt kind bij de vrouwen in de aangedane groep Voor de Het betrof negen cohortonderzoeken waarin vrouwen met een groeibeperkt kind in de voorgeschiedenis vergeleken werden met vrouwen met een ongecompliceerde zwangerschap en # patiëntcontrole onderzoek waarin vrouwen met fatale en niet fatale CV gebeurtenis en vrouwen zonder CV gebeurtenis vergeleken zijn in De figuren <DATUM> # t/m <DATUM> # geven de kans weer op het krijgen van een CV gebeurtenis bij vrouwen die een groeibeperkt kind hebben gehad ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben In zes cohortonderzoeken was het krijgen van een CV gebeurtenis een uitkomstmaat (<PERSOON> ###) en in één patiëntcontrole onderzoek (Ben Ami ###) In tabel <DATUM> # (bijlage #) worden de bovengenoemde studies schematisch weergegeven met een CV ### vrouwen die bevallen zijn van een groeibeperkt kind ((# SD) vergeleken met #<DATUM> vrouwen die een kind kregen met een normaal geboortegewicht (van -# SD tot + #SD) De mediane follow-up duur was <DATUM> jaar en de onderzoekers maakten gebruik van cijfers uit de nationale geboorteregistratie van ### tot ### Het maternale risico op fatale en niet fatale CV gebeurtenis was # ## (##% BI # #<DATUM> indien zij waren bevallen van groeibeperkt kind, ook na <PERSOON> (###) vond in een cohort uit Taiwan bij ##<DATUM> vrouwen die tussen ### tot ### zijn bevallen van een kind met een geboortegewicht (p## een risico van # ## (##% BI # <DATUM> voor een fatale CV gebeurtenis, In een Deens cohort heeft Lykke (###) de nationale data onderzocht van ##<DATUM> vrouwen die tussen ### en ### bevielen van hun eerste kind met een mediane follow-up duur van <DATUM> jaar De onderzoekers rapporteerden een risico op een fatale CV gebeurtenis van # ## (##% BI <DATUM> bij de #<DATUM> vrouwen bevallen van een kind met een geboortegewicht (# SD vergeleken met de ##<DATUM-##> vrouwen met een Een Zweeds cohort (Manor ###) maakte gebruik van data van grootouders die van ### tot ### geboren waren en koppelde daar de kinderen (‘moeders’) en kleinkinderen aan die tussen ### en ### geboren zijn De mediane follow-up bedroeg <LEEFTIJD> jaar De ‘moeders’ met een kind met een geboortegewicht (p# hadden een risico van # ## (##% BI.
673
fms
van een groeibeperkt kind ((# SD) vergeleken met #<DATUM> vrouwen die een kind kregen met een normaal geboortegewicht (van -# SD tot + #SD) De mediane follow-up duur was <DATUM> jaar en de onderzoekers maakten gebruik van cijfers uit de nationale geboorteregistratie van ### tot ### Het maternale risico op fatale en niet fatale CV gebeurtenis was # ## (##% BI # #<DATUM> indien zij waren bevallen van groeibeperkt kind, ook na <PERSOON> (###) vond in een cohort uit Taiwan bij ##<DATUM> vrouwen die tussen ### tot ### zijn bevallen van een kind met een geboortegewicht (p## een risico van # ## (##% BI # <DATUM> voor een fatale CV gebeurtenis, In een Deens cohort heeft Lykke (###) de nationale data onderzocht van ##<DATUM> vrouwen die tussen ### en ### bevielen van hun eerste kind met een mediane follow-up duur van <DATUM> jaar De onderzoekers rapporteerden een risico op een fatale CV gebeurtenis van # ## (##% BI <DATUM> bij de #<DATUM> vrouwen bevallen van een kind met een geboortegewicht (# SD vergeleken met de ##<DATUM-##> vrouwen met een Een Zweeds cohort (Manor ###) maakte gebruik van data van grootouders die van ### tot ### geboren waren en koppelde daar de kinderen (‘moeders’) en kleinkinderen aan die tussen ### en ### geboren zijn De mediane follow-up bedroeg <LEEFTIJD> jaar De ‘moeders’ met een kind met een geboortegewicht (p# hadden een risico van # ## (##% BI <DATUM-##> op een fatale CV gebeurtenis in vergelijking met moeders met kinderen met een geboortegewicht boven het #e percentiel Er werd geen groep beschreven onder het ## e percentiel (wel een groep # e – ##e percentiel) en ook is de grootte van de subgroep van moeders met een kind met een Mongraw (###) beschrijft in een Amerikaans cohort van <DATUM-##> vrouwen met kinderen geboren tussen ### en ### de relatie tussen verschillende zwangerschapscomplicaties met een fatale CV gebeurtenis bij een mediane follow-up duur van <LEEFTIJD> jaar Zij rapporteerden een risico van # ## (##% BI <DATUM-##> # ##) voor vrouwen die ooit een kind met een geboortegewicht (p## hadden gekregen De controlegroep bevatte vrouwen zonder preeclampsie of een groeibeperkt kind De grootte van de subgroepen ten aanzien van de groeibeperking is niet Uit de nationale Zweedse database heeft Nilsson (###) de relatie tussen een cumulatief aantal kinderen met een laag geboortegewicht in één vrouw met maternale fatale en niet fatale CV gebeurtenissen onderzocht De kinderen waren tussen ### en ### geboren In die tijd kregen #<DATUM-##> vrouwen één kind met een vrouwen kregen # of meer kinderen met een geboortegewicht ( # SD De controlegroep bevatte <DATUM-##> ### vrouwen zonder groeibeperkte kinderen Hierbij viel op dat het risico op fatale en niet fatale CV gebeurtenissen stapsgewijs toeneemt bij meer kinderen met een geboortegewicht (# SD (één kind HR # ##, ##% BI # #<DATUM-##> twee kinderen # ##, ##% BI.
756
fms
##) op een fatale CV gebeurtenis in vergelijking met moeders met kinderen met een geboortegewicht boven het #e percentiel Er werd geen groep beschreven onder het ## e percentiel (wel een groep # e – ##e percentiel) en ook is de grootte van de subgroep van moeders met een kind met een Mongraw (###) beschrijft in een Amerikaans cohort van <DATUM> vrouwen met kinderen geboren tussen ### en ### de relatie tussen verschillende zwangerschapscomplicaties met een fatale CV gebeurtenis bij een mediane follow-up duur van <LEEFTIJD> jaar Zij rapporteerden een risico van # ## (##% BI <DATUM> # ##) voor vrouwen die ooit een kind met een geboortegewicht (p## hadden gekregen De controlegroep bevatte vrouwen zonder preeclampsie of een groeibeperkt kind De grootte van de subgroepen ten aanzien van de groeibeperking is niet Uit de nationale Zweedse database heeft Nilsson (###) de relatie tussen een cumulatief aantal kinderen met een laag geboortegewicht in één vrouw met maternale fatale en niet fatale CV gebeurtenissen onderzocht De kinderen waren tussen ### en ### geboren In die tijd kregen #<DATUM> vrouwen één kind met een vrouwen kregen # of meer kinderen met een geboortegewicht ( # SD De controlegroep bevatte <DATUM> ### vrouwen zonder groeibeperkte kinderen Hierbij viel op dat het risico op fatale en niet fatale CV gebeurtenissen stapsgewijs toeneemt bij meer kinderen met een geboortegewicht (# SD (één kind HR # ##, ##% BI # #<DATUM> twee kinderen # ##, ##% BI #<DATUM> en drie of meer # ##, ##% BI # #<DATUM> ) Voor de forest plot is de HR Het retrospectieve patiëntcontrole onderzoek van Ben Ami (###) includeerde ### vrouwen die tussen ### en ### in een derdelijnscentrum in <PERSOON> werden behandeld voor een CV gebeurtenis en ### controles van de polikliniek gynaecologie zonder CV gebeurtenis in de voorgeschiedenis, gematched voor leeftijd en BMI Nullipara’s werden geëxcludeerd De gemiddelde leeftijd voor het optreden van een cardiovasculaire gebeurtenis was #<DATUM> jaar De ### patiënten die werden uitgenodigd om een vragenlijst in te vullen gaven allemaal gehoor aan de oproep De vragen bevatten diverse thema’s zoals de obstetrische voorgeschiedenis ## (##%) patiënten met een CV gebeurtenis hadden in de voorgeschiedenis een kind met een geboortegewicht onafhankelijke variabele voor het optreden van een CV gebeurtenis (OR <DATUM> ##% BI # ##-<DATUM-##> Aangezien dit een patiëntcontole onderzoek is, is deze studie niet meegenomen in de forest plot Aangezien drie studies (Bonamy ###, Manor ###, Nilsson ###) gebruik hebben gemaakt van cohorten gebaseerd op het Zweedse geboorteregister met enige overlap in studiejaren, heeft de werkgroep besloten om Nilsson (###) te gebruiken voor het eindpunt CV gebeurtenis (fguur <DATUM-##> # ) en voor ischemische hartziekten (figuur <DATUM-##> # ) Dit is besloten op basis van de grootte van het cohort, de volledigheid van beschrijving ervan en In vier studies was ischemische hartziekte een uitkomstmaat (Bukowski ###, Lykke ###, Nilsson ###, Wikstrom ###).
724
fms
## en drie of meer # ##, ##% BI # #<DATUM> ) Voor de forest plot is de HR Het retrospectieve patiëntcontrole onderzoek van Ben Ami (###) includeerde ### vrouwen die tussen ### en ### in een derdelijnscentrum in <PERSOON> werden behandeld voor een CV gebeurtenis en ### controles van de polikliniek gynaecologie zonder CV gebeurtenis in de voorgeschiedenis, gematched voor leeftijd en BMI Nullipara’s werden geëxcludeerd De gemiddelde leeftijd voor het optreden van een cardiovasculaire gebeurtenis was #<DATUM> jaar De ### patiënten die werden uitgenodigd om een vragenlijst in te vullen gaven allemaal gehoor aan de oproep De vragen bevatten diverse thema’s zoals de obstetrische voorgeschiedenis ## (##%) patiënten met een CV gebeurtenis hadden in de voorgeschiedenis een kind met een geboortegewicht onafhankelijke variabele voor het optreden van een CV gebeurtenis (OR <DATUM> ##% BI # ##-<DATUM> Aangezien dit een patiëntcontole onderzoek is, is deze studie niet meegenomen in de forest plot Aangezien drie studies (Bonamy ###, Manor ###, Nilsson ###) gebruik hebben gemaakt van cohorten gebaseerd op het Zweedse geboorteregister met enige overlap in studiejaren, heeft de werkgroep besloten om Nilsson (###) te gebruiken voor het eindpunt CV gebeurtenis (fguur <DATUM> # ) en voor ischemische hartziekten (figuur <DATUM> # ) Dit is besloten op basis van de grootte van het cohort, de volledigheid van beschrijving ervan en In vier studies was ischemische hartziekte een uitkomstmaat (Bukowski ###, Lykke ###, Nilsson ###, Wikstrom ###) <DATUM> (bijlage #) zijn de risico’s vermeld voor het krijgen van een fatale en/of niet fatale IHZ van bovengenoemde studies In figuur <DATUM> # zijn deze risico’s in een forest plot weergegeven Bukowski (###) heeft in een Amerikaanse database van ### tot ### gekeken naar <DATUM> vrouwen die ten weken en ≤ ### gram (dit is onder het ## e percentiel voor de Amerikaanse curve) De ### vrouwen die bevielen van een kind met een te laag geboortegewicht hadden een risico van # ## (##% BI <DATUM> op IHZ Lykke (###) beschrijft een populatie cohort uit Denemarken van alle vrouwen die tussen ### en ### zijn bevallen van hun eerste kind (eenling) en deelt deze naar gelang het geboortegewicht van de kinderen in in maternale sterfte) In tabel <DATUM> # is de morbiditeit en mortaliteit van de groepen met een geboortegewicht lager dan #SD onder het gemiddelde beschreven Voor deze ( -#SD groep is de gezamenlijke gecorrigeerde HR # ## Het nationale Zweedse cohort van (Nilsson ###) is reeds beschreven bij het onderdeel cardiovasculaire gebeurtenis Hij beschreef het oplopen van de HR op IHZ met het toenemen van het aantal groeivertraagde kinderen was de HR # ## (##% BI # #<DATUM> en bij drie groeivertraagde kinderen was de HR # ## (##% BI <DATUM-##> ##) In de forest plot is de kans na één groeivertraagd kind weergegeven (figuur <DATUM> # ).
723
fms
(bijlage #) zijn de risico’s vermeld voor het krijgen van een fatale en/of niet fatale IHZ van bovengenoemde studies In figuur <DATUM> # zijn deze risico’s in een forest plot weergegeven Bukowski (###) heeft in een Amerikaanse database van ### tot ### gekeken naar <DATUM> vrouwen die ten weken en ≤ ### gram (dit is onder het ## e percentiel voor de Amerikaanse curve) De ### vrouwen die bevielen van een kind met een te laag geboortegewicht hadden een risico van # ## (##% BI <DATUM> op IHZ Lykke (###) beschrijft een populatie cohort uit Denemarken van alle vrouwen die tussen ### en ### zijn bevallen van hun eerste kind (eenling) en deelt deze naar gelang het geboortegewicht van de kinderen in in maternale sterfte) In tabel <DATUM> # is de morbiditeit en mortaliteit van de groepen met een geboortegewicht lager dan #SD onder het gemiddelde beschreven Voor deze ( -#SD groep is de gezamenlijke gecorrigeerde HR # ## Het nationale Zweedse cohort van (Nilsson ###) is reeds beschreven bij het onderdeel cardiovasculaire gebeurtenis Hij beschreef het oplopen van de HR op IHZ met het toenemen van het aantal groeivertraagde kinderen was de HR # ## (##% BI # #<DATUM> en bij drie groeivertraagde kinderen was de HR # ## (##% BI <DATUM> ##) In de forest plot is de kans na één groeivertraagd kind weergegeven (figuur <DATUM> # ) onderzocht of het optreden van hypertensieve aandoeningen in de zwangerschap bijdraagt aan fatale en niet fatale IHZ in het latere leven Hierbij is een subgroep analyse gedaan van ## ### vrouwen die bevielen van een kind met een geboortegewicht (-#SD vergeleken met ##<DATUM> vrouwen die bevielen van een kind dat niet te klein was De incidence rate ratio (IRR) op een IHZ was <DATUM> (##% BI <DATUM> voor de vrouwen met een groeibeperkt kind in het verleden; hierbij was gecorrigeerd voor hypertensieve aandoeningen in de Aangezien twee onderzoeken (Nilsson ### en Wikstrom ###) gebruik gemaakt hebben van cohorten gebaseerd op het Zweedse geboorteregister met overlap in studiejaren heeft de werkgroep besloten om het Dat onderzoek sluit beter aan op de uitgangsvraag en heeft een groter cohort door een grotere tijdspanne Wikstrom wordt genoemd in tabel <DATUM> # (bijlage #) maar is niet meegenomen in de forest plot en wordt dus ook hebben gehad ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben doorgemaakt In twee onderzoeken was beroerte een uitkomstmaat (Lykke ###, Bonamy ###) Het cohort van Bonamy (###) is eerder beschreven De HR op het doormaken van een beroerte voor de moeders die a terme bevallen waren van groeibeperkte kinderen (( -# SD) was # ## (##% BI <DATUM> – # ##) Voor de moeders die prematuur (## – ## weken) bevallen waren van groeibeperkte kinderen (( -# SD) was de HR gecorrigeerd voor roken In tabel <DATUM> #.
691
fms
van hypertensieve aandoeningen in de zwangerschap bijdraagt aan fatale en niet fatale IHZ in het latere leven Hierbij is een subgroep analyse gedaan van ## ### vrouwen die bevielen van een kind met een geboortegewicht (-#SD vergeleken met ##<DATUM> vrouwen die bevielen van een kind dat niet te klein was De incidence rate ratio (IRR) op een IHZ was <DATUM> (##% BI <DATUM> voor de vrouwen met een groeibeperkt kind in het verleden; hierbij was gecorrigeerd voor hypertensieve aandoeningen in de Aangezien twee onderzoeken (Nilsson ### en Wikstrom ###) gebruik gemaakt hebben van cohorten gebaseerd op het Zweedse geboorteregister met overlap in studiejaren heeft de werkgroep besloten om het Dat onderzoek sluit beter aan op de uitgangsvraag en heeft een groter cohort door een grotere tijdspanne Wikstrom wordt genoemd in tabel <DATUM> # (bijlage #) maar is niet meegenomen in de forest plot en wordt dus ook hebben gehad ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben doorgemaakt In twee onderzoeken was beroerte een uitkomstmaat (Lykke ###, Bonamy ###) Het cohort van Bonamy (###) is eerder beschreven De HR op het doormaken van een beroerte voor de moeders die a terme bevallen waren van groeibeperkte kinderen (( -# SD) was # ## (##% BI <DATUM> – # ##) Voor de moeders die prematuur (## – ## weken) bevallen waren van groeibeperkte kinderen (( -# SD) was de HR gecorrigeerd voor roken In tabel <DATUM> # staat de berekende HR van # ## (##% BI <DATUM> ##) van alle bevallingstermijnen samen, ongeacht prematuriteit Het cohort van Lykke (###) is ook eerder beschreven Zij schrijven dat het risico voor het krijgen van een beroerte bij de moeder # ## (##% BI # #<DATUM> was indien zij een kind met een geboortegewicht onder de #SD had gekregen (figuur <DATUM> # ) Deze kans bleek groter bij een ernstig te klein kind ((-# SD) waarbij het risico op een beroerte # ## (##% BI # #<DATUM> was Indien het kind een geboortegewicht tussen de -# SD en -# SD Er zijn vijf onderzoeken naar voren gekomen uit de zoekstrategie en de beoordeling van de reviewers die geschikt lijken voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (<PERSOON> ###, <PERSOON> zoekverantwoording wordt verwezen naar bijlage # en voor de Er zijn # onderzoeken naar voren gekomen die geschikt lijken voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (<PERSOON> ###; <PERSOON> ###) Er zijn # cohort en # patiëntcontrole onderzoeken die hypertensie hebben meegenomen als uitkomstmaat In tabel <DATUM> # staan de relatieve risico’s op het ontwikkelen van hypertensie voor een vrouw met een kind met een te laag geboortegewicht in de obstetrische In een Nederlands patiëntcontrole onderzoek (<PERSOON>, ###) werden ## vrouwen die tussen ### en ###.
669
fms
# staat de berekende HR van # ## (##% BI <DATUM> ##) van alle bevallingstermijnen samen, ongeacht prematuriteit Het cohort van Lykke (###) is ook eerder beschreven Zij schrijven dat het risico voor het krijgen van een beroerte bij de moeder # ## (##% BI # #<DATUM> was indien zij een kind met een geboortegewicht onder de #SD had gekregen (figuur <DATUM> # ) Deze kans bleek groter bij een ernstig te klein kind ((-# SD) waarbij het risico op een beroerte # ## (##% BI # #<DATUM> was Indien het kind een geboortegewicht tussen de -# SD en -# SD Er zijn vijf onderzoeken naar voren gekomen uit de zoekstrategie en de beoordeling van de reviewers die geschikt lijken voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (<PERSOON> ###, <PERSOON> zoekverantwoording wordt verwezen naar bijlage # en voor de Er zijn # onderzoeken naar voren gekomen die geschikt lijken voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (<PERSOON> ###; <PERSOON> ###) Er zijn # cohort en # patiëntcontrole onderzoeken die hypertensie hebben meegenomen als uitkomstmaat In tabel <DATUM> # staan de relatieve risico’s op het ontwikkelen van hypertensie voor een vrouw met een kind met een te laag geboortegewicht in de obstetrische In een Nederlands patiëntcontrole onderzoek (<PERSOON>, ###) werden ## vrouwen die tussen ### en ### ontwikkelen van een hypertensie bij vrouwen die een groeibeperkt kind hadden gekregen Catov (###) beschrijft een Amerikaans patiëntcontrole onderzoek van ### vrouwen die tussen ### en ### bevielen van een kind met een geboortegewicht (p## vergeleken met ### vrouwen die een ongecompliceerde Het Deense cohort van Lykke (###) is eerder beschreven Afhankelijk van de ernst van de groeibeperking bij de voor respectievelijk de (-# SD groep en de -# SD tot -# SD groep op het ontwikkelen van hypertensie bij de In een Nederlands patiëntcontrole onderzoek van <PERSOON> (###) zijn verschillende risicofactoren voor CV gebeurtenis onderzocht bij ## vrouwen die prematuur ((## weken) bevielen van een groeibeperkt kind ((p#) Deze groep is vergeleken met vrouwen met een ongestoorde zwangerschap (n=##) Er was een korte follow-up van gemiddeld # maanden Er werden geen verschillen gevonden in bloeddruk (resultaten niet getoond in tabel Er zijn # onderzoeken naar voren gekomen die geschikt lijken voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (<PERSOON> ###, Catov ###, Lykke ###) Er zijn # cohort en # patiëntcontrole onderzoeken die diabetes mellitus type # (DM II) hebben meegenomen In tabel <DATUM> # staan de relatieve risico’s op het ontwikkelen van De onderzoeken van <PERSOON> ###, Lykke ### en Catov ### zijn eerder beschreven <PERSOON> (###) beschreef een hogere nuchtere glucosewaarde bij vrouwen die bevallen waren van een Lykke (###) vond geen verschil in DM in vrouwen die eerder waren bevallen van een groeibeperkt kind Hoe DM Catov (###) vond na correctie voor meerdere confounders geen significante verschillen in niveaus van insuline.
714
fms
gekregen Catov (###) beschrijft een Amerikaans patiëntcontrole onderzoek van ### vrouwen die tussen ### en ### bevielen van een kind met een geboortegewicht (p## vergeleken met ### vrouwen die een ongecompliceerde Het Deense cohort van Lykke (###) is eerder beschreven Afhankelijk van de ernst van de groeibeperking bij de voor respectievelijk de (-# SD groep en de -# SD tot -# SD groep op het ontwikkelen van hypertensie bij de In een Nederlands patiëntcontrole onderzoek van <PERSOON> (###) zijn verschillende risicofactoren voor CV gebeurtenis onderzocht bij ## vrouwen die prematuur ((## weken) bevielen van een groeibeperkt kind ((p#) Deze groep is vergeleken met vrouwen met een ongestoorde zwangerschap (n=##) Er was een korte follow-up van gemiddeld # maanden Er werden geen verschillen gevonden in bloeddruk (resultaten niet getoond in tabel Er zijn # onderzoeken naar voren gekomen die geschikt lijken voor het beantwoorden van deze uitgangsvraag (<PERSOON> ###, Catov ###, Lykke ###) Er zijn # cohort en # patiëntcontrole onderzoeken die diabetes mellitus type # (DM II) hebben meegenomen In tabel <DATUM> # staan de relatieve risico’s op het ontwikkelen van De onderzoeken van <PERSOON> ###, Lykke ### en Catov ### zijn eerder beschreven <PERSOON> (###) beschreef een hogere nuchtere glucosewaarde bij vrouwen die bevallen waren van een Lykke (###) vond geen verschil in DM in vrouwen die eerder waren bevallen van een groeibeperkt kind Hoe DM Catov (###) vond na correctie voor meerdere confounders geen significante verschillen in niveaus van insuline met een ongecompliceerde zwangerschap Deze studie is niet in tabel <DATUM> # meegenomen omdat de glucosewaarden hier als een continue variabele werden weergegeven en niet dichotoom (<PERSOON> ###, <PERSOON> ###) Het zijn # cohort en # patiëntcontrole onderzoeken die lipidenwaarden hebben meegenomen als uitkomstmaat Omdat er geen uniforme definitie en afkapwaarden bestaan voor de diagnose dyslipidemie wordt per onderzoek de gebruikte definitie toegelicht In tabel <DATUM> # (bijlage #) staan de risico’s op het ontwikkelen van verschillen in lipidenwaarden na een groeibeperkt De patiëntcontrole onderzoeken van <PERSOON> ###, Catov ### en <PERSOON> ### zijn eerder beschreven <PERSOON> (###) rapporteerde geen verschil in cholesterolwaarden in vrouwen bevallen van een groeibeperkt kind De definitie van dyslipidemie in dit onderzoek was het gebruik van cholesterolverlagende medicatie Catov (###) vond geen verschil in HDL of triglyceriden in vrouwen bevallen van een groeibeperkt kind in de In een Brits patiëntcontrole onderzoek van Kanagalingam (###) werd na een periode van # tot <LEEFTIJD> jaar postpartum het lipidenprofiel onderzocht in een groep van ## vrouwen bevallen van een groeibeperkt kind (geboortgewicht ( #e percentiel) in vergelijking met een controlegroep van ## vrouwen bevallen van kinderen met een geboortegewicht tussen de ##e en ## e percentiel Na correctie voor confounders waren triglyceriden cholesterol HDL-cholesterol ratio (<DATUM> vs # ##) significant verhoogd in de groep met groeibeperkte kinderen Er Ook <PERSOON> (###) heeft gekeken naar lipiden Cholesterol was significant verhoogd in vrouwen met een groeibeperkt kind (#.
712
fms
zwangerschap Deze studie is niet in tabel <DATUM> # meegenomen omdat de glucosewaarden hier als een continue variabele werden weergegeven en niet dichotoom (<PERSOON> ###, <PERSOON> ###) Het zijn # cohort en # patiëntcontrole onderzoeken die lipidenwaarden hebben meegenomen als uitkomstmaat Omdat er geen uniforme definitie en afkapwaarden bestaan voor de diagnose dyslipidemie wordt per onderzoek de gebruikte definitie toegelicht In tabel <DATUM> # (bijlage #) staan de risico’s op het ontwikkelen van verschillen in lipidenwaarden na een groeibeperkt De patiëntcontrole onderzoeken van <PERSOON> ###, Catov ### en <PERSOON> ### zijn eerder beschreven <PERSOON> (###) rapporteerde geen verschil in cholesterolwaarden in vrouwen bevallen van een groeibeperkt kind De definitie van dyslipidemie in dit onderzoek was het gebruik van cholesterolverlagende medicatie Catov (###) vond geen verschil in HDL of triglyceriden in vrouwen bevallen van een groeibeperkt kind in de In een Brits patiëntcontrole onderzoek van Kanagalingam (###) werd na een periode van # tot <LEEFTIJD> jaar postpartum het lipidenprofiel onderzocht in een groep van ## vrouwen bevallen van een groeibeperkt kind (geboortgewicht ( #e percentiel) in vergelijking met een controlegroep van ## vrouwen bevallen van kinderen met een geboortegewicht tussen de ##e en ## e percentiel Na correctie voor confounders waren triglyceriden cholesterol HDL-cholesterol ratio (<DATUM> vs # ##) significant verhoogd in de groep met groeibeperkte kinderen Er Ook <PERSOON> (###) heeft gekeken naar lipiden Cholesterol was significant verhoogd in vrouwen met een groeibeperkt kind (<DATUM> mmol/L, p(# ##) Er werd geen definitie vermeld voor dyslipidemie <PERSOON>, JM (###) Risk selection and detection A critical appraisal of the Dutch obstetric system [Thesis] <LOCATIE> results from a longitudinal study of births in <PERSOON>, K E , & <PERSOON> of a small for gestational age infant and greater maternal risk of infant birth weight and maternal cardiovascular risk factors in the health, aging, and body composition study <PERSOON> and term births of small for gestational age infants a and alteration of novel and classic cardiovascular risk factors in mothers of growth restricted offspring Atherosclerosis, disease in women with a history of pregnancy complicated by preeclampsia or intrauterine growth restriction <PERSOON> weight of infants and mortality in their parents and grandparents the Uppsala Birth Nilsson, P M , <PERSOON> cardiovascular disease risk in relation to the number of offspring born small for gestational age national, multi-generational study of <DATUM> million births <PERSOON-##>, E (###).
567
fms
p(# ##) Er werd geen definitie vermeld voor dyslipidemie <PERSOON>, JM (###) Risk selection and detection A critical appraisal of the Dutch obstetric system [Thesis] <LOCATIE> results from a longitudinal study of births in <PERSOON>, K E , & <PERSOON> of a small for gestational age infant and greater maternal risk of infant birth weight and maternal cardiovascular risk factors in the health, aging, and body composition study <PERSOON> and term births of small for gestational age infants a and alteration of novel and classic cardiovascular risk factors in mothers of growth restricted offspring Atherosclerosis, disease in women with a history of pregnancy complicated by preeclampsia or intrauterine growth restriction <PERSOON> weight of infants and mortality in their parents and grandparents the Uppsala Birth Nilsson, P M , <PERSOON> cardiovascular disease risk in relation to the number of offspring born small for gestational age national, multi-generational study of <DATUM> million births <PERSOON>, E (###) analysis of first and subsequent singleton pregnancies in <PERSOON> Netherlands Welk cardiovasculair risico moet toegekend worden aan vrouwspecifieke factoren gerelateerd Welke behandelingsadviezen kunnen op grond van de aanwezige literatuur worden geadviseerd? Postpartum wordt iedere patiënte met pre-eclampsie vervolgd tot zij normotensief is zonder medicatie Vrouwen met doorgemaakte pre-eclampsie wordt geadviseerd om op <LEEFTIJD>-jarige leeftijd een risicoprofiel volgens Bij het voorschrijven van anti-hypertensiva bij vrouwen met een kinderwens of inadequate anticonceptie dient rekening gehouden te worden met mogelijke teratogene effecten van medicatie op de zwangerschap syndroom, primair ovarieel insufficiëntie, herhaalde miskraam, vroeggeboort en groeibeperkt kind in de voorgeschiedenis te counselen om een optimale cardiovasculaire gezondheid na te streven door een gezonde leefstijl aan te houden stoppen met roken, gezonde voeding, voldoende beweging en een optimaal gewicht, Vrouwspecifieke risicofactoren waaronder reproductieve stoornissen houden verband met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten (HVZ), maar zijn tot dusver niet opgenomen in de risicotabel van de bestaande richtlijn Cardiovasculair risicomanagement (CVRM) Dat komt omdat het nog onduidelijk is welke weging aan deze vrouwspecifieke factoren moet worden toegekend De CVRM richtlijn stelt voor vrouwen te behandelen op basis van hun absolute kans op het krijgen van een HVZ in de komende <LEEFTIJD> jaar <PERSOON> een bepaalde waarde worden leefstijladviezen en zo nodig medicamenteuze therapie voorgesteld Het absolute <LEEFTIJD>-jaars HVZ risico wordt met name bepaald door leeftijd oudere vrouwen hebben een hogere kans en jonge vrouwen een lage kans Omdat.
496
fms
analysis of first and subsequent singleton pregnancies in <PERSOON> Netherlands Welk cardiovasculair risico moet toegekend worden aan vrouwspecifieke factoren gerelateerd Welke behandelingsadviezen kunnen op grond van de aanwezige literatuur worden geadviseerd? Postpartum wordt iedere patiënte met pre-eclampsie vervolgd tot zij normotensief is zonder medicatie Vrouwen met doorgemaakte pre-eclampsie wordt geadviseerd om op <LEEFTIJD>-jarige leeftijd een risicoprofiel volgens Bij het voorschrijven van anti-hypertensiva bij vrouwen met een kinderwens of inadequate anticonceptie dient rekening gehouden te worden met mogelijke teratogene effecten van medicatie op de zwangerschap syndroom, primair ovarieel insufficiëntie, herhaalde miskraam, vroeggeboort en groeibeperkt kind in de voorgeschiedenis te counselen om een optimale cardiovasculaire gezondheid na te streven door een gezonde leefstijl aan te houden stoppen met roken, gezonde voeding, voldoende beweging en een optimaal gewicht, Vrouwspecifieke risicofactoren waaronder reproductieve stoornissen houden verband met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten (HVZ), maar zijn tot dusver niet opgenomen in de risicotabel van de bestaande richtlijn Cardiovasculair risicomanagement (CVRM) Dat komt omdat het nog onduidelijk is welke weging aan deze vrouwspecifieke factoren moet worden toegekend De CVRM richtlijn stelt voor vrouwen te behandelen op basis van hun absolute kans op het krijgen van een HVZ in de komende <LEEFTIJD> jaar <PERSOON> een bepaalde waarde worden leefstijladviezen en zo nodig medicamenteuze therapie voorgesteld Het absolute <LEEFTIJD>-jaars HVZ risico wordt met name bepaald door leeftijd oudere vrouwen hebben een hogere kans en jonge vrouwen een lage kans Omdat risico voor deze vrouwen daarmee hoger wordt dan vrouwen zonder deze incidenten - lijkt het huidige risicosysteem vrouwen met een aantal cardiovasculaire risicofactoren op jonge leeftijd te benadelen <PERSOON> ondanks de aanwezigheid van een aantal risicofactoren (hoge bloeddruk, roken, ongunstig lipidenprofiel) komen vrouwen die geconfronteerd worden met reproductieve stoornissen nauwelijks boven de grens van het absolute risico waarboven behandeling geadviseerd wordt in bestaande richtlijnen Voor deze problematiek zijn binnen internationale risicotabellen zoals HEART score, SCORE en Framingham relatieve risicokaarten ontwikkeld voor jonge vrouwen met extra risicofactoren zoals roken (<PERSOON> ###; <PERSOON> In ### werd in de VS het concept van ‘ideale cardiovasculaire gezondheid’ geïntroduceerd een set van vier cholesterol en glucose) die de basis vormen voor een goede gezondheid (Folsom ###) Cardiovasculaire gezondheid is gemeten in verschillende populaties in verschillende landen en uit al deze onderzoeken blijkt dat het aantal vrouwen dat deze optimale gezondheid heeft klein is Dit zijn vooral vrouwen jonger dan <LEEFTIJD> jaar In hoeverre deze cijfers ook voor de Nederlandse situatie gelden is onduidelijk maar op basis van de literatuur is het zeer onwaarschijnlijk dat Nederlandse vrouwen een substantieel betere cardiovasculaire gezondheid hebben Het primaire uitgangspunt van de werkgroep bij het formuleren van de aanbevelingen is dat vrouwen met een reproductieve aandoening moeten worden geadviseerd met een gezonde leefstijl te streven naar een optimale Welk cardiovasculair risico moet toegekend worden aan vrouwspecifieke factoren gerelateerd aan Deze richtlijn beschrijft het verband tussen zes aandoeningen tijdens de reproductie en het risico op HVZ voor vrouwen (tabel <DATUM> .
567
fms
incidenten - lijkt het huidige risicosysteem vrouwen met een aantal cardiovasculaire risicofactoren op jonge leeftijd te benadelen <PERSOON> ondanks de aanwezigheid van een aantal risicofactoren (hoge bloeddruk, roken, ongunstig lipidenprofiel) komen vrouwen die geconfronteerd worden met reproductieve stoornissen nauwelijks boven de grens van het absolute risico waarboven behandeling geadviseerd wordt in bestaande richtlijnen Voor deze problematiek zijn binnen internationale risicotabellen zoals HEART score, SCORE en Framingham relatieve risicokaarten ontwikkeld voor jonge vrouwen met extra risicofactoren zoals roken (<PERSOON> ###; <PERSOON> In ### werd in de VS het concept van ‘ideale cardiovasculaire gezondheid’ geïntroduceerd een set van vier cholesterol en glucose) die de basis vormen voor een goede gezondheid (Folsom ###) Cardiovasculaire gezondheid is gemeten in verschillende populaties in verschillende landen en uit al deze onderzoeken blijkt dat het aantal vrouwen dat deze optimale gezondheid heeft klein is Dit zijn vooral vrouwen jonger dan <LEEFTIJD> jaar In hoeverre deze cijfers ook voor de Nederlandse situatie gelden is onduidelijk maar op basis van de literatuur is het zeer onwaarschijnlijk dat Nederlandse vrouwen een substantieel betere cardiovasculaire gezondheid hebben Het primaire uitgangspunt van de werkgroep bij het formuleren van de aanbevelingen is dat vrouwen met een reproductieve aandoening moeten worden geadviseerd met een gezonde leefstijl te streven naar een optimale Welk cardiovasculair risico moet toegekend worden aan vrouwspecifieke factoren gerelateerd aan Deze richtlijn beschrijft het verband tussen zes aandoeningen tijdens de reproductie en het risico op HVZ voor vrouwen (tabel <DATUM> (PE) gepaard gaat met een duidelijk verhoogde kans op een cardiovasculaire (CV) gebeurtenis De huidige richtlijnen geven geen evidence based advies over diagnostiek en behandeling bij deze specifieke groepen vrouwen Momenteel ontbreekt systematisch gerandomiseerd en gecontroleerd onderzoek om adviezen voor Echter, de werkgroep is van mening - vanwege de wetenschappelijk goed onderbouwde verband met CV gebeurtenissen en/of risicofactoren - dat van de reproductieve aandoeningen, vrouwen met een doorgemaakte pre-eclampsie een risicoprofiel wordt aangeboden zoals ook bij andere groepen met een verhoogd risico, zoals een belaste familienamnese voor HVZ (voor het ##e levensjaar), diabetes mellitus en reumatoïde artritis Bij de laatst genoemde ziekten is aangetoond dat medicamenteuze behandeling van CV risicofactoren met bloeddruken cholesterolverlagende geneesmiddelen leidt tot een vermindering van het optreden van CV gebeurtenissen CV preventie in deze vrouwen met PE vormt een nieuwe mogelijkheid voor het terugdringen van de kosten die gepaard gaan met de toenemende vraag naar ouderenzorg Tevens biedt dit een kans om een mogelijke bijdrage te leveren aan de doelmatigheid van de gezondheidszorg door bijvoorbeeld een vermindering van het aantal ziekenhuisopnames en verlenging van het werkzaam leven door het terugdringen van vervroegde uitval van deze vrouwen Met andere woorden de werkgroep verwacht dat de maatschappelijke meerwaarde van vroeg investeren in de gezondheid van deze vrouwen opweegt tegen de kosten van vroegtijdige CV preventie behandelpakket afgestemd op het risicoprofiel van de individuele patiënt De werkgroep is van mening dat het verantwoord is, gezien de omvang van het risico (RR van≥# op een CV gebeurtenis of risicofactor) en de.
566
fms
kans op een cardiovasculaire (CV) gebeurtenis De huidige richtlijnen geven geen evidence based advies over diagnostiek en behandeling bij deze specifieke groepen vrouwen Momenteel ontbreekt systematisch gerandomiseerd en gecontroleerd onderzoek om adviezen voor Echter, de werkgroep is van mening - vanwege de wetenschappelijk goed onderbouwde verband met CV gebeurtenissen en/of risicofactoren - dat van de reproductieve aandoeningen, vrouwen met een doorgemaakte pre-eclampsie een risicoprofiel wordt aangeboden zoals ook bij andere groepen met een verhoogd risico, zoals een belaste familienamnese voor HVZ (voor het ##e levensjaar), diabetes mellitus en reumatoïde artritis Bij de laatst genoemde ziekten is aangetoond dat medicamenteuze behandeling van CV risicofactoren met bloeddruken cholesterolverlagende geneesmiddelen leidt tot een vermindering van het optreden van CV gebeurtenissen CV preventie in deze vrouwen met PE vormt een nieuwe mogelijkheid voor het terugdringen van de kosten die gepaard gaan met de toenemende vraag naar ouderenzorg Tevens biedt dit een kans om een mogelijke bijdrage te leveren aan de doelmatigheid van de gezondheidszorg door bijvoorbeeld een vermindering van het aantal ziekenhuisopnames en verlenging van het werkzaam leven door het terugdringen van vervroegde uitval van deze vrouwen Met andere woorden de werkgroep verwacht dat de maatschappelijke meerwaarde van vroeg investeren in de gezondheid van deze vrouwen opweegt tegen de kosten van vroegtijdige CV preventie behandelpakket afgestemd op het risicoprofiel van de individuele patiënt De werkgroep is van mening dat het verantwoord is, gezien de omvang van het risico (RR van≥# op een CV gebeurtenis of risicofactor) en de diagnostiek en behandeling te geven Het advies zal in de submodule Behandelingsadviezen in detail worden De werkgroep beperkt zich op dit moment tot enkele pragmatische aanbevelingen aansluitend bij de huidige CVRM richtlijn, ingegeven door het streven naar het voorkomen van ondermaatse of ineffectieve zorg én onnodige medicalisering Om te komen tot evidence based aanbevelingen is meer wetenschappelijke kennis nodig Er worden nu en in de komende jaren in <LOCATIE> en het buitenland een aantal grootschalige prospectieve onderzoeken uitgevoerd die waardevolle kennis kunnen gaan opleveren De werkgroep adviseert daarom om jaarlijks te evauleren of deze richtlijn bijgesteld dient te worden aan de hand van nieuwe Tabel <DATUM> Overzicht van de reproductieve stoornissen, de incidentie/prevalentie, het geschatte aantal nieuwe diagnoses per jaar in <LOCATIE> en de risico’s op cardiovasculaire gebeurtenissen en risicofactoren gebaseerd * Weergegeven staan de risicoverhogingen uit de ‘best beschikbare’ studies, in de meeste gevallen gaat het om Voor PCOS is voor het schatten van het aantal (nieuwe) patiënten (per jaar) het volgende aangenomen het gaat om vrouwen van ##-<LEEFTIJD> jaar en er zijn per levensjaar tussen die leeftijdsgrenzen ongeveer ### ### vrouwen in <LOCATIE> (CBS), dus in totaal # ### ### vrouwen, waarvan #% PCOS heeft, dus ### ### vrouwen De helft daarvan (## ###) wordt gediagnostiseerd, gedurende <LEEFTIJD> jaar = <DATUM> nieuwe gevallen per jaar Voor POI is voor het schatten van het aantal (nieuwe) patiënten (per jaar) het volgende aangenomen het gaat.
595
fms
te geven Het advies zal in de submodule Behandelingsadviezen in detail worden De werkgroep beperkt zich op dit moment tot enkele pragmatische aanbevelingen aansluitend bij de huidige CVRM richtlijn, ingegeven door het streven naar het voorkomen van ondermaatse of ineffectieve zorg én onnodige medicalisering Om te komen tot evidence based aanbevelingen is meer wetenschappelijke kennis nodig Er worden nu en in de komende jaren in <LOCATIE> en het buitenland een aantal grootschalige prospectieve onderzoeken uitgevoerd die waardevolle kennis kunnen gaan opleveren De werkgroep adviseert daarom om jaarlijks te evauleren of deze richtlijn bijgesteld dient te worden aan de hand van nieuwe Tabel <DATUM> Overzicht van de reproductieve stoornissen, de incidentie/prevalentie, het geschatte aantal nieuwe diagnoses per jaar in <LOCATIE> en de risico’s op cardiovasculaire gebeurtenissen en risicofactoren gebaseerd * Weergegeven staan de risicoverhogingen uit de ‘best beschikbare’ studies, in de meeste gevallen gaat het om Voor PCOS is voor het schatten van het aantal (nieuwe) patiënten (per jaar) het volgende aangenomen het gaat om vrouwen van ##-<LEEFTIJD> jaar en er zijn per levensjaar tussen die leeftijdsgrenzen ongeveer ### ### vrouwen in <LOCATIE> (CBS), dus in totaal # ### ### vrouwen, waarvan #% PCOS heeft, dus ### ### vrouwen De helft daarvan (## ###) wordt gediagnostiseerd, gedurende <LEEFTIJD> jaar = <DATUM> nieuwe gevallen per jaar Voor POI is voor het schatten van het aantal (nieuwe) patiënten (per jaar) het volgende aangenomen het gaat ### vrouwen in vrijwel allemaal gediagnostiseerd gedurende <LEEFTIJD> jaar = ### nieuwe gevallen per jaar Vrouwen die een zwangerschap hebben doorgemaakt gecompliceerd door PEhebben een twee maal verhoogd relatief risico op CV gebeurtenissen algemeen, beroertes en ischemische hartziekten (IHZ) ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben gehad Het risico is groter naarmate PE eerder in de zwangerschap optreedt, voor vrouwen met een vroege PE zijn er twee onderzoeken bekend die aangeven dat het risico veel meer dan twee maal verhoogd is (tussen de # en # maal hoger risico) Dit sterk verhoogde risico moet in de toekomst bevestigd worden Wat betreft CV risicofactoren hebben vrouwen met een voorgeschiedenis van PE een tweemaal verhoogd risico om hypertensie te ontwikkelen Bij meer dan ##% van de vrouwen is dit al het geval voor het veertigste levensjaar (<PERSOON> ###) Een soortgelijk verband werd gezien voor het ontwikkelen van diabetes mellitus type # In de premenopauzale levensfase zijn er geen overtuigende aanwijzingen voor een hoger risico op dyslipidemie (zie hoofdstuk <DATUM> Hypertensie en diabetes mellituszijn derhalve de belangrijkste cardiovasculaire risicofactoren voor vrouwen die PE hebben doorgemaakt Er zijn geen gerandomiseerde interventieonderzoeken verricht bij vrouwen met PE in de voorgeschiedenis naar het effect van leefstijl of medicamenteuze interventies op de kans op CV gebeurtenissen Er is één gecompliceerde zwangerschap (PE, zwangerschapsdiabetes of groeibeperkt kind) gemotiveerd waren om een programma te volgen gericht op optimalisatie van leefstijlfactoren (Berks ###) Hierbij werd gevonden dat met name vrouwen die PE hadden doorgemaakt post partum zeer gemotiveerd waren om een leefstijlprogramma te.
625
fms
jaar Vrouwen die een zwangerschap hebben doorgemaakt gecompliceerd door PEhebben een twee maal verhoogd relatief risico op CV gebeurtenissen algemeen, beroertes en ischemische hartziekten (IHZ) ten opzichte van vrouwen die een ongecompliceerde zwangerschap hebben gehad Het risico is groter naarmate PE eerder in de zwangerschap optreedt, voor vrouwen met een vroege PE zijn er twee onderzoeken bekend die aangeven dat het risico veel meer dan twee maal verhoogd is (tussen de # en # maal hoger risico) Dit sterk verhoogde risico moet in de toekomst bevestigd worden Wat betreft CV risicofactoren hebben vrouwen met een voorgeschiedenis van PE een tweemaal verhoogd risico om hypertensie te ontwikkelen Bij meer dan ##% van de vrouwen is dit al het geval voor het veertigste levensjaar (<PERSOON> ###) Een soortgelijk verband werd gezien voor het ontwikkelen van diabetes mellitus type # In de premenopauzale levensfase zijn er geen overtuigende aanwijzingen voor een hoger risico op dyslipidemie (zie hoofdstuk <DATUM> Hypertensie en diabetes mellituszijn derhalve de belangrijkste cardiovasculaire risicofactoren voor vrouwen die PE hebben doorgemaakt Er zijn geen gerandomiseerde interventieonderzoeken verricht bij vrouwen met PE in de voorgeschiedenis naar het effect van leefstijl of medicamenteuze interventies op de kans op CV gebeurtenissen Er is één gecompliceerde zwangerschap (PE, zwangerschapsdiabetes of groeibeperkt kind) gemotiveerd waren om een programma te volgen gericht op optimalisatie van leefstijlfactoren (Berks ###) Hierbij werd gevonden dat met name vrouwen die PE hadden doorgemaakt post partum zeer gemotiveerd waren om een leefstijlprogramma te Hoewel er geen bewijsvoering is voor de effectiviteit van leefstijlinterventies of medicamenteuze interventies ter voorkoming van CV gebeurtenissen bij vrouwen na een doorgemaakte PE meent de werkgroep dat op basis van voldoende observationeel onderzoek en internationale richtlijnen voor de algemene populatie een aantal # Bij alle vrouwen die PE hebben doorgemaakt dient optimale CV preventie te worden nagestreefd (LloydJones ###; Bushnell ###) Argumentatie grote cohortonderzoeken (<PERSOON> ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###) hebben laten zien dat een optimale CV gezondheid duidelijk verband houdt met een lager risico op Patiënt counselen om een optimale cardiovasculaire gezondheid na te streven door een gezonde leefstijl aan te houden stoppen met roken, gezonde voeding, voldoende beweging en een optimaal gewicht, <PERSOON>-syndroom) in het HIS opdat zij makkelijk geselecteerd kunnen worden en op te roepen Op <LEEFTIJD> jarige leeftijd wordt geadviseerd om bij een vrouw met een doorgemaakte pre-eclampsie een risicoprofiel volgens de NHG Standaard Cardiovasculair risicomanagement op te laten stellen # Bij alle vrouwen die een PE hebben doorgemaakt is het meten van de bloeddruk voor het opstellen van het risicoprofiel essentieel Indien de hoge bloeddruk persisteert, dienen de bloeddrukverlagende Argumentatie bij vrouwen met een doorgemaakte PE wordt aangenomen dat zij langdurige belasting van het vaatstelsel hebben gehad welke schadelijk is In de CVRM richtlijnen wordt geadviseerd om bij personen jonger dan <LEEFTIJD> jaar een herhaald gemeten systolische bloeddruk ) ### mmHg en/of tekenen van eindorgaanschade of.
577
fms
bewijsvoering is voor de effectiviteit van leefstijlinterventies of medicamenteuze interventies ter voorkoming van CV gebeurtenissen bij vrouwen na een doorgemaakte PE meent de werkgroep dat op basis van voldoende observationeel onderzoek en internationale richtlijnen voor de algemene populatie een aantal # Bij alle vrouwen die PE hebben doorgemaakt dient optimale CV preventie te worden nagestreefd (LloydJones ###; Bushnell ###) Argumentatie grote cohortonderzoeken (<PERSOON> ###; <PERSOON> ###; <PERSOON> ###) hebben laten zien dat een optimale CV gezondheid duidelijk verband houdt met een lager risico op Patiënt counselen om een optimale cardiovasculaire gezondheid na te streven door een gezonde leefstijl aan te houden stoppen met roken, gezonde voeding, voldoende beweging en een optimaal gewicht, <PERSOON>-syndroom) in het HIS opdat zij makkelijk geselecteerd kunnen worden en op te roepen Op <LEEFTIJD> jarige leeftijd wordt geadviseerd om bij een vrouw met een doorgemaakte pre-eclampsie een risicoprofiel volgens de NHG Standaard Cardiovasculair risicomanagement op te laten stellen # Bij alle vrouwen die een PE hebben doorgemaakt is het meten van de bloeddruk voor het opstellen van het risicoprofiel essentieel Indien de hoge bloeddruk persisteert, dienen de bloeddrukverlagende Argumentatie bij vrouwen met een doorgemaakte PE wordt aangenomen dat zij langdurige belasting van het vaatstelsel hebben gehad welke schadelijk is In de CVRM richtlijnen wordt geadviseerd om bij personen jonger dan <LEEFTIJD> jaar een herhaald gemeten systolische bloeddruk ) ### mmHg en/of tekenen van eindorgaanschade of Specifieke adviezen voor hypertensieve en normotensieve vrouwen die PE hebben doorgemaakt # Vrouwen die post partum antihypertensiva gebruiken frequente bloeddrukcontroles en Vrouwen die bloeddrukverlagende medicatie hebben gebruikt in het kraambed moeten beschouwd worden als hypertensie patiënten en moeten teruggezien worden door huisarts of internist voor controle en behandeling # Vrouwen die post partum geen antihypertensiva gebruiken en normotensief zijn vervolgen Alle PE vrouwen zonder bloeddrukverlagende medicatie moeten indien normotensief (direct of na verloop van tijd) op het ##e levensjaar door huisarts worden oproepen voor een risicoprofiel en zo nodig behandeld worden De leeftijd van de vrouwen die worden gediagnosticeerd met een pre-eclampsie ligt tussen het ## e en ## e levensjaar Veel van deze vrouwen heeft kinderwens en/of fertiliteitproblemen Daarom moeten bij de keuze van de medicatie potentiële teratogene effecten op de zwangerschap worden beoordeeld De werkgroep adviseert voor patiënten met een kinderwens of inadequate conceptie bètablokkers als antihypertensiva van eerste keuze (Bushnell ###) Voor vrouwen onder de <LEEFTIJD> jaar is behandeling met een ACE-remmer normaal gesproken de eerste keuze, maar aangezien dit medicijn naast angiotensine-receptorblokkers en de directe renine-remmer mogelijk teratogene effecten in de zwangerschap hebben, worden deze ontraden (RegitzZagrosek ###) Indien post partum medicatie wordt voorgeschreven aan een moeder dan is het van belang of zij borstvoeding geeft Als dat het geval is gaat de voorkeur uit naar labetalol of methyldopa (Richtlijn gemiddeld beperkt effect van monotherapie zal bij een deel van de patiënten de bloeddruk niet op streefwaarde komen Het advies van de werkgroep is als tweede keuze middel een dihydropyridine.
589
fms
doorgemaakt # Vrouwen die post partum antihypertensiva gebruiken frequente bloeddrukcontroles en Vrouwen die bloeddrukverlagende medicatie hebben gebruikt in het kraambed moeten beschouwd worden als hypertensie patiënten en moeten teruggezien worden door huisarts of internist voor controle en behandeling # Vrouwen die post partum geen antihypertensiva gebruiken en normotensief zijn vervolgen Alle PE vrouwen zonder bloeddrukverlagende medicatie moeten indien normotensief (direct of na verloop van tijd) op het ##e levensjaar door huisarts worden oproepen voor een risicoprofiel en zo nodig behandeld worden De leeftijd van de vrouwen die worden gediagnosticeerd met een pre-eclampsie ligt tussen het ## e en ## e levensjaar Veel van deze vrouwen heeft kinderwens en/of fertiliteitproblemen Daarom moeten bij de keuze van de medicatie potentiële teratogene effecten op de zwangerschap worden beoordeeld De werkgroep adviseert voor patiënten met een kinderwens of inadequate conceptie bètablokkers als antihypertensiva van eerste keuze (Bushnell ###) Voor vrouwen onder de <LEEFTIJD> jaar is behandeling met een ACE-remmer normaal gesproken de eerste keuze, maar aangezien dit medicijn naast angiotensine-receptorblokkers en de directe renine-remmer mogelijk teratogene effecten in de zwangerschap hebben, worden deze ontraden (RegitzZagrosek ###) Indien post partum medicatie wordt voorgeschreven aan een moeder dan is het van belang of zij borstvoeding geeft Als dat het geval is gaat de voorkeur uit naar labetalol of methyldopa (Richtlijn gemiddeld beperkt effect van monotherapie zal bij een deel van de patiënten de bloeddruk niet op streefwaarde komen Het advies van de werkgroep is als tweede keuze middel een dihydropyridine Voor vrouwen met een zwangerschapshypertensie in de voorgeschiedenis wordt gebaseerd op de huidige literatuur een beperkt toegenomen risico (RR(#) beschreven op HVZ in de toekomst De werkgroep adviseert echter geen diagnostiek en behandeling op basis van de beschreven criteria (omvang van het risico, kwaliteit van de studies en prevalentie van de aandoening) Wel beveelt de werkgroep aan om deze vrouwen te counselen om een optimale cardiovasculaire gezondheid na te streven door een gezonde leefstijl aan te houden stoppen met roken, gezonde voeding, voldoende beweging en een optimaal gewicht, conform de richtlijn CVRM Behandelingsadviezen met argumentatie en implementatie voorstel ten aanzien van PCOS Op basis van de literatuursearch concludeert de werkgroep dat vrouwen met PCOS een beperkt toegenomen risico (RR(#) hebben op een cardiovasculaire gebeurtenis (tabel <DATUM> en een verhoogd risico op diabetes mellitus type II De werkgroep beveelt echter geen extra diagnostiek en behandeling aan voor vrouwen met PCOS De werkgroep is tot deze aanbeveling gekomen op grond van de gehanteerde criteria (omvang van het risico op een cardiovasculaire gebeurtenis, kwaliteit van de studies en prevalentie van de aandoening), omdat de meeste vrouwen met PCOS zwanger worden en dan volgens de bestaande NVOG richtlijn diabetes mellitus en zwangersschapsdiabetes ontwikkelen na de zwangerschap jaarlijks gescreend dienen te worden op diabetes mellitus type # volgens de NHG Standaard Diabetes Wel beveelt de werkgroep aan om deze vrouwen te counselen om een optimale cardiovasculaire gezondheid na te streven door een gezonde leefstijl aan te houden.
565
fms
Voor vrouwen met een zwangerschapshypertensie in de voorgeschiedenis wordt gebaseerd op de huidige literatuur een beperkt toegenomen risico (RR(#) beschreven op HVZ in de toekomst De werkgroep adviseert echter geen diagnostiek en behandeling op basis van de beschreven criteria (omvang van het risico, kwaliteit van de studies en prevalentie van de aandoening) Wel beveelt de werkgroep aan om deze vrouwen te counselen om een optimale cardiovasculaire gezondheid na te streven door een gezonde leefstijl aan te houden stoppen met roken, gezonde voeding, voldoende beweging en een optimaal gewicht, conform de richtlijn CVRM Behandelingsadviezen met argumentatie en implementatie voorstel ten aanzien van PCOS Op basis van de literatuursearch concludeert de werkgroep dat vrouwen met PCOS een beperkt toegenomen risico (RR(#) hebben op een cardiovasculaire gebeurtenis (tabel <DATUM> en een verhoogd risico op diabetes mellitus type II De werkgroep beveelt echter geen extra diagnostiek en behandeling aan voor vrouwen met PCOS De werkgroep is tot deze aanbeveling gekomen op grond van de gehanteerde criteria (omvang van het risico op een cardiovasculaire gebeurtenis, kwaliteit van de studies en prevalentie van de aandoening), omdat de meeste vrouwen met PCOS zwanger worden en dan volgens de bestaande NVOG richtlijn diabetes mellitus en zwangersschapsdiabetes ontwikkelen na de zwangerschap jaarlijks gescreend dienen te worden op diabetes mellitus type # volgens de NHG Standaard Diabetes Wel beveelt de werkgroep aan om deze vrouwen te counselen om een optimale cardiovasculaire gezondheid na te streven door een gezonde leefstijl aan te houden Op basis van de literatuursearch concludeert de werkgroep dat vrouwen met een POI een beperkt toegenomen risico (RR(#) hebben op hart- en vaatziekten (tabel <DATUM> De werkgroep beveelt echter op grond van de gehanteerde criteria (omvang van het risico, kwaliteit van de studies en prevalentie van de aandoening) geen diagnostiek en behandeling aan voor vrouwen met POI Wel beveelt de werkgroep aan om deze vrouwen te Behandelingsadviezen met argumentatie en implementatie voorstel ten aanzien van herhaald Op basis van de literatuursearch concludeert de werkgroep dat er geen verhoogd risico is op HVZ bij vrouwen met een herhaald miskraam in de voorgeschiedenis (tabel <DATUM> De werkgroep beveelt derhalve geen diagnostiek en behandeling aan voor vrouwen met een herhaalde miskraam in de voorgeschiedenis Wel beveelt de werkgroep aan om deze vrouwen te counselen om een optimale cardiovasculaire gezondheid na te streven door een gezonde leefstijl aan te houden stoppen met roken, gezonde voeding, voldoende beweging en een Op basis van de literatuursearch concludeert de werkgroep dat vrouwen met een vroeggeboorte in de voorgeschiedenis een toegenomen risico (RR)#) hebben op hart- en vaatziekten (tabel <DATUM> De werkgroep beveelt echter geen diagnostiek en behandeling aan voor vrouwen met een vroeggeboorte in de voorgeschiedenis De belangrijkste reden voor deze terughoudendheid is dat er onvoldoende bewijsvoering is door het beperkt aantal studies wat hierover rapporteert Bovendien is er slechts in één studie gecorrigeerd voor de belangrijkste confounder roken Meer onderzoek is nodig om het verband tussen vroeggeboorte en HVZ te exploreren.
558
fms
concludeert de werkgroep dat vrouwen met een POI een beperkt toegenomen risico (RR(#) hebben op hart- en vaatziekten (tabel <DATUM> De werkgroep beveelt echter op grond van de gehanteerde criteria (omvang van het risico, kwaliteit van de studies en prevalentie van de aandoening) geen diagnostiek en behandeling aan voor vrouwen met POI Wel beveelt de werkgroep aan om deze vrouwen te Behandelingsadviezen met argumentatie en implementatie voorstel ten aanzien van herhaald Op basis van de literatuursearch concludeert de werkgroep dat er geen verhoogd risico is op HVZ bij vrouwen met een herhaald miskraam in de voorgeschiedenis (tabel <DATUM> De werkgroep beveelt derhalve geen diagnostiek en behandeling aan voor vrouwen met een herhaalde miskraam in de voorgeschiedenis Wel beveelt de werkgroep aan om deze vrouwen te counselen om een optimale cardiovasculaire gezondheid na te streven door een gezonde leefstijl aan te houden stoppen met roken, gezonde voeding, voldoende beweging en een Op basis van de literatuursearch concludeert de werkgroep dat vrouwen met een vroeggeboorte in de voorgeschiedenis een toegenomen risico (RR)#) hebben op hart- en vaatziekten (tabel <DATUM> De werkgroep beveelt echter geen diagnostiek en behandeling aan voor vrouwen met een vroeggeboorte in de voorgeschiedenis De belangrijkste reden voor deze terughoudendheid is dat er onvoldoende bewijsvoering is door het beperkt aantal studies wat hierover rapporteert Bovendien is er slechts in één studie gecorrigeerd voor de belangrijkste confounder roken Meer onderzoek is nodig om het verband tussen vroeggeboorte en HVZ te exploreren gezondheid na te streven door een gezonde leefstijl aan te houden stoppen met roken, gezonde voeding, voldoende beweging en een optimaal gewicht, conform de richtlijn CVRM Behandelingsadviezen met argumentatie en implementatie voorstel ten aanzien van groeibeperkt Op basis van de literatuursearch concludeert de werkgroep dat vrouwen met een groeibeperkt kind in de voorgeschiedenis een beperkt toegenomen risico (RR(#) hebben op HVZ (tabel <DATUM> De werkgroep beveelt echter op grond van de gehanteerde criteria (omvang van het risico, kwaliteit van de studies en prevalentie van de aandoening) geen diagnostiek en behandeling aan voor vrouwen met een groeibeperkt kind in de voorgeschiedenis Wel beveelt de werkgroep aan om deze vrouwen te counselen om een optimale cardiovasculaire gezondheid na te streven door een gezonde leefstijl aan te houden stoppen met roken, gezonde voeding, voldoende beweging en een optimaal gewicht, conform de richtlijn CVRM obesity in women with and without polycystic ovary syndrome a heterogeneous group of disorders <PERSOON> of insulin resistance in the polycystic ovary syndrome lower risks of myocardial infarction, stroke, and vascular death across whites, blacks, and hispanics the northern Manhattan Cardiovascular Risk Factors in Women ## Years post Early Preeclampsia the Preeclampsia Risk EValuation in FEMales study (PREVFEM) <PERSOON> , ##, ###<DATUM> postpartum lifestyle in women at increased cardiovascular and metabolic risk a focus-group study.
547
fms
door een gezonde leefstijl aan te houden stoppen met roken, gezonde voeding, voldoende beweging en een optimaal gewicht, conform de richtlijn CVRM Behandelingsadviezen met argumentatie en implementatie voorstel ten aanzien van groeibeperkt Op basis van de literatuursearch concludeert de werkgroep dat vrouwen met een groeibeperkt kind in de voorgeschiedenis een beperkt toegenomen risico (RR(#) hebben op HVZ (tabel <DATUM> De werkgroep beveelt echter op grond van de gehanteerde criteria (omvang van het risico, kwaliteit van de studies en prevalentie van de aandoening) geen diagnostiek en behandeling aan voor vrouwen met een groeibeperkt kind in de voorgeschiedenis Wel beveelt de werkgroep aan om deze vrouwen te counselen om een optimale cardiovasculaire gezondheid na te streven door een gezonde leefstijl aan te houden stoppen met roken, gezonde voeding, voldoende beweging en een optimaal gewicht, conform de richtlijn CVRM obesity in women with and without polycystic ovary syndrome a heterogeneous group of disorders <PERSOON> of insulin resistance in the polycystic ovary syndrome lower risks of myocardial infarction, stroke, and vascular death across whites, blacks, and hispanics the northern Manhattan Cardiovascular Risk Factors in Women ## Years post Early Preeclampsia the Preeclampsia Risk EValuation in FEMales study (PREVFEM) <PERSOON> , ##, ###<DATUM> postpartum lifestyle in women at increased cardiovascular and metabolic risk a focus-group study Pregnancy , Hypertension in pregnancy Report of the American College of Obstetricians and Gynecologists' Task Force on management of arterial hypertension the Task Force for the Management of Arterial Hypertension of the <PERSOON> B, <PERSOON> M, <PERSOON> PG, Presbitero P, <PERSOON> L; ESC Committee for Practice Guidelines ESC Guidelines on the management of cardiovascular diseases during pregnancy the Task Force on the Management of Cardiovascular Diseases during Pregnancy of the European Society of Cardiology (ESC) Eur Heart J ### Dec;##(##) ###-## Richtlijn hypertensieve aandoeningen in de zwangerschap (###), Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en relationship with the #-year cardiovascular events in a northern Chinese industrial city Circ Cardiovasc Qual Outcomes , De gynaecoloog wordt geadviseerd bij het stellen van de diagnose pre-eclampsie de huisarts schriftelijk op de De huisarts dient patiënten met een diagnose pre-eclampsie te coderen met <PERSOON>/preeclampsie) danwel <PERSOON>-syndroom) In deze module wordt de taakverdeling tussen gynaecologen en huisartsen besproken ten aanzien van de aanbevelingen over de zorg voor vrouwen met een doorgemaakte pre-eclampsie (PE), zoals geformuleerd in de De reproductieve aandoening PE houdt verband met een verhoogd risico op cardiovasculaire (CV) risicofactoren van deze vrouwen Ondanks dat er geen bewijsvoering is voor de effectiviteit van leefstijl- of medicamenteuze.
535
fms
, Hypertension in pregnancy Report of the American College of Obstetricians and Gynecologists' Task Force on management of arterial hypertension the Task Force for the Management of Arterial Hypertension of the <PERSOON> B, <PERSOON> M, <PERSOON> PG, Presbitero P, <PERSOON> L; ESC Committee for Practice Guidelines ESC Guidelines on the management of cardiovascular diseases during pregnancy the Task Force on the Management of Cardiovascular Diseases during Pregnancy of the European Society of Cardiology (ESC) Eur Heart J ### Dec;##(##) ###-## Richtlijn hypertensieve aandoeningen in de zwangerschap (###), Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en relationship with the #-year cardiovascular events in a northern Chinese industrial city Circ Cardiovasc Qual Outcomes , De gynaecoloog wordt geadviseerd bij het stellen van de diagnose pre-eclampsie de huisarts schriftelijk op de De huisarts dient patiënten met een diagnose pre-eclampsie te coderen met <PERSOON>/preeclampsie) danwel <PERSOON>-syndroom) In deze module wordt de taakverdeling tussen gynaecologen en huisartsen besproken ten aanzien van de aanbevelingen over de zorg voor vrouwen met een doorgemaakte pre-eclampsie (PE), zoals geformuleerd in de De reproductieve aandoening PE houdt verband met een verhoogd risico op cardiovasculaire (CV) risicofactoren van deze vrouwen Ondanks dat er geen bewijsvoering is voor de effectiviteit van leefstijl- of medicamenteuze dat op basis van voldoende observationele onderzoeken en internationale richtlijnen voor de algemene populatie (Mosca ###; Bushnell ###) een aantal adviezen te geven is zoals beschreven in de module De praktiserend gynaecoloog ziet regelmatig patiënten met PE en is opgeleid om deze stoornissen te diagnosticeren en te behandelen Cardiovasculair risicomanagement behoort echter niet tot het expertise gebied van de gynaecoloog Daarom zal de huisarts een belangrijke rol spelen in de zorg voor deze groep vrouwen Het belangrijk dat de huisarts op de hoogte gebracht wordt door de gynaecoloog indien de diagnose PE gesteld wordt De huisarts kan deze patiënten dan coderen en op <LEEFTIJD> jarige leeftijd oproepen voor een cardiovasculair risicoprofiel, zoals beschreven is in hoofdstuk #, en zo nodig verwijzen naar een specialist Zekerheidshalve adviseert de werkgroep om alleen patiënten met PE waarbij de diagnose is vastgesteld door een specialist en vastgelegd is in het medisch dossier te vervolgen en eventueel te behandelen volgens de NHG standaard CVRM Het gaat dus met name om de incidente cases Het zal dan elk jaar gaan om enkele patiënten vaatziekten, zal dit enkel effect hebben op het voorschrijven van medicatie Indien een patient met PE in deze catergorie valt, dan heeft ze al een verhoogd risico en wordt dus vervolgd door de huisarts Bij de aanwezigheid van aanvullende risicofactoren wegen deze mee bij de keuze om al dan niet met medicamenteuze behandeling De werkgroep is er zich van bewust dat deze aanpak consequenties zal hebben voor het takenpakket van de huisarts.
549
fms
Maatregelen om adherentie bij patiënten met hypertensie te bevorderen Het doel van de richtlijn is het bevorderen van een optimale diagnostiek en behandeling van patiënten met hypertensie in de tweede en derde lijn Deze richtlijn zal zoveel mogelijk aansluiten bij de CVRM-richtlijn en de Deze richtlijn is geschreven voor alle leden van de beroepsgroepen van internisten, cardiologen en neurologen die betrokken zijn bij de zorg voor patiënten met hypertensie in de tweede en derde lijn Daarnaast is deze richtlijn bedoeld om zorgverleners die anderzijds betrokken zijn bij deze patiënten te informeren, waaronder De bloeddruk is te hoog als deze boven bepaalde grenswaarden uitkomt Na één meting spreek je nog niet over een hoge bloeddruk <PERSOON> met een hoge bloeddruk merken daar meestal niets van Dat is juist het gevaarlijke van hoge bloeddruk Het geeft zelden klachten en je voelt je goed Maar de bloedvaten staan wel steeds onder een te hoge druk Hierdoor kan een bloeddruk die lange tijd te hoog is, gevolgen hebben voor de gezondheid Of medicijnen nodig zijn, hangt niet alleen af van de hoogte van de bloeddruk De arts kijkt ook naar het risico dat iemand heeft op een hart- of vaatziekte <PERSOON> met een verhoogd risico krijgen eerder medicijnen voorgeschreven Bij sommige mensen helpen leefstijladviezen en medicijnen niet voldoende Men spreekt dan van een therapieresistente hoge bloeddruk Soms is dan een ziekte de oorzaak, soms lukt het innemen van medicijnen niet zo goed en soms is er geen duidelijke oorzaak In het laatste geval zijn nieuwe (experimentele) behandelingen soms een optie Deze behandelingen worden nog maar beperkt toegepast, vooral in het kader van onderzoek Informatie over hoge bloeddruk is te vinden op de website van de Hartstichting via de volgende Bij het gezamenlijk komen tot een besluit voor de behandeling kan gebruik gemaakt worden van een consultkaart Voor therapieresistente hypertensie is in ### de consultkaart ’Hoge bloeddruk die moeilijk te behandelen is soorten behandelingen met medicijnen’ ontwikkeld en gepubliceerd op de website Het initiatief voor deze richtlijn is afkomstig van Nederlandse Internisten Vereniging (NIV) De richtlijn is opgesteld De Hart&Vaatgroep Er werd aandacht besteed aan het patiëntenperspectief door inbreng van de Hoe kan adherentie bij patiënten met therapieresistente hypertensie worden vastgesteld? Welke maatregelen zijn effectief om adherentie bij patiënten met hypertensie te bevorderen? Gebruik bij voorkeur een combinatie van meetmethodes voor onderzoek naar adherentie In eerste instantie kan gekozen worden voor een eenvoudige methode zoals aflevergegevens van apotheek Indien twijfel over medicatie-inname resteert dan kunnen de volgende methoden gebruikt worden voor het bepalen van adherentie Overweeg Directly Observed Therapy (DOT) indien getwijfeld wordt aan de effectiviteit van het geneesmiddel Het in de (poli)klinische praktijk analyseren van adherentie bij patiënten met vermeende therapieresistente hypertensie wordt bemoeilijkt door de afwezigheid van gevalideerde meetmethoden De systematische literatuuranalyse leverde slechts één studie op uit een selectie van ### artikelen Deze studie toont dat het.
549
fms
geen duidelijke oorzaak In het laatste geval zijn nieuwe (experimentele) behandelingen soms een optie Deze behandelingen worden nog maar beperkt toegepast, vooral in het kader van onderzoek Informatie over hoge bloeddruk is te vinden op de website van de Hartstichting via de volgende Bij het gezamenlijk komen tot een besluit voor de behandeling kan gebruik gemaakt worden van een consultkaart Voor therapieresistente hypertensie is in ### de consultkaart ’Hoge bloeddruk die moeilijk te behandelen is soorten behandelingen met medicijnen’ ontwikkeld en gepubliceerd op de website Het initiatief voor deze richtlijn is afkomstig van Nederlandse Internisten Vereniging (NIV) De richtlijn is opgesteld De Hart&Vaatgroep Er werd aandacht besteed aan het patiëntenperspectief door inbreng van de Hoe kan adherentie bij patiënten met therapieresistente hypertensie worden vastgesteld? Welke maatregelen zijn effectief om adherentie bij patiënten met hypertensie te bevorderen? Gebruik bij voorkeur een combinatie van meetmethodes voor onderzoek naar adherentie In eerste instantie kan gekozen worden voor een eenvoudige methode zoals aflevergegevens van apotheek Indien twijfel over medicatie-inname resteert dan kunnen de volgende methoden gebruikt worden voor het bepalen van adherentie Overweeg Directly Observed Therapy (DOT) indien getwijfeld wordt aan de effectiviteit van het geneesmiddel Het in de (poli)klinische praktijk analyseren van adherentie bij patiënten met vermeende therapieresistente hypertensie wordt bemoeilijkt door de afwezigheid van gevalideerde meetmethoden De systematische literatuuranalyse leverde slechts één studie op uit een selectie van ### artikelen Deze studie toont dat het toepasbaar zijn in het vaststellen van adherentie bij patiënten met therapieresistente hypertensie Deelnemers waren sterk geneigd hun adherentie te overschatten Op basis van de referentietest was bijna ##% adherent Op basis van de MMAS-# zou ##% adherent zijn en op basis van de VAS zou meer dan ##% adherent zijn In de studie van Gallagher (###) werd een elektronische medicatieverpakking als referentietest gebruikt Allereerst is de verwachting dat het gebruik van een elektronische medicatieverpakking op zichzelf al een effect heeft op adherentie Als alle patiënten op de hoogte zijn van de elektronische metingen dan kan dit ertoe leiden dat adherentie hoger is dan wat normaliter gezien wordt in de dagelijkse praktijk Ten tweede kan inname van het geneesmiddel niet geverifieerd worden De mogelijkheid bestaat dat de elektronische medicatieverpakking wordt geopend zonder dat er medicatie uit wordt genomen Aan de andere kant bestaat de mogelijkheid dat patiënten per opening van de medicatieverpakking meer pillen eruit nemen en deze bewaren voor inname op een later moment Tot slot wordt bij het gebruik van de medicatieverpakking adherentie berekend als het percentage van dagen waarop een correcte dosering was ingenomen In de studie van Gallagher (###) werden patiënten geclassificeerd als non-adherent bij een afkapwaarde van lager dan ##% Deze afkapwaarde komt overeen met de algemeen aanvaarde afkapwaarde (Sackett, ###; Lüscher, ###) De vraag is echter of deze afkapwaarde voor alle medicijnen volstaat Het effect van het niet innemen van een medicijn met een korte.
570
fms
hypertensie Deelnemers waren sterk geneigd hun adherentie te overschatten Op basis van de referentietest was bijna ##% adherent Op basis van de MMAS-# zou ##% adherent zijn en op basis van de VAS zou meer dan ##% adherent zijn In de studie van Gallagher (###) werd een elektronische medicatieverpakking als referentietest gebruikt Allereerst is de verwachting dat het gebruik van een elektronische medicatieverpakking op zichzelf al een effect heeft op adherentie Als alle patiënten op de hoogte zijn van de elektronische metingen dan kan dit ertoe leiden dat adherentie hoger is dan wat normaliter gezien wordt in de dagelijkse praktijk Ten tweede kan inname van het geneesmiddel niet geverifieerd worden De mogelijkheid bestaat dat de elektronische medicatieverpakking wordt geopend zonder dat er medicatie uit wordt genomen Aan de andere kant bestaat de mogelijkheid dat patiënten per opening van de medicatieverpakking meer pillen eruit nemen en deze bewaren voor inname op een later moment Tot slot wordt bij het gebruik van de medicatieverpakking adherentie berekend als het percentage van dagen waarop een correcte dosering was ingenomen In de studie van Gallagher (###) werden patiënten geclassificeerd als non-adherent bij een afkapwaarde van lager dan ##% Deze afkapwaarde komt overeen met de algemeen aanvaarde afkapwaarde (Sackett, ###; Lüscher, ###) De vraag is echter of deze afkapwaarde voor alle medicijnen volstaat Het effect van het niet innemen van een medicijn met een korte van <DATUM> uur heeft) (Urquhart, ###) Het is echter onbekend of dit verschil zich dan ook vertaalt in slechtere Reeds eerder zijn combinaties van meetmethoden gebruikt om adherentie te analyseren (<PERSOON>, ###) Dit betrof patiëntengroepen met hypertensie die niet voldeden aan de definitie therapieresistente hypertensie De studies toonden aan dat het gebruik van combinaties van meetmethoden meer informatie geeft over het innamegedrag van patiënten dan wanneer één meetmethode gebruikt wordt De werkgroep is van mening dat het aannemelijk is dat dit niet anders zal zijn bij patiënten met therapieresistente Het gebruik van DOT bij deze patiënten heeft alleen waarde als getwijfeld wordt aan de effectiviteit van het geneesmiddel DOT kan uitgevoerd worden door bijvoorbeeld een korte klinische opname waarbij na DOT kan ook uitgevoerd worden door gesuperviseerde inname van medicatie op de polikliniek waarna de Gegeven de hierboven genoemde beperkingen en schaarste aan goed uitgevoerde onderzoeken stelt de werkgroep dan ook vast dat er grote behoefte is aan onderzoeken waarin eenvoudig te gebruiken objectieve Patiënten die chronisch geneesmiddelen moeten gebruiken hebben vaak bewust dan wel onbewust problemen om hun medicatie regelmatig in te nemen Zeker als het medicatie betreft voor een aandoening waar de patiënt geen klachten van ondervindt, zoals bij hypertensie het geval is Alhoewel inname van medicatie de verantwoordelijkheid is van patiënten, is de belangrijkste oorzaak voor het niet behalen van streefwaardes doorgaans het gebrek aan adherentie (<PERSOON> wordt dat ten minste ##% van de patiënten met hypertensie hun bloeddrukverlagende medicatie niet inneemt zoals afgesproken (WHO, ###).
581
fms
verschil zich dan ook vertaalt in slechtere Reeds eerder zijn combinaties van meetmethoden gebruikt om adherentie te analyseren (<PERSOON>, ###) Dit betrof patiëntengroepen met hypertensie die niet voldeden aan de definitie therapieresistente hypertensie De studies toonden aan dat het gebruik van combinaties van meetmethoden meer informatie geeft over het innamegedrag van patiënten dan wanneer één meetmethode gebruikt wordt De werkgroep is van mening dat het aannemelijk is dat dit niet anders zal zijn bij patiënten met therapieresistente Het gebruik van DOT bij deze patiënten heeft alleen waarde als getwijfeld wordt aan de effectiviteit van het geneesmiddel DOT kan uitgevoerd worden door bijvoorbeeld een korte klinische opname waarbij na DOT kan ook uitgevoerd worden door gesuperviseerde inname van medicatie op de polikliniek waarna de Gegeven de hierboven genoemde beperkingen en schaarste aan goed uitgevoerde onderzoeken stelt de werkgroep dan ook vast dat er grote behoefte is aan onderzoeken waarin eenvoudig te gebruiken objectieve Patiënten die chronisch geneesmiddelen moeten gebruiken hebben vaak bewust dan wel onbewust problemen om hun medicatie regelmatig in te nemen Zeker als het medicatie betreft voor een aandoening waar de patiënt geen klachten van ondervindt, zoals bij hypertensie het geval is Alhoewel inname van medicatie de verantwoordelijkheid is van patiënten, is de belangrijkste oorzaak voor het niet behalen van streefwaardes doorgaans het gebrek aan adherentie (<PERSOON> wordt dat ten minste ##% van de patiënten met hypertensie hun bloeddrukverlagende medicatie niet inneemt zoals afgesproken (WHO, ###) Veel patiënten bespreken niet of slechts ten dele dat medicatie niet ingenomen wordt zoals afgesproken Het door de behandelend arts actief vragen naar medicatie inname levert ook niet altijd betrouwbare informatie op bijvoorbeeld omdat patiënten sterk geneigd zijn om sociaal wenselijke antwoorden te geven (<PERSOON>, ###) Deze observaties maken het dat andere methoden nodig zijn om adherentie te beoordelen Op dit moment zijn verschillende methoden beschikbaar om adherentie vast te stellen Deze methoden kunnen worden onderscheiden in directe en indirecte meetmethoden (zie tabel #) Directly observed treatment (DOT), spiegelbepalingen van een geneesmiddel of de metabolieten hiervan, en bepaling van biologische markers zijn voorbeelden van directe methoden Bij DOT vindt dagelijks medicijninname plaats onder directe observatie Waar dit nuttig is gebleken, is onder andere bij een beperkte behandelduur, bijvoorbeeld bij tuberculose De bepalingen van geneesmiddelen en metabolieten of biologische markers zijn vaak kostbaar en de uitslagen kunnen onderhevig zijn aan interindividuele variatie Invullen van vragenlijsten, het bijhouden van een patiëntendagboek, het monitoren of de (herhaal)medicatie bij de apotheek op tijd wordt opgehaald of het tellen van het aantal tabletten zijn voorbeelden van indirecte meetmethoden (zie tabel #) Deze methoden zijn eenvoudiger uit te voeren dan de directe methoden maar kennen ook hun beperkingen Uitkomsten kunnen vrij gemakkelijk bewust dan wel onbewust door de patiënt worden beïnvloed en een overschatting van de De ideale meetmethode, de “gouden standaard”, om adherentie te bepalen is niet voorhanden In de literatuur worden spiegelbepalingen en het elektronisch monitoren soms wel zo beschouwd (<PERSOON>, ###).
581
fms
of slechts ten dele dat medicatie niet ingenomen wordt zoals afgesproken Het door de behandelend arts actief vragen naar medicatie inname levert ook niet altijd betrouwbare informatie op bijvoorbeeld omdat patiënten sterk geneigd zijn om sociaal wenselijke antwoorden te geven (<PERSOON>, ###) Deze observaties maken het dat andere methoden nodig zijn om adherentie te beoordelen Op dit moment zijn verschillende methoden beschikbaar om adherentie vast te stellen Deze methoden kunnen worden onderscheiden in directe en indirecte meetmethoden (zie tabel #) Directly observed treatment (DOT), spiegelbepalingen van een geneesmiddel of de metabolieten hiervan, en bepaling van biologische markers zijn voorbeelden van directe methoden Bij DOT vindt dagelijks medicijninname plaats onder directe observatie Waar dit nuttig is gebleken, is onder andere bij een beperkte behandelduur, bijvoorbeeld bij tuberculose De bepalingen van geneesmiddelen en metabolieten of biologische markers zijn vaak kostbaar en de uitslagen kunnen onderhevig zijn aan interindividuele variatie Invullen van vragenlijsten, het bijhouden van een patiëntendagboek, het monitoren of de (herhaal)medicatie bij de apotheek op tijd wordt opgehaald of het tellen van het aantal tabletten zijn voorbeelden van indirecte meetmethoden (zie tabel #) Deze methoden zijn eenvoudiger uit te voeren dan de directe methoden maar kennen ook hun beperkingen Uitkomsten kunnen vrij gemakkelijk bewust dan wel onbewust door de patiënt worden beïnvloed en een overschatting van de De ideale meetmethode, de “gouden standaard”, om adherentie te bepalen is niet voorhanden In de literatuur worden spiegelbepalingen en het elektronisch monitoren soms wel zo beschouwd (<PERSOON>, ###) echter methoden die bij uitstek in onderzoeksverband gebruikt worden maar die in de praktijk moeilijker te implementeren zijn vanwege benodigde infrastructuur en bijkomende kosten De vraag is dan ook of er andere meetmethode(n) zijn die in de praktijk gebruikt kunnen worden om adherentie te analyseren bij patiënten met Tabel # Overzicht van methoden om adherentie te beoordelen Directly observed treatment (DOT) Objectieve maat Effect van Zegt niets over het langdurig innemen van Objectieve en eenvoudig uit Aflevering betekent niet dat medicatie Het meetinstrument MMAS-# heeft een beperkte accuratesse voor het vaststellen van nonadherentie in patiënten met ongecontroleerde hypertensie Vanwege het ontbreken van data is geen uitspraak te doen over mogelijke kosten bij het Het meetinstrument VAS heeft een beperkte accuratesse voor het vaststellen van nonadherentie in patiënten met ongecontroleerde hypertensie Gallagher (###) evalueerde in ### de validiteit van twee veelgebruikte meetinstrumenten ter beoordeling van adherentie in patiënten met ongecontroleerde hypertensie Ongecontroleerde hypertensie was gedefinieerd als een systolische bloeddruk van ten minste ### mmHg of een diastolische bloeddruk van ten minste ## mmHg bij patiënten zonder diabetes of chronische nierziekte ondanks het gebruik van tenminste één antihypertensivum Bij patiënten met diabetes of chronische nierziekte werd een afkappunt van ### mmHg systolische bloeddruk of ## mmHg diastolische bloeddruk gehanteerd De studie was uitgevoerd in de Verenigde Staten In totaal werden ### patiënten geïncludeerd van wie ### patiënten zowel data beschikbaar hadden uit de referentietest als uit de gegeven vragenlijsten Als referentietest werd gebruik gemaakt van een elektronische.
596
fms
echter methoden die bij uitstek in onderzoeksverband gebruikt worden maar die in de praktijk moeilijker te implementeren zijn vanwege benodigde infrastructuur en bijkomende kosten De vraag is dan ook of er andere meetmethode(n) zijn die in de praktijk gebruikt kunnen worden om adherentie te analyseren bij patiënten met Tabel # Overzicht van methoden om adherentie te beoordelen Directly observed treatment (DOT) Objectieve maat Effect van Zegt niets over het langdurig innemen van Objectieve en eenvoudig uit Aflevering betekent niet dat medicatie Het meetinstrument MMAS-# heeft een beperkte accuratesse voor het vaststellen van nonadherentie in patiënten met ongecontroleerde hypertensie Vanwege het ontbreken van data is geen uitspraak te doen over mogelijke kosten bij het Het meetinstrument VAS heeft een beperkte accuratesse voor het vaststellen van nonadherentie in patiënten met ongecontroleerde hypertensie Gallagher (###) evalueerde in ### de validiteit van twee veelgebruikte meetinstrumenten ter beoordeling van adherentie in patiënten met ongecontroleerde hypertensie Ongecontroleerde hypertensie was gedefinieerd als een systolische bloeddruk van ten minste ### mmHg of een diastolische bloeddruk van ten minste ## mmHg bij patiënten zonder diabetes of chronische nierziekte ondanks het gebruik van tenminste één antihypertensivum Bij patiënten met diabetes of chronische nierziekte werd een afkappunt van ### mmHg systolische bloeddruk of ## mmHg diastolische bloeddruk gehanteerd De studie was uitgevoerd in de Verenigde Staten In totaal werden ### patiënten geïncludeerd van wie ### patiënten zowel data beschikbaar hadden uit de referentietest als uit de gegeven vragenlijsten Als referentietest werd gebruik gemaakt van een elektronische Een inname van een pil werd gedefinieerd als het openen en sluiten van een deksel van een compartiment Adherentie was berekend als het percentage van dagen waarop een correcte dosering was ingenomen Het afkappunt was op ##% gezet De Morisky Medication Adherence Scale (MMAS-#) en een Visual Analog Scale (VAS) waren de onderzochte vragenlijsten De MMAS-# bevat acht items ter bepaling van de uitgebreidheid van adherentie en redenen voor nonadherentie Een score lager dan # is een indicatie voor lage adherentie, een score van # of # duidt op middelmatige adherentie en een score van # is een indicatie voor hoge adherentie De VAS bestaat uit een genummerde lijn van #% tot ###% met intervallen van ##% Voor elk gebruikt medicijn markeert een patiënt met een X op de lijn zijn of haar schatting wat betreft adherentie Auteurs hanteerden een afkappunt lager dan ##% als indicatie voor lage adherentie Tijdens het eerste bezoek aan de kliniek werd de elektronische medicatieverpakking uitgereikt en ten tijde van het tweede bezoek werden de vragenlijsten afgenomen en de medicatieverpakking teruggegeven Op basis van de referentie test werd ##% van ### patiënten geclassificeerd Testaccuratesse werd onder andere met sensitiviteit en specificiteit en positieve en negatieve likelihood ratio gekwantificeerd De likelihood ratio geeft een indicatie voor de toepasbaarheid van een diagnostische test Een LR+ van ## of meer of een LR- lager dan #,# worden als een afkappunt gehanteerd voor een diagnostische test die in de praktijk zou kunnen worden ingezet.
599
fms